Recensie: Laatste Literaturfest
Op station Breukelen staan rijen babyboomers die een kaartje naar Amsterdam willen. Ze moeten allemaal naar een concert van de Eagles in de kabelbak. De hoeveelheid ruzie in dat bandje staat gelijk aan het snerpend echtelijk gevit bij de kaartjesautomaat, dus dat heb ik effe opgelost. Het is al erg genoeg, 95 euro voor een concert van de Eagles, met tien euro vijftig servicekosten. Eenmaal in de trein vertellen de stellen aan hun soortgenoten hoeveel keer ze de band hebben gezien. “Dit is misschien wel de laatste keer”, zeggen ze opgelucht.
Gelukkig ga ik naar Literaturfest, waar Pfauth (de Correspondent), De Gier (Vrij Nederland) en Donk (Das Magazin) advies geven over goede boeken. Tegenover mij in de trein zit een gesluierde Marokkaanse uit Woerden. Ze gaat naar een lezing van Hafid Bouazza. Hij komt de invloed van de Koran op zijn schrijverschap uitleggen, iets wat ik niet helemaal kan rijmen, het gezuip van Bouazza en de heilige geschriften. Ik heb even de neiging om mee te gaan met de Marokkaanse uit Woerden.
Natuurlijk verlies ik de richting, maar een Amsterdamse biedt me een stuk sushi aan uit een bak van Albert Hein en loopt met me naar de Rode Hoed. Ze drinkt en leest te veel daarom eet ze als ze ergens naar toe loopt. In het theater lopen slordige meisjes met gymschoenen onder goedkope jurkjes. Ze sjouwen bier rond voor magere jongens die blijven zitten. Van alle mannen zie ik alleen Alexander Klöpping zijn eigen bier halen. Niemand loopt op hakken, gelukkig heb ik wel een goedkoop jurkje aan.
Na een zelffelicitatiefilmpje wordt Toine Donk van Das Magazin in een badkuip vol sop binnengereden, maar collega interviewers Tim de Gier en Ernst-Jan Pfauth zijn scherp gekleed. Dat doet mij dan weer deugd. Ze vragen steeds nieuwe schrijvers op het podium die dan weer een ander schrijver aanraden. Ons kent ons. Zo is daar Hanna Bervoets, Joost de Vries, de onvermijdelijke Brandt Corstius, Rob Wijnberg, Bas Heijne, Alexander Klopping enzovoort. Schrijfster Maartje Wortel was indrukwekkend: ze praat langzaam met ironie over zichzelf en het boek van Valeria Luiselli: De gewichtlozen. “Ik spacede helemaal uit, ik wist niet meer waar ik was en dacht allerlei dingen te zien”. Doordat er drie interviewers zijn is het moeilijk voor de schrijvers om zich staande te houden, maar voor het publiek is het smullen. Alexander Klopping wordt geroosterd door Pfauth en laat dat glimlachend gebeuren. Hilarisch. Dan laveert Arie Boomsma zijn sportschoollijf tussen de literairen. Der Arie geeft lik op stuk als er te cynisch wordt gedaan: hij komt tenslotte gedicht voorlezen en weet de sfeer weer serieus te krijgen. Boris Ryzky, een prachtige verrassing vind ik. De grande finale is er een van meezingen en champagne. De presentatoren krijgen een sportboek en de garantie dat ze voorlopig geen literatuur meer hoeven te lezen.
Wat kunnen we hier nu van leren als Tilburgers? Nou als eerste interviewers die kenners zijn. Ten tweede: interviewers die weten hoe ze vragen moeten stellen. Ze zijn niet met zichzelf maar met hun gast bezig. Ten derde: Ook je eigen literaire clubje onder de loep leggen, kritiek moet en keihard. Ten derde scherpe regie, daarbij hoort wat chaos. Ten vierde: nodig echte kenners uit. Zo krijg je ondanks alle ego’s een echte talkshow.
Door de Spuistraat wandel ik terug naar het station. De dames zijn al aan het werk en als ik langsloop tikt een hoer op het raam. Ze kent me nog van de tijd dat ik De wallen op stap maakte. Haar naam weet ik niet meer, maar het verbaasde me hoe goed ze kon lezen onder het groene licht in de etalage. We praten over de nieuwe uitgave van Tolstoj in Nederland. Dat heb ik weer, ik ga voor een avondje verheffing maar de enige die ik persoonlijk ken is een oude Tolstojminnende hoer. Op Tim de Gier na dan, maar die heb ik niet gesproken.
(Wat moeten we lezen: Pulphead van John Jeremiah Sullivan, De gewichtlozen van Valeria Luiselli, Vertrek van station Atocha van Ben Lerner, Rutger Bregman, Phil Klay over de oorlog, Wild van Cheryl Strayed, alles van Boris Ryzky en natuurlijk Oorlog en Vrede van Tolstoj in de nieuwe uitgave. Ik ga in ieder geval Maartje Wortel lezen, omdat ze zo leuk praat.)