‘Engels binnen opleidingen schiet zijn doel voorbij’
Vier docenten van de UvA en VU vinden dat de Engelse taal in het academische onderwijs een te grote rol speelt. Het Engelstalige onderwijs dat nu op veel universiteiten wordt gegeven, is funest voor de ontwikkeling van Nederlandse studenten. Dat stellen zij in een manifest dat is gepubliceerd op Foliaweb.
Lucinda Dirven (UvA, oude geschiedenis), Emilie van Opstall (archeologie, VU), Mieke Koenen (klassieke talen, VU) en Piet Gerbrandy (klassieke talen, UvA) pleiten voor minder Engelstalig onderwijs op de universiteit. In het manifest onderschrijven zij het belang van Nederlands onderwijs voor Nederlandse studenten. Het gros van de academici in opleiding zal later immers in eigen land werkzaam zijn en daarbij is perfecte beheersing van de Nederlandse taal ontzettend belangrijk. Zij vinden het krom dat studenten in een vreemde taal academische teksten moeten schrijven, terwijl ze die techniek nog niet eens volledig beheersen in het Nederlands. De noodgedwongen tweetaligheid is een belemmering in hun ontwikkeling tot welbespraakte academici, aldus de initiatiefnemers.
De vier erkennen het belang van Engelstalig onderwijs in de internationale wetenschap wel, maar vinden dat niet alle disciplines zich hiervoor lenen. Zo is een uitstekende taalbeheersing in de geesteswetenschappen een vereiste, maar een wiskundige kan het met basaal Engels ook redden. Verder vinden zij het belangrijk dat de Nederlandse taal niet wordt verkwanseld en getuigt het juist van kracht om voor buitenlandse studenten de eis te stellen om eerst Nederlands te leren. ‘Beter goed onderwijs aan een beperkte groep dan matig onderwijs aan hele volksstammen’, aldus het manifest.
Advertentie.
