De Kesel: ‘Crisis van de democratie? Onzin!’
Staat de democratie op springen? Volgens filosoof Marc De Kesel moeten we ons niet zo aanstellen: “Het is een schande dat we doen alsof de democratie ten onder gaat.”
De gekozen burgemeester komt eraan. Het nieuwe kabinet schaart zich in het regeerakkoord achter de grondwetswijziging die daarvoor moet zorgen. Een oplossing voor de ‘crisis van de democratie’, waarover steeds vaker gerept wordt?
Tijdens het Hartslagcafé op donderdag 12 oktober gaan de filosofische tegenpolen De Kesel en Ankersmit met elkaar in discussie over de staat van de democratie. Steeds vaker horen we dat die in een rap tempo wordt uitgehold. De kloof tussen burgers en politici zou onoverbrugbaar zijn.
Vlaams filosoof De Kesel promoveerde in de Wijsbegeerte en is onderzoeker aan de Radboud Universiteit. Hij publiceerde boeken over uiteenlopende onderwerpen als de Holocaust, religie, mystiek en psychologie. Een ding is zeker: een voorstander van de directe democratie is De Kesel niet.
U doet veel onderzoek naar religie en mystiek. Wat hebben die twee zaken met democratie te maken?
“In de 17e eeuw ontstonden de eerste serieuze barsten in het religieuze wereldbeeld. In de daaropvolgende eeuwen trok religie zich langzaam terug uit de Westerse wereld en zagen we de opkomst van de democratische staat. Je zou kunnen zeggen dat God eerst moest sterven voordat de democratie op kon komen. Maar er ging ook iets verloren: het gemeenschapsgevoel. Dit was sterk aanwezig toen God nog de baas was. Maar wat is de gemeenschappelijke grond van een maatschappij en een land zonder God? Wat bindt de mensen dan? Dat is sindsdien altijd de vraag geweest.”
Wantrouwen is juist een teken van een gezonde democratie
En die vraag lijkt tegenwoordig nijpender dan ooit.
“Lijkt, inderdaad, maar dat is een misverstand. Al dat gepraat over de crisis van de democratie, het is zo’n enorme onzin. Al sinds het ontstaan van de democratie is de vraag naar gemeenschapszin er. En die heeft ons in het verleden vaak in het nauw gebracht. Denk aan de opkomst van het fascisme en het communisme – pogingen om de samenleving een nieuw fundament te geven – , dat waren bewegingen die de democratie daadwerkelijk aanvielen. Daar is nu geen sprake van en je moet ook geen vergelijkingen met de jaren ’30 en ’40 willen maken.”
De democratie verkeert dus niet in een crisis? Hoe kan het dan dat zoveel burgers wantrouwen koesteren tegen het democratisch bestel?
“Maar dat wantrouwen is juist een teken van een gezonde democratie! Je moet de kloof tussen burger en politici niet willen dichten. Dat kan ook helemaal niet. De burger kan alleen maar vrij in een staat leven als hij vrij is om tegen die staat te zijn. Politici moeten wantrouwen juist stimuleren, niet suggereren dat ze het volledig weg kunnen nemen. We moeten eens inzien dat er niet zoiets bestaat als een ideale staat, waarin alles pais en vree is. Worstelingen en onvrede zijn er een essentieel onderdeel van.”
Toch hebben we de afgelopen tijd in Nederland de opkomst meegemaakt van politieke partijen die de kloof tussen burger en politici juist willen dichten. Partijen als Forum voor Democratie, gesteund door Frank Ankersmit, beloven de schotten tussen Den Haag en de rest van het land weg te nemen.
“Dat is gevaarlijk en wat dat betreft vind ik het ook vreemd dat Ankersmit Forum voor Democratie actief steunt. Niet iedereen kan aan de macht zijn in een representatieve democratie. Ja, dat kan wel, maar alleen op een ideëel niveau, wanneer iedereen dezelfde waarden en idealen aanhangt. Het verleden heeft ons laten zien dat dit alleen via repressie georganiseerd kan worden. Schaf de kloof tussen politiek en burger af en je krijgt juist situaties zoals in Turkije nu, of de Sovjet-Unie vroeger.”
Als het aan u ligt liever geen gekozen burgemeester?
“Ik heb daar geen problemen mee, het is nog steeds een vorm van representatieve democratie. Maar laten we alsjeblieft niet doen alsof alle inwoners van Nederland in Den Haag kunnen zitten. Laten we de burger vooral kritisch houden.”