Bussemaker: geen misbruik selectie aan de poort

Minister Bussemaker gaat scherp in de gaten houden dat opleidingen numerus fixus niet gaan gebruiken voor oneigenlijke selectie. De bewindsvrouw kondigt aan dat ze de koepelorganisaties VSNU (universiteiten) en Vereniging Hogescholen en zo nodig instellingen er op gaat aanspreken als er wel sprake is van misbruik.

Bussemaker schrijft dit in een brief aan de Tweede Kamer. Daarin beantwoordt ze vragen van Kamerleden over het afschaffing van de loting bij opleidingen met een numerus fixus. Vanaf 2017 vervalt de centrale loting. Opleidingen met beperkte toegang moeten dan hun studenten zelf selecteren.

Selectie aan de poort ligt gevoelig in het hoger onderwijs. Ook in de Kamer, getuige de lange lijst vragen die Kamerleden aan Bussemaker hebben voorgelegd. De Kamer vraagt zich vooral af of decentrale selectie wel effectief is en of ze bijdraagt aan het studiesucces van studenten. Uit de beantwoording van Bussemaker blijkt dat ze dat niet kan hard maken met (wetenschappelijk) onderzoek, maar toch wegen wat haar betreft de voordelen het zwaarst: studenten hebben hun toelating meer in eigen hand.

Tilburg University telt drie bachelor-opleidingen met een numerus fixus: Psychologie, Economics en International Business Administration. TiU moet net als andere instellingen zelf de selectieprocedure en -criteria gaan bepalen. De instellingen moeten in de selectieprocedure minimaal twee verschillende inhoudelijke criteria gebruiken, stelt Bussemaker. Dus beoordelen op alleen de eindexamencijfers mag niet.

De onderwijsinspectie gaat er op toezien dat dit ook werkelijk gebeurt. Voor het vaststellen van de selectieregeling moet het College van Bestuur advies vragen aan de studentengeleding van de medezeggenschapsraad. Dat mag geen formaliteit zijn, schrijft de minister. “Ik vertrouw er op dat de studenten in de medezeggenschap voldoende kunnen deelnemen aan de vormgeving van de selectieprocedure en de criteria en ook scherp kunnen letten op eerlijkheid en transparantie.”

Bussemaker is het eens met het standpunt van onder meer de D66-fractie in de Kamer dat de toelatingsprocedure voor de studenten ‘helder, eerIijk en transparant’ moet zijn. “Duidelijk moet zijn op basis van welke punten geselecteerd of afgewezen wordt.” De bewindsvrouw stelt dat ze die transparantie nader gaat uitwerken in een werkgroep met instellingen en studenten en voorschriften zal opstellen, als dat nodig is. Die voorschriften staan dan in de minsteriele regeling met nadere voorwaarden voor decentrale selectie die in de loop van dit jaar moet verschijnen.

_Advertentie.