‘De nummer één van dingen die ons spijten, is studiekeuze’

Het komt geregeld voor dat alumni spijt hebben van de opleiding die ze hebben gevolgd of de instelling waaraan zij deze opleiding hebben gevolgd. “De nummer één van dingen die ons spijten, is de studiekeuze”, vertelt Marcel Zeelenberg, hoogleraar Economische Psychologie, vandaag in de Standaard.

Van de afgestudeerden aan het wetenschappelijk onderwijs in studiejaar 2013-2014 gaf 19 procent aan spijt te hebben van hun studiekeuze in een enquête van Elsevier en SEO Economisch Onderzoek uit 2016 (pagina 63). Voornamelijk alfa-studies, zoals communicatie, criminologie en letterkunde, scoren laag op tevredenheid achteraf. De reden hiervoor is dat het beroepsperspectief vaak ongunstig is. Andere redenen die bijdragen aan spijt in studiekeuze zijn dat de opleiding slechte voorbereiding biedt op de arbeidsmarkt, werkgevers de opleiding niet serieus nemen of de docenten niet goed waren.

“Mensen hebben vaker spijt van de studie die ze niet afgemaakt hebben of de opleiding die ze niet begonnen zijn, dan van hun carrière- of partnerkeuzes”, zegt Tilburgse hoogleraar Marcel Zeelenberg in de Standaard. “Dat is niet onlogisch: je studie is het begin van je volwassen leven.”

Spijt biedt mogelijkheden

De Standaard stelt dat spijt over een keuze die achter ons ligt, de meest fundamentele vorm van spijt is die we kennen. Maar spijt komt niet alleen achteraf, meent Zeelenberg. “De vraag ‘zou ik heel veel spijt hebben als’ speelt mee in keuzes.” Daarnaast biedt spijt de mogelijkheid om van je fouten te leren en om dingen in te halen. “Veel mensen beginnen na hun pensioen met iets wat ze eerder hadden willen doen.”

Gelukkig, dan kun je over een jaar of 45 altijd nog beginnen aan die studie kunstgeschiedenis.

_Advertentie.