Sharia in Nederland. Onschuldig of onverenigbaar?

Een sharia-wetgeving in Nederland. Voor- en tegenstanders kijken tot in het uiterste anders tegen de vraag aan. In de samenleving overheerst angst voor het onbekende dat vooral wordt geassocieerd met lijfstraffen, vrouwenonderdrukking en extreem gedachtegoed.

De starter van de discussie is de omstreden islamgeleerde Haitham Al-Haddad uit Engeland. Londen heeft al zo’n zogeheten sharia-raad en daar ligt precies de nuance, vertelt UvT-hoogleraar godsdienstwetenschap Beck. “Het gaat om een adviesraad. De Nederlandse wet zal daar altijd boven staan. Nederland kent al vergelijkbare raden voor joodse en Rooms-katholieke gelovigen.”

Volgens Beck kan een adviesraad nuttig zijn, er gebruik van maken is uit vrije wil. De raad zou voornamelijk bedoeld zijn als bemiddeling in bijvoorbeeld echtscheidingen, iets dat voor moslimvrouwen een moeilijk proces is. Moslimmannen weigeren vaak te tekenen voor de opheffing van het religieuze huwelijk, waardoor de vrouw volgens de Nederlandse wet wel gescheiden is, maar voor haar omgeving nog steeds religieus getrouwd is. Beck: “Zie het als een soort mediator, zoals we die voor andere religies ook kennen. Voor moslims zou dit prettig kunnen zijn, dan hebben zij dezelfde rechten als katholieken of joden.”

Binnen de moslimgemeenschap is niet iedereen een voorstander van het plan. Tweede Kamerlid Khadija Arib is fel tegenstander, zij vindt het islamitisch huwelijk geen onschuldig verschijnsel. Het invoeren van een sharia-adviesraad zou dit huwelijk propageren en daarmee een belangrijk fundament van de sharia-wetgeving ondersteunen. “In een land waar de sharia heerst wil geen vrouw wonen”, pleitte ze drie jaar geleden al in Trouw.