Nederlander wil weer duidelijke taal
Politici zijn er bedreven in: mooipraterij. De economische crisis? Dat is een geweldig leermoment. Het gebruik van dit soort eufemismen komt steeds meer onder vuur te liggen, concludeert Jan Renkema, hoogleraar Tekstkwaliteit aan de UvT.
Bezuinigen is een woord dat niemand graag hoort. Maar wat als je zegt dat je niet gaat bezuinigen, maar gaat ombuigen? Of, ook een mooie: de organisatie gezond gaat maken? Dan klinkt het ineens een stuk beter. “Maar de mensen zijn niet gek,” zegt Renkema. “Uiteindelijk voelen ze het wel in hun portemonnee.”
Het gebruik van eufemismen ligt onder vuur, signaleert Renkema. “Een eufemisme is een vorm van framing,” legt de hoogleraar Tekstkwaliteit uit. “Dan geef je een draai aan de taal waardoor je de betekenis verzacht.” Eufemismen horen bij de dagelijkse omgang. Als je vriend of vriendin thuiskomt met een afgrijselijk kapsel, zul je niet snel zeggen: “Wat lelijk.” Je zult waarschijnlijk iets zeggen als: “Apart.” Daar is op zich niets mis mee, vindt Renkema. “In communicatie streef je naar wederzijds gezichtsbehoud. Je gaat er niet meteen met gestrekt been in.”
Maar als werkelijkheid en eufemisme te ver uit elkaar groeien krijg je een probleem. Renkema: “Dat is wat je nu ziet. Mensen hebben meer behoefte aan duidelijke taal.” Dus worden wijken met veel armoede en criminaliteit weer vaker ‘achterbuurten’ genoemd, in plaats van ‘probleemwijken.’ En een ‘werkeloze’ heet gewoon weer een ‘uitkeringstrekker’. Daar is op zich niets mis mee, vindt Renkema. “Als de verpakking de inhoud teniet doet, vind ik het een goede ontwikkeling om het beestje weer bij de naam te noemen.”
Politieke partijen als de SP en PVV, media als PowNews en GeenStijl, maar ook sociale media leveren een bijdrage aan deze ontwikkeling. “Op sociale media wordt heel direct gecommuniceerd. Die taalverharding sijpelt door naar het alledaagse taalgebruik.”
Het gebruik van duidelijke taal kan een manier zijn om de kloof tussen burger en politiek te verkleinen. Tegelijkertijd is uit onderzoek gebleken dat politici die teveel ‘harde’ taal gebruiken aan respect verliezen. Renkema: “Waar het op neerkomt, is dat mensen er uiteindelijk niet intrappen als je met taal zaken mooier voorstelt dan ze zijn.”