Betere voorlichting rond leenstelsel
Het kabinet moet (aankomende) studenten beter voorlichten over de gevolgen van het nieuwe studievoorschot. Dat stellen coalitiepartijen VVD en PvdA bij de hoorzitting over dit onderwerp.
Eerder uitten oppositie, studentenorganisaties en experts al hun zorgen over de toenemende schuldendruk van studenten. Minister Bussemaker (OCW) moet niet steeds benadrukken dat de aflossingstermijn wordt opgerekt en de maandlasten laag blijven. “Ze moet ook inzichtelijk maken hoe hoog een schuld kan oplopen en welke gevolgen dat heeft qua afbetaling”, aldus Kamerlid Mohammed Mohandis (PvdA). Pieter Duisenberg (VVD) sluit zich daarbij aan: “Nu met het studievoorschot de financiële consequentie groter is, is (schuld)voorlichting en ondersteuning bij het maken van keuzes van groot belang.”
Leenangst vs. leenzucht
Beide heren zijn het niet altijd eens. Omdat studenten forse financiële verplichtingen moeten aangaan spreekt Mohandis van ‘leenangst’. Het kan wat hem betreft niet zo zijn dat jongeren uit sociaal zwakkere milieus straks afzien van een studie. Duisenberg ziet juist het tegenovergestelde gebeuren. “Uit onderzoek van budgetvoorlichter Nibud blijkt dat leningen ‘voor de fun’ niet ongebruikelijk zijn.” De VVD’er wil voorkomen dat studenten schulden aangaan voor niet-studiedoelen als wintersport en een nieuwe tv. Het Centraal Planbureau heeft berekend dat de gemiddelde studieschuld straks oploopt van 15.000 naar 21.000 euro. Tegelijkertijd blijven de effecten daarvan beperkt door de verlengde aflossingstermijn van 15 naar 35 jaar. Maar juist in die langlopende aflossingstermijn huist een gevaar, vinden experts. De maandlast gaat weliswaar omlaag, maar de totaalschuld wordt door de jaren heen hoger.
De Nederlandse Vereniging van Banken reageert positief op de plannen. Als het studievoorschot er komt, zullen de banken hun ‘wegingsfactor’ van studieschulden verlagen. Dat betekent dat studenten met een studieschuld straks sneller een hypotheek kunnen krijgen. Toch is ook de NVB niet ongevoelig voor de kritiek. Net als het Nibud pleit de bankkoepel voor een centrale (BKR-)registratie van studieschulden. Enerzijds helpt dat de bank bij hun hypotheekverstrekking. Anderzijds maakt het de student meer bewust van de consequenties van schulden.