Landelijke risico’s door grote banken

Grote Nederlandse banken hebben een balanstotaal die bijna vijf keer zo groot is als het Nederlandse bruto binnenlands product (bbp). Dat betekent dat ons land erg gevoelig is voor financiële risico’s. Dit betoogt hoogleraar Internationale Economie Harry Huizinga, in een onderzoek dat hij samen met Asli Demiregüc-Kunt van de Wereldbank verrichtte.

Huizinga  en Demireguc-Kunt onderzochten gegevens over de jaren 1991-2009 van een grote groep banken uit tachtig landen. Het nut van banken die groot zijn ten opzichte van de nationale economie is namelijk twijfelachtig: deze banken zijn minder rendabel dan hun kleinere concurrenten, onder meer omdat hun financieringskosten hoger zijn. Bovendien: als ze in de problemen komen, lopen ze het risico te groot te zijn om te worden gered door hun nationale overheid. Voor dat risico betalen ze op de geld- en kapitaalmarkten een extra premie.

Omdat de banken toch van vitaal belang zijn voor de nationale economie, worden ze vaak neergezet als too big to fail: overheden zouden zich het niet kunnen permitteren zo’n bank failliet te laten gaan. Het bankmanagement komt daardoor in de verleiding grotere risico’s te nemen. Als het mis gaat, is er immers altijd nog een vangnet. “We zouden maatregelen moeten nemen om die risico’s in te dammen”, stelt Huizinga.

Bekijk meer recent nieuws

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Blijf op de hoogte. Meld je aan voor de nieuwsbrief van Univers.