Pensioenakkoord: jong en oud zijn even goed/slecht af

Jong en oud zijn even goed/slecht af bij het nieuwe pensioenakkoord. De Tilburgse onderzoekers Eduard Ponds en Zina Lekniute Msc hebben de gevolgen van het pensioenakkoord voor de verschillende generaties op langere termijn doorgerekend en komen tot de conclusie, dat de ouderen, noch de jongeren eenduidig beter of slechter af zijn in de nieuwe situatie, zo meldt Econtrack.

“Er kan niet zonder meer gesteld worden, dat de voorstellen van het pensioenakkoord leiden tot het systematisch bevoordelen of benadelen van specifieke generaties. Voor elk van de afzonderlijke stappen in de aanpassing van het pensioencontract zijn er voor de verschillende groepen grote voordelen of nadelen te onderkennen. Het gezamenlijke effect van de onderscheidbare generaties is, dat de voor- en nadelen deels tegen elkaar wegvallen.”

In hun uitvoerige studie – waarin de gevolgen van het pensioenakkoord over een periode van 25 jaar worden geëvalueerd – komen Ponds en Lekniute tot de conclusie dat de voorgestelde aanpassingen soms in het voordeel van de jongeren uitpakken en dat in andere gevallen de oudere werknemers er de vruchten van plukken.

Zo is de overstap van een flexibele naar een stabiele premie, één van de onderdelen van het akkoord, in het voordeel van de jongeren. “Een stabiele, kostendekkende premie is voor werkenden waardevoller dan een volatiele premie rond het kostendekkend niveau”, aldus de onderzoekers.

Daar tegenover staat bijvoorbeeld de surplusdeling, als de nominale dekkingsgraad van een pensioenfonds boven de 160 procent uitkomt. Die is voor de oudere generatie juist een voordeel, want in het geval van een ruime overdekking worden de pensioenaanspraken meer dan volledig geïndexeerd. Dat is een ruimere regeling dan de bestaande situatie, waarbij de rechten nooit meer kunnen zijn dan de volledig geïndexeerde pensioenaanspraken.

“De jongeren leveren in dat geval waarde in doordat wat bij ruime overdekking aan ouderen wordt uitgekeerd niet langer in de toekomst beschikbaar is voor de dekking van hun aanspraken”.