Meer vaste banen voor docenten

Tilburg University wil de cao-afspraak nakomen om uiteindelijk maximaal 22 procent van het onderwijzend personeel in tijdelijke dienst te hebben. Hoe de TiU dat in praktijk gaat brengen, durft de afdeling HR nog niet te zeggen.Volgens Karin Leurs van HR moet nog bepaald worden hoe Tilburg het nakomen van de cao-afspraken gaat invullen. “De cijfers van 2015 staan in het jaarverslag en dat is pas in april klaar. De afspraak binnen de VSNU is dat we begin volgend jaar evalueren waar we als universiteiten staan in het terugdringen van de tijdelijke contracten. Ik denk ook niet dat het verstandig is om daarop vooruitlopend als universiteit al individueel stappen te ondernemen.”

‘Tijdelijk’ versus ‘vast’

Tussen 2011 en 2014 daalde bij Tilburg University het aantal docenten met een tijdelijk contract met enkele procenten. Maar het aantal tijdelijke contracten blijft nog altijd groter dan de groep mensen met een vast dienstverband. Nu is dus landelijk afgesproken dat minimaal 78 procent van al het onderwijzend personeel een vast dienstverband dient te hebben. “Dan spreken we dus over de hoogleraren, de universitair hoofddocenten, de universitair docenten en de docenten”, stelt Leurs. “Waarbij het gaat om het gemiddelde: als er universiteiten zijn waar het percentage tijdelijke contracten nog lager uitvalt, kunnen andere universiteiten dus juist iets meer met tijdelijke contracten werken.”

Volgens Leurs gaan de universiteiten dit kalenderjaar vooral gebruiken om goed in kaart te brengen wie er nu precies in tijdelijke of vaste dienst is. “Dat is onder meer nodig omdat de tijdelijke contracten voor langer dan vier jaar nu niet meetellen. Die worden in een aparte categorie ingedeeld. En dan wordt het interessant om te zien hoe Tilburg afsteekt ten opzichte van de andere universiteiten.”

Bij deze ‘tijdelijke’ werknemers gaat het vooral om de zogenaamde tenure trackers. Dit zijn volgens Leurs werknemers met weliswaar een tijdelijk dienstverband, maar van wie eigenlijk op voorhand vast staat dat de TiU hen in vaste dienst wil nemen. Of dat voor de cijfers inderdaad zo’n verschil zal maken, is de vraag: in 2014 kende Tilburg slechts enkele tientallen tenure trackers.

BEST

De reorganisatie BEST heeft op zich geen invloed op de cijfers, aangezien het daarbij om ondersteunend en niet om onderwijzend personeel ging. Wel was het de bedoeling dat die reorganisatie ook geld vrij zou maken voor wetenschappelijk personeel. Leurs: “Of dat ook gebruikt gaan worden voor vaste aanstellingen? Het zou natuurlijk kunnen, maar dat hoeft niet het geval te zijn.”

Ministers

Vorige week hadden de ministers van Onderwijs en van Sociale Zaken en Werkgelegenheid ook al antwoord gegeven op Kamervragen over de tijdelijke contracten bij universiteiten. Daarbij gaven zij aan geen reden te zien de Wet werk en zekerheid (Wwz) aan te passen. Volgens het Kabinet hebben universiteiten voldoende middelen en ruimte om in voorkomende gevallen afwijkende arbeidscontracten aan te gaan.

Concreet gaat het daarbij over de problemen die zogenaamde Veni-laureaten door deze wet zouden kunnen ondervinden, alsmede de werknemers die door zwangerschap of andere omstandigheden hun onderzoek niet kunnen afronden binnen de afgesproken vier jaar. Volgens de ministers kan ook dan nog een nieuw contract worden gesloten dat met toestemming van UWV, of met wederzijds goedvinden, kan worden beëindigd als een project afloopt en er geen mogelijkheden zijn een werknemer langer in dienst te houden.

Toename

De afgelopen jaren was er bij universiteiten duidelijk sprake van een toename in tijdelijke contracten, en dus een relatieve afname van het aandeel wetenschappelijk personeel met een vast contract. Volgens de VSNU is dit te wijten aan het feit dat steeds meer onderzoek gefinancierd wordt op basis van contracten en subsidies, waardoor universiteiten liever een grote ‘flexibele schil’ hebben. Overigens geldt dit vooral voor docenten en universitair docenten en minder voor hoogleraren en universitair hoofddocenten.

Tilburg University had in 2014 nog 880 fte’s aan wetenschappelijk personeel op de begroting staan. Daarbij varieerde het aantal personeelsleden in tijdelijke dienst per faculteit van 34 % (TS) tot 63 % (TSB).

Onderstaande graphics met nationale cijfers zijn afkomstig van de website van de VSNU.

aaaaa

 

grap 2

Bekijk meer recent nieuws

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Blijf op de hoogte. Meld je aan voor de nieuwsbrief van Univers.