Bang voor bevalling? Loop er niet van weg

Zwangere vrouwen die bang zijn voor de bevalling moeten er niet van weglopen. Aandacht hebben voor gevoelens en lichaam vermindert de angst, blijkt uit het promotieonderzoek van haptotherapeut Gert Klabbers. “Bevallen doe je niet met je hoofd, je moet er gevoelsmatig bij betrokken zijn.”

‘Wat voel je daarbij?’ is zowel een normale als bizarre vraag. Normaal omdat iedereen kan begrijpen dat gevoelens bij het leven horen. Bizar omdat velen er niet meer bij stilstaan, de moderne mens wil dóór. Niet voelen maar denken en doen. “We leven in een tijd dat mensen veel rationaliseren en denken dat alles te regelen is,” verklaart haptotherapeur Gert Klabbers de tijdsgeest.

Weglopen

Sommige dingen zijn te regelen of controleren, maar veel is dat niet. Aan een bevalling, bijvoorbeeld, valt niet zoveel te controleren. Het is intens maar het gebeurt, de vrouw moet er in mee. Er zijn dan ook vrouwen met bevallingsangst. Zij maken zich zorgen over hun lichaam, eventuele paniek tijdens de bevalling, ongewenste inmenging door verloskundigen of bijvoorbeeld ondraaglijke pijn. Het probleem met angst, zegt Klabbers, is dat het in het hoofd zit. Waardoor deze vrouwen het contact met de eigen gevoelens en het lichaam nog verder verliezen. “Bevallen doe je niet met je hoofd, je doet het met je lijf. Je moet er gevoelsmatig bij betrokken zijn. Maar als je ergens bang voor bent, wil je daarvan weg.” Klabbers maakte het mee dat een vrouw tijdens een bevalling opstond, ze wilde er letterlijk van weglopen.

Lichaam en gevoel

Lang was er geen behandeling waarvan vaststond dat het deze vrouwen daadwerkelijk hielp. Wel zag Klabbers in zijn praktijk als haptotherapeut, het beroep dat hij sinds 1989 uitoefent, dat de angst bij deze vrouwen vermindert als ze vertrouwder raken met hun gevoelens en lichaam. Ze zijn dan gevoelsmatig betrokken bij de zwangerschap, in plaats van dat ze in hun hoofd vluchten. De zwangerschap verloopt beter en verhoogde risico’s, zoals stress en depressiviteit tijdens de zwangerschap of posttraumatische stress symptomen nadien, worden er mogelijk mee tegengegaan.

“In Nederland is iets pas echt als het wetenschappelijk is aangetoond”

Iets met eigen ogen zien, is niet hetzelfde als het bewijzen. “In Nederland is iets pas echt als het wetenschappelijk is aangetoond. En ik vind het de verantwoordelijkheid van een beroepsgroep om duidelijk te maken dat er zinvolle interventies gebruikt worden.” Op een zeker moment kwam Klabbers in gesprek met de Tilburgse wetenschapper Ad Vingerhoets en besloot wetenschappelijk te onderzoeken of haptotherapie angst voor de bevalling kan verminderen.

Bovenmatige angst

Zo’n tien procent van de 180.000 Nederlandse vrouwen die jaarlijks zwanger worden, heeft extreme angst voor de bevalling. Van de 555 zwangere vrouwen die meededen aan het onderzoek van Klabbers, had zelfs een ruime 24 procent (134 zwangeren) last van bovenmatige angst voor de bevalling, gemeten met de Wijma Delivery/Expectancy Questionairre (WDEQ). Dat is een vragenlijst ontworpen door Klaas Wijma, naast Ad Vingerhoets promotor van Klabbers. De angst werd gemeten op vier momenten: week 20 en 36 in de zwangerschap en zes weken en zes maanden na de bevalling.Voor het onderzoek werden de angstige vrouwen ingedeeld in drie groepen. De eerste groep kreeg haptotherapie, de tweede groep psycho-educatie via het internet en de derde groep normale verloskundige zorg.

