Taal- en cultuurmiddag: Portugees, polka en popcorn

Op de campus van Tilburg University lopen steeds meer internationale studenten rond. Hoe zorgen we dat we elkaars taal blijven spreken? Het Language Center laat je proeven van talen en culturen tijdens de vijfde editie van de Taal- en Cultuurmiddag.

Het Language Center bestaat dit jaar 45 jaar, nog een reden om er een gezellige middag van te maken. Bij de ingang hangt een nevel van gepofte mais. Het stroopwafelonthaal van vorig jaar is vervangen door een zakje popcorn. Er zijn vlaggen van verschillende landen, ietwat zacht opgeblazen wereldbollen hangen aan de trap. Voor de balie waar je je tickets kunt ophalen staat een rij.

Met zo’n 160 deelnemers is de opkomst iets minder groot dan vorig jaar. Dit jaar is er ingespeeld op het verzoek van geïnteresseerde medewerkers die een workshop mee willen pikken. Met succes. Onder de medewerkers waren de meeste aanmeldingen voor ‘The idiom is the Medium’ en ‘speed debating’. Helaas ging het debatteren, net als de Zweedse workshop, niet door. Acht van de tien workshops bleven op de planning staan, bij twee hiervan sloot Univers aan.

Gebarentaal

De workshop gebarentaal was het populairst. Tot twee maal toe waren alle stoelen bezet. René Spruit, docent gebarentaal, is doof geboren. Net als zijn broer en zus. Hij grapt er nog achteraan dat zijn dochters er ook last van hebben, op een Oost-Indische manier. Tegenover hem, en tussen de cursisten, zit zijn tolk, Astrid. De stem van Spruit komt uit een andere hoek, toch blijven de ogen gericht op de docent die met gebaren informatie overdraagt.

Hij vertelt over de frustraties die voor een persoon met goed gehoor moeilijk te begrijpen zijn. Door middel van liplezen, moest de klas raden welke drie woorden hij zei. Baard, maart en paard, nauwelijks te onderscheiden van elkaar. Daar kwam de zaal ook achter, want het duurde even voordat ze de juiste antwoorden gaven. Deze frustratiequiz zorgde voor begrip in de zaal.

Het begrip werd meteen gebruikt om de zaal te waarschuwen: het aantal slechthorenden in Nederland stijgt. Vooral door de luide muziek in cafés, kroegen en discotheken. Maar ook de muziek die uit je oortjes knalt, heeft grote invloed op je gehoor. Binnen de kortste keren moet je jezelf letterlijk met handen- en voetenwerk duidelijk maken. De workshop sluit af met een spoedcursus van een aantal woorden in gebarentaal.

Ervaar je eigen cultuur

Cultuurexpert Maaike Wachters bespreekt het fundament van de Nederlandse cultuur en waarin het verschilt met andere culturen. Zo staan wij bekend om onze directe aanpak. We cut to the chase. We zijn dol op het uitwisselen van informatie zonder poespas, waarbij het onderhouden van een relatie in het niet valt. Als je in China de weg vraagt, dan krijg je antwoord, ongeacht of het de waarheid is. De relatie, ook al is deze van korte duur, is op dat moment belangrijker dan een eerlijk antwoord. Daar kunnen Nederlanders zich natuurlijk niets bij voorstellen.

Een tweede Hollandse karaktereigenschap is de mentaliteit van: ‘doe maar normaal, dan doe je al gek genoeg’. We hebben een hekel aan uitslovers, en leven in een zesjescultuur. Boven iemand uitsteken is uit den boze. En dat in een land met een koningshuis, waarbij een van de cursisten weet op te merken: “Maar wel met een cuddle-king”. Een jonge Afrikaanse dame ziet het positieve hiervan in. Ze zegt dat er in Afrika veel competitie heerst. Hier is iedereen gelijk.

“Te laat komen is in Nederland de grootste manier om iemand te beledigen”, stelt Wachters. De achterliggende reden voor deze frustratie ligt in het verspillen van andermans tijd. We hebben altijd wel iets beters te doen. Kijk maar in onze volgekalkte planningen, waar we met kleurtjes orde proberen te scheppen in een chaos van afspraken.

Met nog vier minuten op de klok, sluit Wachters af met de woorden: “Voor een betere communicatie, moet je bij jezelf beginnen”. Een van de aanwezige studenten had wat meer verwacht van deze workshop. “Ze sprak voornamelijk vanuit eigen ervaring, ik had het academischer verwacht.” Desalniettemin had hij zich toch driekwartier lang vermaakt.

Language Café

Iets voor half vijf wordt de borrelkar naar binnen gereden, geëtaleerd met glazen wijn, jus d’orange en flesjes Jupiler. Alle workshoppers kunnen aansluiten bij het Language Café om na te praten over de opgedane kennis en ervaring. Het café is geen eenmalige opzet, maar wordt eens in de zes weken georganiseerd. Met een sticker op je borst maak je duidelijk welke talen je spreekt en welke talen je wilt bezigen vandaag. Ga bij de tafel met de juiste vlag staan en begin het gesprek. Mocht je snel uitgekletst zijn, er liggen genoeg spelletjes om jou en je gesprekspartner bezig te houden.

Intentie

“Ons doel van vanmiddag is het presenteren van het Language Center aan de universiteit”, zegt Tjits Roselaar, hoofd van het Language Center. “We bieden een cultuurmiddag die de breedte van taal en cultuur probeert te vangen en sterk afwijkt van wat we in ons reguliere aanbod voor medewerkers en studenten hebben.”

De datum was alleen niet heel handig. “Vanwege het lustrum hebben we ‘the language & culture afternoon’ verschoven naar december. Normaal organiseren we het november. Alleen zitten we in het vaarwater van de studenten die nu bezig zijn met tentamens.” Ondanks de no shows en de twee afgelaste workshops vond ze het toch een geslaagde dag.

Het Language Center gebruikt de hoeveelheid belangstelling bij elke workshop als graadmeter voor het huidige cursusaanbod. Zo is Arabisch enkele jaren geleden tot een vaste keuze in het voucheraanbod gemaakt. “Studenten gaven aan deze taal te willen leren, zolang zij de klassen vullen, krijgen wij het organisatorisch voor elkaar.” Dat gebarentaal zo succesvol was dit jaar, betekent niet direct dat dit wordt aangeboden. “Het moet ook internationaal relevant zijn”.

Advertentie.

Bekijk meer recent nieuws

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Blijf op de hoogte. Meld je aan voor de nieuwsbrief van Univers.