Van een dubbeltje een kwartje maken

Als er één gedachte ten grondslag ligt aan het Nederlandse onderwijs, is het wel de idee dat ieder dubbeltje een kwartje moet kunnen worden. De laatste jaren zien ook bedrijven steeds vaker in dat ze in het onderwijs van dubbeltjes kwartjes kunnen maken.Al decennialang is de gedachte dat niet je afkomst, maar je capaciteiten bepalen op welk niveau je onderwijs volgt. In de praktijk lijkt er echter een steeds groter onderscheid te ontstaan tussen kinderen uit hoogopgeleide milieus en kinderen uit laagopgeleide milieus. Toch blijft het motto ‘Van een dubbeltje een kwartje maken’ fier overeind, tenminste op papier.

Sinds een jaar of tien is de overheid niet meer de enige die dit motto hanteert. Ook steeds meer bedrijven huldigen het. Google is zo’n bedrijf. Met Google Education biedt het bedrijf een dienst aan die qua prijs alle concurrentie kan verslaan: het is namelijk gratis. Dat klinkt voor menig universiteit te mooi om waar te zijn. En dat is het ook.

Geen ontsnappen aan
Google verzamelde namelijk alle data uit e-mails die studenten en docenten aan elkaar, aan collega’s elders of aan anderen verzenden. Ook uit andere applicaties van Google Apps for Education (GAFE) werden data gemined. Bovendien is het voor studenten en docenten een gesloten systeem: ze kunnen niet ontsnappen uit de Apps for Education als hun school of universiteit het gebruikt. Na een groot schandaal in 2014 gaf Google aan niet langer te minen, maar meer dan een belofte hebben we niet.

Voor topbedrijven is zo’n Onderwijs2032-agenda van halfbakken onderwijs-zieners de ideale manier om hun eigen producten te testen

De onrust was dan ook groot toen de Rijksuniversiteit Groningen aankondigde dat men wilde overstappen op GAFE en op Gmail als maildienst voor de universiteit. Uiteindelijk wist de medezeggenschap af te dwingen dat er een optie kwam om het oude mailsysteem te blijven gebruiken, maar dat was niet van harte.

Gratis hulp
Zijn het dan alleen de grote enge techmultinationals die geld zien in onderwijs? Natuurlijk niet. Dat liet Sander Dekker van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap deze week doorschemeren in een interview met Het Financieele Dagblad. Bij de uitvoering van zijn heilloze Onderwijs2032 hadden ‘tien ceo’s van grote bedrijven als ASML, Philips, IBM en Tata’ namelijk al hun hulp aangeboden.

De interviewer nam niet eens de moeite om te vragen hoe die bedrijven precies zouden helpen. Het moge duidelijk zijn dat die bedrijven het niet voor niets zullen doen. Philips zou namelijk maar wat graag willen testen hoe het ideale digitale schoolbord eruit ziet. En is er een betere manier dan om dat daadwerkelijk in de klas met kinderen te testen? Voor hen is zo’n Onderwijs2032-agenda van halfbakken onderwijs-zieners de ideale manier om hun eigen producten te testen en te verbeteren. En om van hun dubbeltje een kwartje te maken natuurlijk.

_Advertentie.