Den Bosch blijkt inspirerende hotspot voor onderzoekers

Den Bosch blijkt inspirerende hotspot voor onderzoekers

Wil je de wereld verbeteren, of simpelweg een product doelgericht aan de man brengen? De mogelijkheden van big data zijn eindeloos. In Den Bosch vind het onderzoek van de toekomst plaats.

Aan de onderzoekstak van JADS in Den Bosch is de afgelopen anderhalf jaar hard gewerkt. Arjan Haring, strategisch adviseur onderzoek bij JADS, benadrukt dat veel ervan nog in de opbouwfase verkeert, maar dat het hebben van een fysieke plek waar onderzoekers elkaar kunnen ontmoeten, al als een enorm pluspunt wordt ervaren. Ook de nauwe betrokkenheid van het bedrijfsleven bij JADS is van essentieel belang voor de toekomstige ontwikkelingen. 

De ervaringen van hoogleraar Jack van Wijk, wetenschappelijk directeur van het Data Science Center Eindhoven (DSC/e), sluiten volledig aan bij wat Haring vertelt over het belang van JADS als ontmoetingsplaats. De gesprekken die hij de afgelopen anderhalf jaar in Den Bosch had met onderzoekers van andere disciplines uit zowel Eindhoven als Tilburg, waren van groot belang bij het opstellen van een succesvol NWO-voorstel op zijn expertisegebied: de visualisatie van data. Hij ontving er een subsidie van 700.000 euro voor, waar drie promovendi van aan de slag kunnen, begeleid door een divers scala van onderzoekers. Van Wijk ziet het echt als een JADS-project. Het onderzoek richt zich op de vraag hoe complexe voorspellende modellen die zijn voortgekomen uit algoritmes, toch begrijpelijk kunnen worden weergeven. Dat betekent volgens Van Wijk letterlijk in beeld brengen wat er in zo’n model gebeurt, “want pas dan ontstaat er bij mensen vertrouwen in dit soort modellen.”

Toepassingen

Ook voor wat betreft het onderzoek van JADS staan de drie data science centers van Eindhoven, Tilburg (DSC/t) en Den Bosch (DSC/b) aan de basis. Men vult elkaar aan en er is sprake van overlap. In zowel Tilburg als Eindhoven wordt bijvoorbeeld onderzoek gedaan naar nieuwe fundamentele technieken zoals machine learning, zegt hoogleraar Dick den Hertog, wetenschappelijk directeur van het Tilburgse center. Den Hertog: “Verschillen zijn er met name in de toepassingen. In Den Bosch ligt het accent op ondernemerschap, Eindhoven kijkt naar de toepassingen in de techniek, en in Tilburg ligt de focus op toepassing van data in het bedrijfsleven.” Data kan volgens Den Hertog bijvoorbeeld worden toegepast in marketing, om producten te verkopen, maar ook in werving en selectie, om de beste kandidaat te vinden. Of voor het helpen van de mensheid, en dan vooral voor diegenen die hulp het hardst nodig hebben. Onder de vlag van Data Science for the Social Goodwil hij twee lopende onderzoeksprojecten samenbrengen en verder uitbouwen. Ten eerste een project van Sterk Huis en CentERdata: het preventief in kaart brengen van probleemgezinnen, om vroegtijdig effectieve hulp te bieden. Het andere project heeft te maken met het gebruik van data voor humanitaire innovatie. Het World Food Programme van de VN brengt voedsel uit alle delen van de wereld bijeen, om bij een hongersnood, zoals nu in Jemen, een dagelijkse maaltijd op tafel te zetten met minimale voedingswaarden tegen zo laag mogelijke distributiekosten. “Een gigantische puzzel”, zegt Den Hertog, “maar een die met data en algoritmen van het DSC/t nu al beter in elkaar wordt gelegd. Naar schatting zijn er in Syrië daardoor al een miljoen mensen meer gevoed.”

Pioniersgeest

Den Hertog zoekt naar zoveel mogelijk verbinding: onderzoekers met elkaar, universiteiten met elkaar en universiteit en maatschappij. Eens per maand komt hij samen met zijn collega’s uit Eindhoven en Den Bosch. Zijn streven is zoveel mogelijk samen op te trekken, bijvoorbeeld bij subsidieaanvragen. Zijn Eindhovense collega Van Wijk hoopt dat iedereen die vanuit Eindhoven, Tilburg en Den Bosch bij data science en JADS betrokken is, het steeds meer gaat zien als één geheel en niet als een verzameling eilandjes. Maar ook Van Wijk beseft dat in deze relatief prille samenwerking soms ‘politieke’ hobbels opduiken. Begrijpelijk, maar wel jammer vindt hij, want ze kosten onnodig tijd en inspanning. Op alle stukken die DSC/e tegenwoordig uitbrengt, laat hij daarom naast het eigen logo nu ook nadrukkelijk het logo van JADS afdrukken. 

Volgens Van Wijk heerst in Den Bosch echt een pioniersgeest. “Met hoogleraar Arjan van den Born, de wetenschappelijk directeur van DSC/b, staat daar een uiterst creatief persoon aan het roer, die ook wilde ideeën niet schuwt. Den Bosch biedt onderzoekers de mogelijkheid om bij elkaar in de keuken te kijken, een nog breder netwerk op te bouwen en om de klokken gelijk te zetten. We gaan nu naar de volgende fase, waarbij we het allemaal wat meer body geven en waar we ook de lijnen uitzetten voor de onderzoekslabs. Onderzoekers uit Eindhoven en Tilburg zouden vaker aanwezig moeten zijn in Den Bosch om daar leiding aan te geven en actief te zoeken naar funding.” 

