Geschiedenis van christendom een aangedikt drama?

Vroege christenen werden helemaal niet systematisch vervolgd, meent de Amerikaanse wetenschapper Candida Moss. Het leed wordt aangedikt voor politieke doeleinden. Univers bezocht de Tilburgse theoloog Frank Bosman en vroeg: “Is de christelijke geschiedenis een sterk staaltje aanstellerij of niet?”

Keizer Nero stak bij het vallen van de nacht graag christenen in brand bij wijze van feestverlichting. Wat hij ook leuk vond: ze laten verscheuren door wilde beesten. Het zijn maar twee voorbeelden van het wrede lot dat vroege christenen moesten ondergaan. Het is algemeen bekend: de christenvervolgingen waren gruwelijk.

Volgens de Amerikaanse wetenschapper Candida Moss (University of Notre Dame, Indiana) valt dat allemaal reuze mee. Zij stelt met het boek The Myth of Persecution dat recent verscheen de christelijke vervolgingsgeschiedenis aan de kaak. Zo genadeloos vervolgden de Romeinse keizers de christenen helemaal niet, schrijft Moss. Veel martelaarsverhalen zijn later aangedikt of verzonnen en niet representatief voor de werkelijkheid.

Politiek gewin

Toch wordt de mythe van de christenvervolging volgens de onderzoekster gretig in stand gehouden, vooral door politici met een religieuze en rechtse signatuur. Die zouden de martelaarsverhalen volgens Moss schaamteloos gebruiken om hun eigen boodschap kracht bij te zetten.

Heeft mevrouw Moss een punt?  “Wat betreft het politieke misbruik wel,” meent theoloog Frank Bosman. “Het is goed dat Moss zich daar tegen verzet: je moet de geschiedenis niet aanpassen om de huidige situatie te rechtvaardigen. Het is goed als dat politieke spelletje wordt veroordeeld.”

Vervolging

“Als het gaat om de christenvervolgingen ligt het wat ingewikkelder,” aldus Bosman. “Er zijn twee perioden geweest waarvan je objectief kan vaststellen dat christenen werden vervolgd als staatsgevaarlijke individuen. Dat was onder keizer Nero en onder keizer Diocletianus.”

“Maar voor de rest was het Romeinse rijk inderdaad vaak tolerant tegenover de christelijke bevolking. Christenen mochten hun eigen geloof belijden zolang ze maar goed staatsburgerschap toonden. Dat betekende dat je in ieder geval op minimale wijze moest meedoen aan de Romeinse religieuze cultus. Wanneer christenen dat niet deden werden ze beschuldigd van slecht staatsburgerschap. Dat kon tot veroordelingen leiden, maar dat gold voor iedereen die zich niet gedroeg als een goed staatsburger.”

Martelaarsverhalen

De geschiedenis van de christelijke vervolging is achteraf vaak dramatischer gemaakt dan zij werkelijk was, beaamt Bosman. Maar schokkend is dat niet, vindt hij, en typisch christelijk al evenmin. “Christenen die onder keizer Nero of Diocletianus stierven werden vaak uitgeroepen tot martelaren. Zij werden helden. En naarmate de tijd verstreek werd hun heldendom steeds meer aangedikt. Veel is achteraf geconstrueerd, ja. Maar dat is iets menselijks wat je door de hele geschiedenis heen ziet gebeuren. Op dit moment gebeurt het veel bij moslims die zich hebben opgeofferd voor hun geloof.”

Het boek van Candida Moss legt geen bom onder de christelijke geschiedenis volgens Bosman. “Moss maakt vooral discussie los omdat ze haar stelling heel scherp formuleert. Maar wat ze beweert is eigenlijk niet opzienbarend. Ik ken in ieder geval geen collega’s die van haar publicatie in paniek zijn geraakt.”

Advertentie.

Bekijk meer recent nieuws

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Blijf op de hoogte. Meld je aan voor de nieuwsbrief van Univers.