Telefoonstem

Ik had ergens al wel achterdochtig moeten worden. Een té serene vrouwenstem sprak me aan. Het ongemakkelijke gevoel bekroop me dat ik ten prooi viel, of was het mijn aangeboren afkeer voor telefoneren?

Ik had de telefoon direct op de haak moeten gooien zodra ik het schijnbaar ingestudeerde welkomstbericht kreeg, maar in plaats daarvan stel ik me braaf voor, en voor ik het weet zit ik vast in de nachtmerrie van elke telefonofoob met keuzestress: een telefonisch keuzemenu.

Ze beginnen altijd makkelijk, keuzemenu’s. Net als huis-aan-huis-aansmeerders beginnen ze met een vraag die iedereen wel kan beantwoorden. “Woont u hier?”, vraagt de aalgladde verkoper, om zijn prooi te conditioneren alvast ‘ja’ te antwoorden op iedere vraag die volgt. “Heeft u uw BSN bij de hand?” Vraagt zo ook de zielloze telefoonrobot. “Toets dan 1.”

Ergens voel ik me alweer gesterkt door het simpele menu, ik slaak een zucht van verlichting en toets met trillende vingers de knop op mijn telefoon in. Even is het stil. Mijn hart bonst in mijn keel zoals altijd wanneer ik verwacht om iemand aan de lijn te krijgen. Ik oefen alvast wat ik straks ga zeggen (“Hallo ik ben Iris en ik snap de uitleg op de website niet.”). Voordat ik mijn introductie kan maken, keert de robotische stem terug: “Indien u een vraag heeft over…”

Ik voel mijn bloeddruk omhoog schieten en bonzen in mijn oren, waardoor ik de eerste antwoordoptie mis. Ik sluit mijn ogen en denk aan puppy’s en kittens en babykonijntjes. Net op tijd om te kalmeren om de tweede optie te horen (Nee ik wil geen studie voor mijn kind regelen). Wanneer de derde optie langs komt, sta ik even op het punt mijn keuze te maken, want deze optie lijkt toch wel te passen bij mijn probleem. Toch besluit ik om het menu af te luisteren, je weet immers nooit wat de toekomst brengt.

Er lijkt een mogelijkheid tot ontsnapping te zitten in de laatste optie: “Toets 5 indien u een medewerker wilt spreken.” Mijn vinger vliegt naar de “5” toets, maar iets weerhoudt mij. ‘Het is een strikvraag’, denk ik bij mezelf. Ik voorzie plotseling dat ik straks een boze manager aan de lijn krijg die me het belang van het doorlopen van een keuzemenu gaat uitleggen, waarna ik het hele helse proces opnieuw moet doorlopen. Als een braaf (weten)schaapje speel ik het spelletje mee, en toets ik de “3” in.

“Het antwoord op uw vraag is te vinden op onze handige website!”, verkondigt de inmiddels irritante stem. Ik sta op het punt om als een verongelijkte babyboomer door de telefoon te verkondigen dat ik bel omdat ik de uitleg op de website niet snap en dat ik de manager wil spreken, maar de stem is alweer een nieuw keuzemenu aan het oprakelen. Ik heb er genoeg van en druk dramatisch de “5” toets in voor een directe lijn met een medewerker.

“U wordt over 15 minuten geholpen”, verkondigt de monotone stem bits, waarna ik een ellenlange tijd naar een overgaande toon luister. Iedere minuut wordt de periodieke toon onderbroken door de melding dat nu nog 15-(N minuten verstreken sinds eerste bericht) duurt voordat ik iemand aan de telefoon krijg. Nadat ik mijn hele was heb gedaan, het konijnenhok heb verschoond, mijn scriptie heb geschreven en mijn hele leven drie keer voor mijn ogen voorbij is geflitst, word ik plotseling opgeschrikt door een stem.

‘Met Annette Helpdesk van de helpdesk”, verkondigt de vriendelijke stem. Nu weet ik zeker dat Annette mij met alle liefde van de wereld had geholpen met mijn probleem, maar ik schrik als prooidier nu eenmaal van plotselinge stemmen uit het niets. Ik verschiet daarom zo van mijn plotseling pratende telefoon, dat ik dit gevaarlijke apparaat snel en vakkundig de mond snoer. Slechts een seconde later realiseer ik me wat ik gedaan heb. Met een dramatische schreeuw die niet misstaat in een Hollywoodproductie toets ik het nummer opnieuw in, hopende dat Anette daar nog op mij wacht.

“Welkom bij de helpdeskservice. Heeft u uw BSN bij de hand. Toets dan 1, heeft u…”.

“Nee!” Roep ik naar de zielloze stem die voor mij geen oor heeft en onverstoord het menu afgaat. De rebel in mij die ik jarenlang heb weggedrukt komt plotseling tevoorschijn en met een dramatische schreeuw mep ik de telefoon terug op de haak. Het is stil, eindelijk stil, en ik lach manisch in mijn overwinning.

Het antwoord op mijn vraag heb ik nog altijd niet, maar zó nodig hoefde ik het nu ook weer niet te weten.

Advertentie.

Bekijk meer recent nieuws

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Blijf op de hoogte. Meld je aan voor de nieuwsbrief van Univers.