Plato, Olof, Vidar blijven populair

De jaarlijkse instroom het aantal nieuwe leden bij de Tilburgse studentenverenigingen blijft nagenoeg constant, terwijl het aantal nieuwe bachelorstudenten jaarlijks fors daalt. De verklaring lijkt te liggen in het aantal studenten dat in een later studiejaar lid wordt en de stijging van het aantal hbo’ers. Univers nam de instroom van Tilburgse sjaars, feuten en klooien bij Plato, Olof en Vidar onder de loep.

Lid worden lijkt tijdloos, studeren aan de UvT minder. Sinds het collegejaar 2011-2012 daalt het aantal nieuwe bachelorstudenten aan de UvT, maar stijgt het aantal nieuwe leden van studentenverenigingen licht. Het aantal studenten dat lid wordt, kan uitgedrukt worden als percentage van de totale instroom van bachelor studenten aan de hele instelling. Vergelijk je 2011-2012 met 2013-2014 dan stijgt dit percentage met een kleine twee procent.

De vergelijking is niet helemaal eerlijk, want lid worden van een studentenvereniging kan ook in een later studiejaar. Evelien Broers, Quaestor Secundus van Olof, signaleert deze trend: “Studenten worden vaker in hun tweede jaar lid: universitaire studenten willen in het eerste jaar hun BSA halen en HBO studenten hun propedeuse.” Ook speelt de stijging van het aantal hbo’ers dat lid wordt mee: hun aandeel in de instroom steeg tussen 2011 en 2013 met twee procent – 12 studenten – naar bijna een kwart van de totale instroom.

Ondanks deze lichte stijging over de hele periode, was er in het vorige collegejaar een dip in het aantal aanmeldingen voor studentenverenigingen. In dit jaar moest de langstudeerboete voor het eerst betaald worden (hoewel de boete binnen enkele maanden sneuvelde). Het is wellicht een verklaring voor de instroomdaling.

Dit jaar klimt de instroom bij studentenverenigingen uit het dal. 483 studenten totaal zijn lid geworden bij Olof, Plato en Vidar. Maar hoe zijn deze studenten verdeeld over de verenigingen?

Marktaandeel
Het staat buiten kijf: een Platoon verschilt van een Vidraat en een Vidraat van een Olof’er. Toch vissen de verenigingen in dezelfde vijver: het aantal nieuwe eerstejaars dat in Tilburg komt studeren en die tijdens de TOP-week geconfronteerd wordt met de PR-machine van de verenigingen.

Als het aantal nieuwe leden van elke vereniging bij elkaar wordt opgeteld, kan er iets gezegd worden over het marktaandeel van de individuele verenigingen: hoeveel procent van de nieuwe leden naar welke vereniging gaat. In 2011 ging bijna de helft van de instroom naar Plato, tegenwoordig wordt de instroomtaart eerlijker verdeeld.

Olof blijkt redelijk constant en eist steevast een kwart op. Vidar en Plato zijn van stuivertje aan het wisselen: had Plato in 2011 nog met afstand (17 procent) het grootste taartstuk, in het huidige collegejaar liggen Plato en Vidar nog maar drie procent uit elkaar.

Plato blijft de meeste leden aantrekken met een aandeel van 39 procent in 2013: twee op de vijf studenten die dit jaar lid werden, zitten dus bij Plato. Als deze trend doorgaat heeft Vidar volgend jaar een grotere instroom dan Plato. Wellicht dat het percentage Vidraten dit jaar nog verder stijgt: bij de roeivereniging bestaat de mogelijkheid om in het voorjaar in te stromen (lentelid).

Mannen in de meerderheid
Bij een studentenvereniging gaan, is nog steeds een mannending. De verhouding tussen mannen en vrouwen schommelt in de gemeten jaren, maar valt altijd uit in het voordeel van mannen. In 2011 stroomden voor elke vrouw twee mannen in bij Olof. Maar Olof emancipeert in rap tempo: tussen 2011 en 2013 steeg het aandeel vrouwelijke leden bij Olof met tien procent naar 43 procent.

Emancipatie bij Olof dus, bij Vidar gebeurt het omgekeerde: het percentage vrouwelijke Vidraten neemt af. Het aantal nieuwe mannelijke Vidraten steeg met zes procent naar 57 in 2013-2014, terwijl het in 2011-2012 nog nagenoeg gelijk verdeeld was.

En had je als mannelijke Platoon in 2011 de vrouwen nog voor het uitkiezen– 44 procent mannen; 56 procent vrouwen – tegenwoordig stromen er tien procent (18 mannen) meer mannen in dan vrouwen. De verhoudingen zijn omgedraaid: de instroom van vrouwen in 2013 bestond voor 45 procent uit vrouwen en voor 55 procent uit mannen.

Hbo’ers in opmars
Het aandeel hbo-studenten stijgt met twee procent. Gemiddeld komen ruwweg één op de vier leden van studentenverenigingen van het hbo. Daarbij moet gezegd worden dat Plato geen exacte gegevens van de verhouding tussen hbo’ers en wo’ers heeft. Noortje Smulders, secretaris van Plato, liet weten: “Het percentage HBO/WO is per jaar niet exact bekend maar op basis van de ledengegevens in het algemeen is het percentage tachtig procent WO en twintig procent HBO.” Met deze verdeling is ook gerekend.

Olof en Vidar hadden wel gedetailleerde gegevens over hun instroom. Bij Olof stijgt het aandeel hbo’ers sinds 2011 jaarlijks met zo’n vier procent naar uiteindelijk 37 procent in 2013-2014. Bij Vidar bestaat in hetzelfde jaar de instroom voor één-vijfde uit hbo’ers. Het aantal hbo’ers stijgt tussen 2011 en 2013 met vier procent bij Vidar en acht procent bij Olof.

I*ESN
Tussen I*ESN en de andere Tilburgse studentenverenigingen is eigenlijk geen eerlijke vergelijking te trekken. Ten eerste omdat de I*ESN uit een andere vijver vist: de vereniging mikt vooral op (veelal tijdelijke) internationale, universitaire studenten.

Ten tweede kan je bij I*ESN gedurende het hele jaar lid worden. Hein Hendrikx, president van I*ESN, zegt: “In 2013 stroomden er vijfhonderd studenten in. Dit aantal zal nog toenemen, aangezien je gedurende het hele jaar lid kunt worden. Afgelopen week zijn er bijvoorbeeld nog drie leden bijgekomen.”

Trek je de vergelijking wel, dan heeft I*ESN een gigantische instroom, grofweg evenveel als de andere drie studentenverenigingen samen. Daarnaast stijgt het aantal nieuwe leden. In 2011 stroomden er driehonderd studenten in. In het jaar daarop steeg dat naar 480: toen opende I*ESN haar eigen sociëteit en deed de vereniging voor het eerst mee aan de TOP-week.

Bekijk meer recent nieuws

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Blijf op de hoogte. Meld je aan voor de nieuwsbrief van Univers.