Geen mensenrechtelijke aanpak mensenhandel
De manier waarop minister Leers de mensenhandel aanpakt schiet tekort als het gaat om menselijkheid. Dit vindt juriste Conny Rijken van de UvT. De nadruk ligt teveel op het strafrechtelijke aspect.
Slachtoffers van mensenhandel worden in Nederland onvoldoende menswaardig benaderd volgens Rijken. Zij worden teveel beschouwd als illegalen die erop uit zijn om misbruik te maken van de Nederlandse voorzieningen. De prioriteit van het beleid van Leers (Minister voor Immigratie, Integratie en Asiel) ligt teveel bij de uitzetting van deze slachtoffers.
Ministers Leers is vooral bang dat er misbruik wordt gemaakt van de zogenaamde “B9-verblijfsregeling slachtoffers mensenhandel”, die recht geeft op verblijf, bijstand en ondersteuning, stelt Rijken. Hij werpt vooral barrières op die de toegang tot deze regeling bemoeilijken.
Een efficiënt beleid tegen mensenhandel zou juist meer oog moeten hebben voor het mensenrechtelijke aspect. Nu doen slachtoffers vaak geen aangifte. Doordat zij vooral als illegalen worden aangepakt, is hun aangiftebereidheid niet groot, waardoor het opsporen van mensenhandelaars moeilijker wordt. Bovendien stelt de nieuwe Europese Richtlijn mensenhandel duidelijk dat een mensenrechtelijke aanpak van slachtoffers vereist is.
Voor de volledige mening van Rijken zie hier.