Met haptotherapie werd er in acht sessies aan gewerkt om de angst te verminderen, vaak met de partner erbij. Het begon met een kennismaking, er werd gesproken over het menselijk vermogen om zich te kunnen openen en sluiten voor gevoelsindrukken, het uitnodigend reageren op het kindje in plaats van afwendend.

Randomisatie doorbroken

Uit de controlegroepen stapten een aantal zwangere vrouwen over naar de eerste groep, die haptotherapie kreeg. Vanuit wetenschappelijk oogpunt is dat onwenselijk, zo wordt randomisatie doorbroken en dat is één van de uitgangspunten van betrouwbaar onderzoek. Klabbers respecteerde de keuze van de vrouwen omdat het vanuit cliëntperspectief wenselijk is om rekening te houden met behandelvoorkeuren.Bewegingen van het kindje werden gebruikt om vertrouwd te raken met het eigen lichaam, er werd geoefend met persen, weeën opvangen en met het omgaan met pijn.

Minder angst

De resultaten laten zien wat Klabbers zelf al had gezien: haptotherapie werkt. Net als de andere behandelingen: op de grafiek van angst is drie keer een dalende lijn te zien, maar de lijn van haptotherapie daalt het meest. Tegelijk met de angst nemen de symptomen van stress en depressiviteit tijdens de zwangerschap af, en die van posstraumatische stress na de bevalling.

Wat niet afneemt, en dat is volgens Klabbers verrassend, zijn de medische interventies en somatisatie, het ontstaan van lichamelijke symptomen door psychische of emotionele pijn. Uit diverse onderzoeken blijktdat bevallingsangst het risico op medische interventies doet toenemen dus een afname van die angst zou logischerwijze zorgen voor een afname van interventies, maar dat blijkt niet uit Klabbers’ onderzoek. Hij concludeert dat andere factoren tijdens de bevalling blijkbaar een grotere rol spelen.

“Het onderzoek naar haptotherapie staat nog in de kinderschoenen”

Wel werd aangetoond dat de moeder-kind hechting verbetert. Deze fundamentele menselijke relatie bracht Klabbers in kaart door de vrouwen aan te laten geven hoe veraf of dichtbij het kind voor de vrouw is, in een cirkel die het eigen leven moet voorstellen. Vrouwen die haptotherapie hadden gehad, plaatsten het kind dichter bij zichzelf.

De wetenschap

Klabbers plukt de vruchten van de wetenschappelijke benadering in de dagelijkse praktijk. “Ik gebruik veel vaker vragenlijsten. Soms mis je dingen, patiënten vertellen niet altijd alles en er zijn zoveel vragen die je kan stellen. Met een goede vragenlijst check je dat.” Over zijn onderzoek is hij bescheiden. Het is een begin dat vraagt om herhaling en vervolg. “Het onderzoek naar haptotherapie staat nog in de kinderschoenen, voor zover ik weet ben ik de eerste haptotherapeut die gaat promoveren.”Proefschrift: Can haptotherapy reduce fear of childbirth? Some first answers from a randomized controlled trial.

Promovendus: Gert Klabbers (1958) studeerde in 1982 af als fysiotherapeut en in 1989 als haptotherapeut aan het Instituut voor Toegepaste Haptonomie te Berg en Dal, tegenwoordig gevestigd in Nijmegen. Hij startte in Apeldoorn met een eerstelijns haptotherapie praktijk en heeft dat werk sindsdien gecombineerd met vele advies- en managementfuncties. Klabbers verdedigt zijn onderzoek woensdag 5 september om 14.00u in de aula.

Promotores: Ad Vingerhoets, Klaas Wijma

Co-promotor: Marieke Paarlberg

Advertentie.

Bekijk meer recent nieuws

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Blijf op de hoogte. Meld je aan voor de nieuwsbrief van Univers.