Onderzoek UvT: op beperkte schaal matchfixing

Interpol signaleerde het al eerder en nu blijkt het ook uit onderzoek in opdracht van het ministerie van Welzijn en Sport: ook in Nederland worden sportwedstrijden gemanipuleerd. Er is echter geen aanleiding om te veronderstellen dat het om grote aantallen gaat of dat hele competities corrupt zijn.

Het onderzoek is verricht door Toine Spapens, hoogleraar Criminologie aan de UvT en onderzoekers van de Vrije Universiteit Amsterdam en Ernst & Young.

Er zijn vijf sporten onderzocht: voetbal, tennis, de draf- en rensport, basketbal en boksen. Spapens vertelde aan Univers: “85 procent van de respondenten komt echter uit het voetbal. Het gaat niet alleen om profvoetbal, ook om amateurs. We hebben het tot het niveau van de hoofdklasse onderzocht. En er zijn oud-sporters geïnterviewd.”

Van de geïnterviewde Nederlandse sporters en scheidsrechters kent acht procent iemand die is benaderd voor wedstrijdvervalsing en vier procent heeft daar zelf mee te maken gehad, zo blijkt uit de enquête. Ook uit interviews en gegevens van opsporingsinstanties komen signalen dat matchfixing in Nederland voorkomt.

De onderzoekers bepleiten een verbod, liefst Europees, op het gokken op jeugdwedstrijden en op weddenschappen die gemakkelijk te manipuleren zijn, zoals gokken op hoeveel tijd een scheidsrechter zal bijtrekken. De mogelijkheden om signalen van matchfixing veilig te melden moeten worden uitgebreid, bijvoorbeeld via voor sporters gemakkelijk bereikbare vertrouwenspersonen.