Duiken in de drugswereld

Pieter Tops, hoogleraar bestuurskunde aan Tilburg University, beschrijft in zijn boek ‘De achterkant van Nederland’ samen met journalist Jan Tromp de enorme omvang van de drugscriminaliteit in Zuid-Nederland. Tilburg is hoofdrolspeler. Tijd voor een interview met Tops.

Toen Pieter Tops het rapport ‘Integraal Appèl’ (gemaakt door collega’s van de universiteit en mensen van het RIEC) onder ogen kreeg, schrok hij zich een hoedje. Het rapport stelt dat de omzet van hennepteelt in Tilburg jaarlijks 800 miljoen euro is. Tops’ eerste reactie: “Dit kan niet waar zijn.” Toen zijn collega’s het rapport nog eens ‘op de gril’ legden, bleek het getal plausibel. De hoogleraar wist niet wat hij meemaakte. “Is dit de stad waar ik sinds ‘84 woon?” vroeg hij zich af.

Tops vertelt dat het pal onder onze neus gebeurt en dat we niets doorhebben. Het onttrekt zich aan je waarneming als je een keurig intellectueel bestaan aan de universiteit leidt. “Je gaat het pas zien als je het doorhebt,” zo citeert hij Johan Cruijff. “Er werken in Tilburg 2500 mensen in de drugsindustrie en er zijn ongeveer 60 criminele samenwerkingsverbanden. Voeg de handel in synthetische drugs toe aan het verhaal en je komt naar schatting op een drugsomzet van meer dan een miljard euro per jaar. Het is ongelooflijk.”

Het boek van Tops en Tromp deed de nodige stof opwaaien. Zo trokken burgemeesters van vijf steden en de Commissaris van de Koning in Noord-Brabant aan de bel. Ze stelden een deltaplan op tegen de georganiseerde drugscriminaliteit in Zuid-Nederland en hopen meer geld en mogelijkheden te krijgen om de ondermijnende drugscriminaliteit in de regio aan te pakken.

U beschrijft in uw boek dat de drugswereld zich voornamelijk in het zuiden van ons land concentreert. Is dit een probleem van de regio Noord-Brabant of van alle provincies?

“Het speelt zich overal in Nederland af, maar het klopt dat het zuiden op dit moment de hoofdrolspeler is. In Tilburg en omstreken is de hennepteelt dus goed voor ongeveer 800 miljoen per jaar. Maar synthetische drugs wordt ook volop geproduceerd. Nederland is niet voor niets marktleider in de productie van XTC en ook de handel in cocaïne is groot. Die werelden zijn deels met elkaar verbonden. We zien nu dat de omvang en invloed van de drugsindustrie totaal uit de hand loopt. Mensen in een zwakke economische positie worden gemakkelijk verleid. Neem bijvoorbeeld boeren in Noord-Brabant die enorme schuren bezitten: voor hun is die wereld erg aantrekkelijk. Ze kunnen enorme bedragen krijgen voor het ter beschikking stellen van hun schuur. De drugswereld staat ook dicht bij middelbare scholen. Ze vragen scholieren niet alleen om een stickie te verkopen, maar ook om te runnen en te dealen.”

U spreekt van parallelle samenlevingen waarin werken in de drugsindustrie de norm is. Hoe kunnen hele groepen zo de drugsindustrie inrollen?

“Mensen die leven in volksbuurten, woonwagens en deels motorclubs, leven in de marge van de samenleving. Zij voorzien op een eigen manier in hun bestaan. Het is niet mainstream, het zijn geen modelburgers, maar ze denken: “laat ons leven hoe we willen leven”. Ze koesteren hun eigenzinnigheid aan de rafelrand van de samenleving. Daar moesten zij zien te overleven, door activiteiten te verrichten waar de rest van de samenleving de neus voor ophaalde. In zeker zin zijn zij een participatiesamenleving avant-la-lettre. Er werd en wordt voor elkaar gezorgd.

Toen kwam daar de drugswereld. Illegaal maar aantrekkelijk. Er viel veel geld te verdienen en de pakkans was niet groot.

“De drugsindustrie is een schaduwmaatschappij geworden”

Tegelijkertijd trok de overheid zich uit die gebieden terug. De mensen in volksbuurten zien de bovenkant van de samenleving, bankiers bijvoorbeeld, geld graaien en denken: wij pikken ook een graantje mee. En voor de mensen aan de onderkant van de samenleving is de overheid steeds strenger geworden. Dat verklaart waarom ze eigen manieren bedenken om aan geld te komen. De maatschappelijke onderklasse heeft zich op die manier weerbaar gemaakt.”

Is de omvang van die wereld onderschat?

“We hebben het drugsprobleem zeer onderschat. De Nederlandse samenleving is naïef geweest. Het probleem is nu de omvang, aantrekkingskracht en macht van de drugsindustrie. Dat is uit de hand gelopen. Het is een schaduwmaatschappij geworden. Daar lopen niet alleen uitgeharde criminelen in rond, maar ook mensen die hand- en spandiensten verlenen of bereid zijn om even weg te kijken.”

