Gold Open Access: makkelijk scoren

Universiteiten en uitgevers zijn dan wel in onderhandeling over de vrije toegang tot wetenschappelijke publicaties, de woekerwinsten van uitgevers zullen er niet minder om worden. En moderne alternatieven worden niet eens overwogen. De politiek wil namelijk makkelijk scoren in een kwestie die te complex is om met een vingerknip opgelost te worden. Dat blijkt tijdens de Open Access (OA) discussion meeting op Tilburg University.

Wetenschappers worden de ploeterende groenteboeren die hun tomaten naar de supermarkt brengen, om deze vervolgens voor astronomische bedragen terug te kopen. De wetenschapper zal al snel duizend tot tweeduizend euro moeten betalen voor het voorrecht gepubliceerd te worden. Uitgevers moeten namelijk van het abonnementsmodel afstappen. Dat wil staatssecretaris Dekker. Hij wil toe naar Gold Open Access, vrije toegang tot wetenschap voor iedereen! En dus zijn universiteiten en uitgevers in onderhandeling. Omdat uitgevers hun geld toch ergens vandaan moeten halen, mogen ze dit voortaan bij de wetenschapper zelf halen. Deze kosten worden ook wel Article Processing Charges (APC) genoemd. De logica? Marketing, publicatie, logistiek en vooral de goede reputatie van tijdschriften; het moet allemaal ergens van betaald worden. Vergeet vooral ook de winst niet. Elsevier had vorig jaar maar liefst 39% (!) winst.

Peer review
Terecht, zal een uitgever zeggen. Ons systeem van peer review is goed en streng. Dat van OA-tijdschriften waar niet de hoofdprijs betaald moet worden voor publicatie, niet. Dat is niet zo zeker volgens universitair hoofddocent psychologische methoden Jelte Wicherts. Peer review vindt plaats achter gesloten deuren. Ook bij de gevestigde tijdschriften. Het is ondoorzichtig. “Bizar dat we daar zoveel vertrouwen in hebben,” zegt Wicherts.

Reputatie
Onze titels hebben een goede reputatie, en dat is relevant, zal een andere uitgever zeggen. En daar lijken ze gelijk in te hebben. Zelfs Ronald Leenes, hoogleraar regulering door technologie, die de toegevoegde waarde van uitgevers in het geheel niet meer ziet, zwicht toch voor de reputatie van tijdschriften. Van de aanwezige wetenschappers heeft maar 3 van de 10 ooit in een OA-tijdschrift gepubliceerd. De reputatie van zo’n OA-tijdschrift is nooit zo goed als die van een Nature of Science. Hoogleraar sociolinguïstiek Jan Blommaert, zelfbenoemd academisch activist, één van die drie, vindt dat niet relevant: “De reputatie kan me niet schelen! Ik wil gelezen worden.”

Het kan anders
De politiek lijkt een ambitieus doel gesteld te hebben: alle wetenschap vrij toegankelijk in 2024. Maar het is vooral makkelijk scoren. Omdat de ingeslagen weg, Gold Open Access, wellicht alleen maar de kortste weg is. De vrije toegang wordt duur betaald door de wetenschap en alternatieven en mogelijkheden worden niet onderkend.

Terwijl het toch echt anders kan. Publicatie in een OA-tijdschrift hoeft niet per definitie verzegeld te gaan van dure APC’s. Dat is een keuze. Ook zijn er goede ervaringen met sommige publicaties in OA-tijdschriften. En er zijn veelbelovende alternatieven, zoals Academia.edu en Tilburg Law Review. Belangrijkste noot op de zang: vandaag de dag kan iedereen zijn eigen werk publiceren en verspreiden. Het is geen voorrecht of exclusiviteit meer. Waarom dan nog de hoofdprijs betalen voor uitgevers die tegenwoordig weinig extra’s toevoegen?

Het debat is nog lang niet voorbij, zegt Marc van den Berg, directeur Library and IT Services (LIS). Toch onderhandelen universiteiten en uitgevers ondertussen gewoon stilletjes door. Van den Berg afsluitend, een beetje grappend tegen de aanwezigen: “Tot volgend jaar bij deze bijeenkomst.”

Advertentie.

Bekijk meer recent nieuws

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Blijf op de hoogte. Meld je aan voor de nieuwsbrief van Univers.