Toegankelijkheid hoger onderwijs onder druk

Steeds meer studenten halen binnen vier jaar hun diploma. 42 procent zonder van studie te wisselen en 51 procent zonder van instelling te wisselen. Zeker na het eerste jaar is de uitval relatief laag en wisselen maar weinig studenten van opleiding. Dat blijkt uit het Onderwijsjaarverslag 2012/2013 van de Onderwijsinspectie dat gisteren is verschenen.

Universiteiten stellen ook steeds meer eisen aan de studenten. De druk op het hoger onderwijs om betere prestaties te leveren is toegenomen. Daardoor staat de toegankelijkheid onder druk, aldus de inspectie. “Het bindend studieadvies is breed ingevoerd, binnen veel instellingen is of wordt de norm verhoogd en er lopen experimenten met bindend studieadvies in latere opleidingsjaren. Alle masteropleidingen gaan selecteren aan de poort.  De vraag rijst of deze maatregelen gevolgen hebben voor de toegankelijkheid van het hoger onderwijs. Het is voor instellingen een uitdaging ogenschijnlijk moeilijk verenigbare doelen van kwaliteit, studiesucces en toegang voor een brede instroom tegelijkertijd te realiseren.”

De hogere eisen die hogescholen en universiteiten stellen leiden wel tot meer klachten. In 2013 heeft de inspectie 181 klachten ontvangen, dertig meer dan een jaar eerder. De meeste klagers komen uit het hbo. De studenten klagen over verschillende onderwerpen, maar veelgenoemd zijn de tussentijdse aanscherping van regels en eisen rond het afstuderen en diplomering.

De Onderwijsinspectie keek ook naar de kwaliteit van het bestuur en naar de kwaliteit van de medezeggenschap. Haar conclusie: de zogenoemde ‘Checks and Balances’ functioneren niet. “Besturen hebben een grote autonomie. Dat vraagt om een goed systeem van macht en tegenmacht. In de praktijk blijkt dat het interne toezicht weliswaar op papier geregeld is, maar dat er onvoldoende controle is op het functioneren van het (college van) bestuur en het uitoefenen van werkgeverschap. Zo worden er in sommige gevallen geen functionerings- en beoordelingsgesprekken met het bestuur gevoerd. Daardoor komen risico’s niet tijdig aan het licht.”

Ook het functioneren van de medezeggenschap laat in de praktijk vaak te wensen over, zo blijkt. Deels komt dit door gebrek aan belangstelling voor deelname aan een (gemeenschappelijke) medezeggenschapsraad en een  gebrek aan deskundigheid. “Deels neemt het bestuur de medezeggenschap in sommige situaties onvoldoende serieus en betrekt het de raad onvoldoende bij belangrijke beleidsbeslissingen. In dergelijke situaties is er  onvoldoende ruimte voor kritische reflectie en tegenspraak binnen de school of instelling.”

Bij Tilburg University wordt dit najaar in de Universiteitsraad overigens gediscussieerd over de Checks and Balances and de Governance. Het gaat dan onder meer om de vraag wie bij de universiteit waarvoor verantwoordelijk is (decanen, ocd, cvb) en wat de rol van de medezeggenschap is.

Bekijk meer recent nieuws

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Blijf op de hoogte. Meld je aan voor de nieuwsbrief van Univers.