Studenten gedragen zich als kleine prinsen en prinsessen

Studenten gedragen zich als kleine prinsen en prinsessen

Docenten spreken van een ‘Little princess syndrome’. De student vraagt veel, maar geeft er weinig voor terug. Wat gaat er mis?

Het is tegenwoordig bijna vanzelfsprekend dat je na het behalen van je vwo-diploma naar de universiteit vertrekt. Of dat je na je hbo een master gaat doen. Het zal daarom niet verbazen dat universiteiten steeds meer studenten verwelkomen. Een aantal decennia geleden vertrokken studenten namelijk niet met dezelfde vanzelfsprekendheid naar de universiteit als nu. Als studenten in die tijd naar de universiteit vertrokken, was dat vaak een bewuste keuze. Ze waren geïnteresseerd in wetenschap, wilden academisch worden opgeleid.

Die tijden zijn veranderd. Studenten gaan nu vaak op de automatische piloot vanuit het vwo naar de universiteit. Juliette Schaafsma, hoogleraar aan Tilburg University: “Niet alle studenten zijn academisch gemotiveerd. Een groot deel heeft geen duidelijk beeld van wat een academisch opleiding inhoudt. En zijn vooral geïnteresseerd in het diploma en willen niet per se de diepte in.”

Ongemotiveerde studenten

Dat is een doorn in het oog van veel docenten. Ze willen inhoudelijke interactie met studenten die oprecht geïnteresseerd zijn in kennis en wetenschap. “Maar je ziet te weinig studenten die écht graag willen weten hoe het zit en de discussie met de docent opzoeken,” ervaart Bart van der Sloot, docent bij Tilburg Law School. Hij is een jonge wetenschapper die veel energie haalt uit lesgeven, mits studenten uit zichzelf iets willen leren. Dat gevoel mist hij nu bij een groot deel. “Het is een tendens die me zorgen baart. Steeds meer studenten willen slechts hun diploma halen, meer niet.”

Weinig verdieping tijdens college

Weinig gemotiveerde studenten veroorzaken weinig gemotiveerde docenten, ziet Van der Sloot. “Dat geldt ook voor mij. Het lesgeven komt niet overeen met de verwachting die ik ervan had. Als je begint met college geven heb je een ideaal voor ogen: intellectuele interactie met de student. De praktijk is dat je je niveau aanpast aan de slechtere studenten, zodat die ook meekunnen. Dat is frustrerend voor de goede studenten, die wel goed voorbereid en gemotiveerd zijn.”

“Zonder structuur worden studenten onzeker. En een onzekere student wordt huilerig, boos of verontwaardigd”

Als voorbeeld noemt Van der Sloot het opgeven van literatuur die studenten moeten voorbereiden voor het volgend college. “Je wilt als docent dan veronderstellen dat iedereen het leest, zodat je kunt verdiepen. Dan kun je zeggen: ‘De auteur van de voorgeschreven tekst zegt wel A, maar er zijn ook wetenschappers die B zeggen’. Als een groot deel van de studenten de tekst niet heeft gelezen, dan kom je daar vaak niet aan toe.”

Wie leest nog opgegeven literatuur?

Fons Naus, docent bij TiSEM, verbaast zich er al niet meer over als niemand de opgegeven literatuur heeft bestudeerd: “Een jaar of zeven, acht geleden schoten er nog handen de lucht in wanneer ik vroeg wie de literatuur had bestudeerd. Ik heb zelfs meegemaakt dat ik eerstejaarsstudenten vroeg om een stukje te lezen van nog niet één pagina. Toen ik dat de week erop besprak, keek de hele zaal me aan alsof ze water zagen branden. Ik vroeg: ‘Wie heeft het gelezen?’ Niet één vinger ging omhoog.”

Structuur en duidelijkheid

Daar komt bij dat de student wel van de docent verlangt hem of haar bij het handje te nemen. “Studenten willen weten welke stof in het tentamen komt, wat het punt is van dit stuk, welke hoofdstukken van ’t boek relevant zijn,” ziet Van der Sloot. Kortom: ze willen duidelijke richtlijnen. “Maar soms leer je het meeste als die richtlijnen niet bestaan. Je moet soms een beetje spartelen,” stelt hij. “Ook het idee van wetenschappelijke discussie – het idee dat er geen goed of juist antwoord is op een vraag – stuit vaak op verzet. ‘Heeft auteur A nu gelijk of auteur B’?”

Dat beperkt docenten in hun manier van lesgeven. Schaafsma: “Studenten vinden het niet fijn als er dingen veranderen tijdens de cursus. Je moet alles van tevoren uitspreiden. Ze leven in een complexe wereld en hebben steeds meer behoefte aan structuur. Bied je dat niet, dan worden ze onzeker. En een onzekere student wordt huilerig, boos of verontwaardigd.”

Keurslijf

Inge van de Ven, cultuurwetenschapper aan Tilburg University, geeft als voorbeeld dat haar studenten vragen om duidelijk omlijnde opdrachten en het expliciet maken van beoordelingscriteria. “Ik doe graag een beroep op de creativiteit van de student. Dat wordt niet altijd met luid gejuich ontvangen. Laatst stond er in een evaluatie zelfs: ‘Meer toetsmomenten voor de literatuur graag, want als het niet wordt getoetst lees ik het niet’.” Een ander voorbeeld geeft Bram Peper, socioloog aan Tilburg University: “Sommige studenten willen de slides niet na afloop, maar vóór het college. Zodat ze die erbij kunnen houden als ik lesgeef. Daar doe ik niet aan mee. Ze reageren dan meestal teleurgesteld en zelfs verbolgen.”