Hoe trek je die mensen uit de drugscriminaliteit?

“Dat is lastig. Vrijwel elke gemeente heeft zo zijn eigen personen en groepen. Het is denk ik belangrijk om mensen te beschermen door ze alternatieve levensmogelijkheden voor de drugswereld aan te bieden. Er is al wel wat verbetering. Tien jaar geleden ging er in die wijken niemand naar havo of vwo. Nu begint dat langzaam te komen. Dat is een hoopgevende ontwikkeling waarop je kunt inspelen. Het is zaak ervoor te zorgen dat scholieren van 16 of 17 jaar niet in de drugswereld getrokken worden. Corin Denis, een bekende Tilburgse drugscrimineel, begon op zijn zeventiende en verdiende niet veel later een paar ton per maand. Als je daar aan gewend raakt, ga je nooit meer iets anders doen.”

Heeft Tilburg de inkomsten uit het drugscircuit nodig? Verwijzend naar uw eerdere uitspraak dat een kwart van de Tilburgse middenklasse failliet gaat zonder drugsindustrie.

“Ik weet niet of Tilburg het nodig heeft. Maar het is buitengewoon aantrekkelijk voor bedrijven. Neem het voorbeeld van de hoteleigenaar: iemand wil een feest geven in zijn hotel. Het kost 20.000 euro en er komen 40 mensen. De klant wil alleen het feest in dat hotel geven als hij contant mag betalen. Wat doe je dan als hoteleigenaar? Je weet dat de kans groot is dat het illegaal verkregen geld is. Maar wat zou jij doen? 20.000 euro is veel geld.”

Pieter Tops

Zou het legaliseren van wiet de problemen oplossen?

“Het probleem is zo omvangrijk dat we het niet met een ‘regulering’ kunnen oplossen. Maar ik denk wel dat het goed is de morele dubbelzinnigheid – wel verkopen, niet produceren en inkopen – weg te nemen. Die dubbelzinnigheid is een uitnodiging voor mensen om in het wereldje te stappen.”

Hoe roepen we de uit de hand gelopen drugsindustrie een halt toe?

“Een ondermijningsfonds, zoals de burgemeesters en de commissaris van de Koning Noord-Brabant al voorstelden, lijkt me verstandig. Geld afpakken van criminelen en een deel houden om te investeren in de strijd tegen de drugsindustrie. Ook het nadenken over verbeteren en versnellen van strafrecht lijkt me buitengewoon verstandig. Het Openbaar Ministerie is onderbezet, daarom duren sommige zaken te lang. Die lui van Satudarah Tilburg kregen 15% strafvermindering omdat het zo lang geduurd heeft.

“Ik mis de erkenning dat dit vraagstuk van nationaal belang is”

Nu schikt de rechtbank vaak. Zo besparen ze een lange rechtsgang. Als crimineel betaal je zo je strafvervolging af. De portemonnee van de crimineel is een gevoelige plek, maar de samenleving ziet het gewoon als afkopen. Strafrecht is ook een morele markering van fout gedrag. Hetzelfde geldt voor gevangenisstraffen: een harde drugscrimineel voor twee jaar opsluiten heeft niet zoveel zin. Sluit je iemand 10 jaar op, dan valt de structuur van de criminele organisatie rondom zo’n persoon ineen. Ze moeten dan herordenen en dat duurt even.

Maar er zijn nog meer oplossingen. Heb eens oog voor de sociale achtergrond van het verschijnsel en de morele principes in de samenleving. Het Amerikaanse autoverhuurbedrijf Hertz heeft bijvoorbeeld haar vestiging in Tilburg gesloten wegens vermoedens van witwassen. Er was daar contant geld aangenomen en dat is niet het beleid van de organisatie. Een interessante ontwikkeling.”

Is de omvang van de drugsindustrie in Tilburg groter dan in de rest van het land?

“Het is meer bekend in Tilburg en we hebben een burgemeester die geen blad voor de mond neemt. Maar het is voor Zuid-Nederland een probleem, net als dat het voor de Randstand een probleem is. Het is overal aanwezig.”

Verrast het u dat Den Haag zo weinig doet?

“Ik mis de erkenning dat dit vraagstuk van nationaal belang is. Het initiatief van de burgemeesters en de commissaris van de Koning Noord-Brabant zijn pogingen om het ook op het niveau van Den Haag op de agenda te krijgen. Mede naar aanleiding van ons boek heeft de toenmalige minister van Justitie en Veiligheid (Van der Steur) één miljoen extra uitgegeven voor de aanpak van ondermijning in het zuiden van het land. Dat was voor mij het signaal dat men in Den Haag nog steeds niet op het netvlies heeft wat de omvang van het probleem is. Dat bedrag is niet eens een fooi. Het moet groter en omvangrijker. In de verkiezingscampagne hebben de lijsttrekkers allerlei toezeggingen gedaan; eens kijken of ze die zich in de kabinetsformatie nog herinneren.”

Advertentie.

Bekijk meer recent nieuws

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Blijf op de hoogte. Meld je aan voor de nieuwsbrief van Univers.