Bussemaker houdt vast aan afschaffing basisbeurs
Hoewel er van alle kanten kritiek komt op haar plan om de basisbeurs af te schaffen – zelfs binnen haar eigen partij – wil Bussemaker van geen wijken weten. ‘’Studenten lenen nu ook al.’’
‘’Gezien de persoonlijke opbrengsten uit het hoger onderwijs vind ik het rechtvaardig om de lasten tussen de studenten en de samenleving eerlijker te verdelen’’, zo zei ze in een debat in de Tweede Kamer van 31 oktober. ‘’Dat is wat we met het leenstelsel doen. De belastingbetaler draagt al bij aan de studiekosten. Dat is een fiks bedrag, rond de 4.000 euro per jaar. Men hoeft dat dan niet ook te doen voor het levensonderhoud, temeer omdat studenten na een hogere onderwijsstudie gemiddeld veel meer gaan verdienen dan iemand met een MBO opleiding.’’
De afschaffing van de basisbeurs is volgens Bussemaker nodig om geld vrij te maken om zo ‘’op de lange termijn substantieel te investeren in het onderwijs en het daaraan verbonden onderwijs mogelijk te maken.’’ Die investering komt ten goede aan de diversiteit en kwaliteit van het hoger onderwijs. Bussemaker wil hierover onder andere van gedachten wisselen met studentenverenigingen. De aandacht zou volgens haar vooral moeten liggen op genoeg professoren zodat voldoende gewaarborgd voltijd onderwijs kan worden geboden, kleinere werkgroepen voor meer interactie, een mentorensysteem voor meer persoonlijke begeleiding om zo het aantal langstudeerders terug te brengen, meer praktijkgericht onderzoek en het stimuleren van excellente studenten.