De psychologie van de hebzucht

‘Greed is good!’. Soms lijkt het alsof de wereld aan hebzucht ten onder gaat. Dat bewees de financiële crisis. Maar wat is hebzucht? Tijdens haar promotieonderzoek zocht en vond Terri Seuntjens wat hebzucht is: “Een onverzadigbaar verlangen naar meer.”

Die bankiers waren vast heel hebzuchtig, dacht Terri Seuntjens in 2011. Ze deed de research master sociale psychologie en schreef haar masterscriptie over hebzucht. Het zou ook haar promotieonderzoek worden. Er was nog weinig empirisch onderzoek gedaan naar hebzucht, dus veel bleef onduidelijk. Gaat hebzucht alleen over geld, of ook over zoiets als vrienden en status? Is het moreel of immoreel? En wat is het verschil met zoiets als materialisme en eigenbelang? Een hoop ‘warrigheid’, schrijft Seuntjens, en ze besloot licht te brengen in de duisternis.Haar eerste begeleider, Marcel Zeelenberg, stelde voor een prototype-analyse uit te voeren. “Dan vraag je aan leken (‘normale mensen’) wat hebzucht is,” zegt Seuntjens. Kort gezegd was de uitkomst: een onverzadigbaar verlangen naar meer. Er is een verlangen naar meer en ontevredenheid omdat het nooit genoeg is. Of dat dan dé onbetwiste definitie van hebzucht is? Seuntjens: “We hebben 200 mensen gevraagd om het te beschrijven en daarna nog verschillende studies met andere mensen gedaan om te valideren of deze kenmerken inderdaad belangrijk zijn voor hebzucht, hieruit kwam telkens hetzelfde naar voren. Op basis daarvan denken we de kern te pakken te hebben.”

Met de definitie ontwikkelde ze een meetinstrument bestaande uit zeven stellingen, de Dispositional Greed Scale (zie onderaan dit artikel). Zo kan per individu gemeten worden hoe hebzuchtig hij/zij is. Ook kan hebzuchtig gedrag ermee voorspeld worden.

‘Door hebzucht kunnen mensen meer geld verdienen.’

Hebzucht is niet slecht

Hebzuchtige mensen bezondigen zich vaker aan immoreel gedrag, omdat het gedrag voor hen aantrekkelijker is, zegt Seuntjens. Deze mensen vinden die gedragingen vaker acceptabel en accepteren bijvoorbeeld vaker steekpenningen. Ook hebben ze meer schulden. Dat betekent echter niet dat hebzuchtig gedrag per se slecht is. Dat is te kort door de bocht: ambitie kun je ook hebzuchtig noemen. “Ik denk dat je de balans moet vinden. Heel hebzuchtig zijn is niet goed, dat gaat ten koste van andere dingen en dan ben je nooit tevreden. Maar helemaal niet hebzuchtig zijn is ook niet goed.” Dan streef je nergens naar.

Kunnen we meer of minder hebzuchtig worden? Daar heeft Seuntjens geen onderzoek naar gedaan. Wel blijkt uit eerdere onderzoeken, zegt ze, dat hebzucht sterker is bij mensen die uit een lager milieu komen. “Het lijkt getriggerd te worden als je met veel schaarste moet omgaan. Logisch, want dan is het goed meer voor jezelf te pakken.”

‘Hebzuchtige mensen willen vaker een zak chips leegeten en meer sekspartners.’

Alleen met geld heeft hebzucht niet te maken: “We hebben het eerste bewijs gevonden dat hebzucht ook geldt voor andere zaken. Zoals lust of vraatzucht.” Hebzuchtigen willen vaker een zak chips leegeten, meer Facebookvrienden of meer sekspartners. Ze brengen een portemonnee minder snel terug, ontduiken vaker de belastingen, vinden vreemdgaan acceptabeler en geven vaker toe dat ook te hebben gedaan.

Het onderzoek

Het onderzoek lijkt voorspoedig te zijn verlopen. Uit de vele studies die ze deed, kwamen mooie resultaten naar voren, die mooi samenhangen en niet geforceerd lijken: “Dat is deels omdat we niet vooraf duidelijke hypotheses hebben opgesteld, waarbij je dan iets vindt of niet.” Ze waren nieuwsgierig en alle nieuwe inzichten waren mooi meegenomen. Wel had Seuntjens verwacht een relatie te vinden met risicogedrag – graaiende bankiers – maar dat blijkt complex. “Soms vinden we wel een relatie, en soms niet, dus het lijkt erop dat hebzucht alleen in bepaalde situaties tot risicovol gedrag leidt.” Bijvoorbeeld wel met andermans geld, maar niet met eigen geld.Nieuwe onderzoeksresultaten op onontgonnen terrein kunnen snel ingehaald worden door tegenstrijdige resultaten. Daar is Seuntjens niet bang voor. Daarin wordt ze gesterkt doordat gelijktijdig een Belgische groep onderzoekers een soortgelijk onderzoek uitvoerde. Die ontwikkelde óók een meetinstrument en kwam tot vergelijkbare resultaten. Daar kwamen ze pas achter in een vergevorderd stadium. Seuntjens schrok even, maar consequenties voor haar proefschrift heeft het niet. En in tijden waarin te weinig gerepliceerd wordt, is het eerder een aanbeveling.

Seuntjens verdedigt haar proefschrift vrijdag 21 oktober 2016 om 14.00u in de aula.

Terri G. Seuntjens deed de havo, behaalde een propedeuse aan de Fontys, volgde aan Tilburg University de bachelor Psychologie en deed uiteindelijk de research master Social and Behavioral Sciences om aansluitend promotieonderzoek te doen. Nu is ze universitair docent en doet onderzoek bij het Department of Social Psychology. Als ze ‘we’ zegt, bedoelt ze zichzelf en haar drie begeleiders. Daarmee heeft ze intensief samengewerkt.

Dispositional Greed Scale

De zeven stellingen van de hebzucht-schaal. Voor iedere stelling wordt een score toegekend van 1 (zeer mee oneens) tot 5 (zeer mee eens). Het lijkt eenvoudig, maar de totaalscore zegt niet één op één hoe hebzuchtig je bent. De testresultaten moeten geinterpreteerd worden. Seuntjens: “We berekenen een gemiddelde en kijken dan hoe mensen hoger in de groep zich gedragen vergeleken met mensen lager in de groep.”

Advertentie.

Bekijk meer recent nieuws

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Blijf op de hoogte. Meld je aan voor de nieuwsbrief van Univers.