Zoontjens: boetes voor te late tentameninschrijving mogen
In ons laatste magazine boog het TiU-panel zich er al over: mag een universiteit geld innen bij studenten die zich te laat inschrijven voor tentamens? Bijzonder hoogleraar onderwijsrecht Paul Zoontjens aan Tilburg Law School geeft nu uitsluitsel: dat mag. “De wet moet altijd naar redelijkheid worden uitgelegd. Dat gebeurt hier.”
Een student moet aan TiU 25 euro aftikken als hij of zij zich niet tijdig inschrijft voor een tentamen. Dat geld wil iedereen natuurlijk liever in eigen zak houden.
Het kan overigens erger: het verhaal over een Leidse studente die tweehonderd euro moest betalen voor herschrijving van drie tentamens, haalde ochtendkrant Metro. Kamerlid Mohandis (PvdA) stelde direct Kamervragen: mag dit wel?
Minister Bussemaker van OCW (Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen) was duidelijk in haar antwoord: “Het in rekening brengen van dergelijke extra kosten is niet toegestaan op grond van de wet.” Toch blijven universiteiten de boete innen: wat is er aan de hand?
Geen boete, maar geste
Studentenfractie Front wilde na de Kamervragen wel eens weten hoe de vork bij Tilburg University in de steel zat.
Het College legde uit dat er geen sprake was van een boete – maar van een ‘geste’. Ze wezen erop dat studenten een relatief laag bedrag betaalden om mee te doen aan een tentamen waar ze zich niet op tijd voor ingeschreven hadden. Eigenlijk zouden studenten die zich te laat inschrijven het tentamen een andere keer moeten maken. “Het College kan zich niet voorstellen dat de studentenfracties liever zouden zien dat studenten van het deelnemen aan een tentamen worden uitgesloten. Daarom zouden zij er goed aan doen om het College te steunen in het bieden van deze mogelijkheid.”
Deze argumentatie wordt ook gebruikt door de Erasmus Universiteit, maar niet iedereen is het er mee eens. De wet is duidelijk: een student betaalt collegegeld en onderdeel van dat collegegeld is examengeld. Daarmee is toegang tot tentamens afgedekt.
Kamervragen
Dit uitgangspunt was de basis voor het antwoord op de Kamervragen. Minister Bussemaker: “Er is geen wettelijke grondslag voor het in rekening brengen van kosten indien studenten zich te laat inschrijven voor een tentamen. Studenten die zich te laat inschrijven moeten een periode wachten voordat zij het tentamen kunnen afleggen.” Maar, studenten krijgen een extra mogelijkheid tot inschrijving ‘bovenop de reguliere inschrijving voor een tentamen dat kosteloos is’. En dus mag het.
Dat vindt ook bijzonder hoogleraar onderwijsrecht Zoontjens: “De wet moet altijd naar redelijkheid worden uitgelegd. Dat gebeurt hier.” Het vragen van de bijdrage is wel aan een aantal voorwaarden gebonden: “Het moet gaan om een beperkt bedrag, er moet geen sprake zijn van dwang en het bedrag moet een relatie hebben met de te maken kosten.” Aan die voorwaarden is voldaan, zegt de hoogleraar.
Voldaan aan voorwaarden
Studenten worden namelijk niet gedwongen de boete te betalen, argumenteert het College: ze kunnen gewoon een periode wachten. Daarnaast heeft de boete verband met het proces, het zijn administratieve kosten die de kosten voor de universiteit enigszins dekken, stelt het College. De kosten zijn beperkt en – vergeleken met de feitelijke lasten – relatief laag: een te late inschrijving kost de universiteit minstens 60 euro, laat Rien Lemmens, hoofd van de Studenten Administratie weten.
“Het is een complexe zaak,” zegt Lemmens. “Elke student die zich te laat inschrijft kost minstens een uur extra mankracht.” Volgens Lemmens moet er bij een te late inschrijving ‘handmatig ingegrepen worden in geautomatiseerde processen’. Zo moeten bijvoorbeeld tentamenoproepen opnieuw verstuurd worden, moeten tentamens extra geprint worden en in het ergste geval moet er een extra zaal gereserveerd worden. “Dat kost op de universiteit in principe geen geld, maar een extra surveillant kost wel weer 65 euro per uur.”
Vindt Lemmens de ‘administratieve bijdrage’ in verhouding? “De werkelijke kosten zijn aanzienlijk hoger. En als een student zich voor meerdere tentamens vergeet in te schrijven, vragen wij één keer 25 euro, terwijl het werk hetzelfde blijft.” Daarnaast, voegt Lemmens toe, kost de eerste keer ‘te laat’ een student niets: dat bedrag wordt kwijtgescholden.
Wet niet letterlijk uitvoeren
Maar waar komt de discussie dan vandaan? Is de wet niet helder? Zoontjens legt uit: “Als je de wet letterlijk uitvoert, dan lopen in de praktijk sommige dingen niet gesmeerd. Door de mogelijkheid tot opnieuw inschrijven aan te bieden, worden er kosten gemaakt en dan is het redelijk dat een universiteit een bijdrage vraagt die verband houdt met de gemaakte kosten.”
Valt er nog wat te halen bij de rechter? Zoontjens: “Een rechter zou kunnen zeggen dat het strijdig is met de wet. Ik denk het niet, maar het is uiteindelijk de rechter die oordeelt.”