Maatschappelijke waarde diploma

Kortom: er zitten te veel studenten op de universiteit die geen academische houding hebben, vinden Van der Sloot en Schaafsma, en toch een hoop eisen. Het zorgt ervoor dat ze soms overkomen als verwende prinsen en prinsesjes. Maar kan de student daar wat aan doen? “Het is deels te wijten aan het verdienmodel van de universiteit,” erkent Van der Sloot. “Hoe meer studenten een diploma behalen, hoe meer geld er in het laatje komt.” De universiteit zoekt volop studenten, maar studenten zoeken de universiteit ook op. “Dat komt omdat de maatschappij meer waarde hecht aan een universitair diploma dan aan een hbo-diploma,” zegt Peper. “Studenten die beter op hun plek zitten op het hbo, komen toch naar de universiteit. En geef ze eens ongelijk.”

Daarom pleit Van de Ven ervoor om als docent ook eens de andere kant te zien. “Studenten investeren veel tijd en geld in hun studie en krijgen daarbij minder steun dan voorheen qua toeslagen en soepele leningen. En dan hebben ze ook nog veel minder kans op een baan. Onbetaalde stages na een studie zijn aan de orde van de dag. Ik vind het niet vreemd dat studenten zich soms wat meer als consument opstellen.”

Klagen over tentamens

Het idee dat iedere student intrinsiek is gemotiveerd, een wetenschappelijke carrière overweegt en altijd alle opgegeven literatuur leest, is wellicht wat hoog ingezet. Dat hoeft ook niet, maar een student die veel vraagt en er weinig tegenover zet, kan rekenen op minder sympathie. Van der Sloot: “Een groeiend aantal studenten doet geen serieuze poging om het tentamen te halen. Toch moet je die tentamens serieus nakijken en voorzien van onderbouwde opmerkingen. Je bent veel tijd kwijt aan studenten die er met de pet naar gooien.”

En juist die groep klaagt over de resultaten van dat tentamen, ondervindt de wetenschapper. “Laatst kwam iemand met een laag cijfer naar de inzage. Hij wilde een zes. Waarom? Omdat hij het verdiende, naar eigen zeggen. Hij had er hard voor gewerkt. Zoiets neigt echt naar prinsen- en prinsessengedrag.”

Studenten hebben een eisenpakket

Dat gedrag uit zich bijvoorbeeld ook in het opstellen van een soort eisenpakket. “Studenten hebben bijvoorbeeld een bijbaantje en laten weten op dinsdag en woensdag beschikbaar te zijn voor een afspraak. Als docent moet je dan maar tijd hebben en je schikken naar de agenda van de student. Het is een soms wat bevreemdende situatie waarin je als docent blij mag zijn wanneer je student tijd voor je heeft,” zegt Van der Sloot.

Volgens Schaafsma moeten studenten leren dat de opleiding zich niet altijd naar hun wensen voegt. “De student voegt zich naar de opleiding. Je wilt geen avondcollege omdat het niet uitkomt met werk? Jammer dan. Je haalt het college van kwart voor negen niet omdat je vanuit Zuid-Limburg moet komen? Dan ga je maar op kamers.”

“Mijn cijfer staat niet op blackboard. Domme fout – misschien even herstellen?”

Lompe mailtjes

Door het opstellen van een eisenpakket lijkt de afstand tussen student en docent kleiner te worden. Dat zie je terug in onbeleefd mailgebruik. Een bron van ergernis voor veel docenten. Van der Sloot vertelt dat door een technisch mankement de resultaten van het tentamen een dag later op blackboard kwamen dan gepland. Hij ontving zo’n vijftig mailtjes van studenten in zijn postvak. “Op hoge poten maakten ze duidelijk dat dit niet de bedoeling was.” ‘Wie denken jullie wel niet dat jullie zijn?’” vroeg een student. En hij kreeg een anonieme mail: ‘Mijn cijfer staat niet op blackboard. Domme fout- misschien even herstellen?’

Gelukkig zijn er ook docenten met mildere ervaringen. Maria Mos onderschrijft dat studenten meteen in de mail hangen als je de nakijkterm overschrijdt, maar ziet ook dat herkansingen vaak krap achter tentamens worden gepland. Van de Ven zegt zich flexibel en begripvol op te stellen en dit ook terug te krijgen van studenten.

Etiquette leren

Studenten lijken dus niet allemaal door te hebben welke etiquette en omgangsvormen aan de universiteit zijn verbonden. Dat veronderstellen veel docenten wel. Daar gaat het mis. “Docenten hebben vaak een idee van hoe studenten zich moeten gedragen. En worden dan boos als ze dat niet doen. Maar zo werkt het niet meer. Studenten doen dat niet uit zichzelf. Je moet het dus helder maken,” legt Schaafsma uit.

Daarom start Schaafsma haar eerste college met slides over etiquette. Daar staat hoe studenten met haar en de universiteit moeten omgaan. Bijvoorbeeld hoe en wanneer je een mail stuurt naar docenten. En vooral: wanneer je het zelf moet uitzoeken. “Dat moet je doen, want studenten hebben soms een wat misplaatste assertiviteit. Ze nemen de ruimte die ze krijgen of voelen,” ervaart Schaafsma.

Volgens de hoogleraar komen studenten op de universiteit in een wereld terecht waar ze de codes niet kennen. Terwijl de meeste wel goede intenties hebben. “Het is aan ons om helder te maken wat er van ze wordt verwacht. Studenten hebben soms de neiging hun problemen op het bordje van de docent neer te leggen. Dan moet je zeggen: “Nee, dit is jouw probleem en jouw verantwoordelijkheid. Je bent volwassen. Los het maar op. Studenten springen zo hoog als de lat die je ze voorlegt.”

Advertentie.

Bekijk meer recent nieuws

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Blijf op de hoogte. Meld je aan voor de nieuwsbrief van Univers.