Frontlinie

Adviseur Arjan Haring, die enige jaren terug nog werkzaam was bij Booking.com, zegt dat ook het bedrijfsleven een zeer belangrijke rol speelt bij de opzet van het onderzoek bij JADS. Vier bedrijven – CZ, KPN, Vivat en BrandLoyalty – zijn een Flagship Partnership met JADS aangegaan. De komende vier tot vijf jaar investeren die elk een bedrag van een miljoen euro of meer in JADS, waarmee leerstoelen, promovendi en ontwerpers-in-opleiding worden gefinancierd. Ook worden afspraken gemaakt over permanente educatielijnen voor de eigen medewerkers van deze bedrijven. Voorop staat wel dat de wetenschappers op onafhankelijke basis hun onderzoek kunnen uitvoeren. Haring: “Het is niet de bedoeling dat deze bedrijven ons concrete problemen of opdrachten voorleggen, waarmee we aan de slag gaan. Dat werkt niet. Deze vier partnerbedrijven, die ieder op hun eigen manier veel met data werken, begrijpen dat en hebben er baat bij dat het onderzoek bij JADS goed van de grond komt. Want dat is het gezamenlijk streven: zorgen dat we in Nederland op het gebied van data science in de frontlinie blijven opereren.” De bedrijven zijn volgens Haring ook van groot belang om goed te kunnen testen of de vooronderstellingen die uit onderzoeksprojecten naar voren komen, ook werken in de praktijk.

Volgens Liesbeth Leijssen, bij JADS belast met kennisvalorisatie, bestaat er naast deze vier partnerships nog een waaier aan samenwerkingsverbanden van bescheidener omvang. Leijssen: “Daar zijn zeker zo’n honderd bedrijven en instellingen bij betrokken, waarmee we afspraken op maat maken, bijvoorbeeld als het gaat om educatie of de inzet van PDEng’ers van de opleiding Data Science (zie kader). Sommige bedrijven zijn ook bij ons gehuisvest. Op korte termijn willen we voor alle partners de JADS Association oprichten. Hierbinnen gaan we al deze bedrijven en instellingen, ook de Flagship Partners, verenigen en op die manier willen we meer impact hebben op nationaal en Europees niveau.”

Bij JADS zijn er ook de Applied Labs. Thema’s waar die zich op richten zijn Crime, Health, Smart Cities, Agrofood, Mobility en Smart Manufactering. De labs richten zich op onderzoek waar de gemeente en provincie baat bij hebben, dus vaak gefocust op problemen die op lokaal niveau spelen.

Zo huurt de stichting Nationale Politie/DITSS (Dutch Institute for Technology, Safety and Security) een ruimte bij JADS, waar het Crimelab is gevestigd. Leon Verver, werkzaam bij de Nationale Politie en directeur van DITSS, geeft een voorbeeld van waar zijn instituut zich bij JADS mee bezighoudt. Verver: “Door bepaalde databestanden op elkaar te leggen, bijvoorbeeld over geldstromen en over personen die bij ons bekend zijn voor vergrijpen die met drugs te maken hebben, en die geregistreerd staan op meerdere adressen, hopen we zicht te krijgen op waar zich in de toekomst bepaalde criminele activiteiten, zoals het opzetten van een hennepkwekerij, kunnen voordoen. Het is voor ons een nieuwe, innovatieve manier van werken, waarbij de contacten met de onderzoekers bij JADS zeer waardevol zijn.” Volgen Leijssen is die belangstelling er vanuit alle geledingen van de gerechtelijke en uitvoerende macht.

Univers schreef over JADS met Han Konings, hoofdredacteur van Cursor, het magazine van de Technische Universiteit Eindhoven.PDEng-opleiding Data Science zeer in trek

Bij de tweejarige PDEng-opleiding Data Science wordt in de loop van het eerste jaar een kandidaat gekoppeld aan een bedrijf. In dat eerste jaar wordt hij of zij extra bijgeschoold en gaat daarna een jaar aan de slag met een opdracht van het betreffende bedrijf, dat daar ook in investeert. De sollicitaties naar een plaats in de opleiding lopen volgens opleidingsdirecteur Stef van Eijndhoven naar verwachting. Op dit moment zijn er al veertig PDEng’ers aan de slag en dat aantal wordt nog opgeschaald naar vijftig. De cursisten worden beschouwd als werknemer en ontvangen salaris, zegt Van Eijndhoven.

Hij vervolgt: “De opleiding is sterk multidisciplinair, naast het bijbrengen van kennis over data science wordt een evenredige hoeveelheid aandacht besteed aan niet-technische vaardigheden, die onder meer betrekking hebben op ondernemerschap en gedragswetenschap. De integratie van deze vaardigheden met de technische aspecten van data science is een belangrijk onderdeel van de leervisie van het programma.”

Voor bedrijven is het de ideale gelegenheid om snel mensen binnen te halen die beschikken over de meest recente kennis op dit vlak. Voor het overgrote deel zijn het internationale studenten die de opleiding volgen, maar men verwacht dat in de toekomst ook het aandeel Nederlandse studenten gaat toenemen. De bedrijven waarmee wordt samengewerkt, zijn onder meer bedrijven uit de traditionele maakindustrie, waarbij Van Eijndhoven aantekent dat hij in deze sector nog meer projecten zou willen genereren. “We hebben projecten lopen bij bedrijven als ASML, Philips Lighting, Philips Health, Enexis, Brabant Water, Omron, Dow, Saint-Gobain, Alfalaval, en LOCC. Daarbij gaat het in het algemeen niet over een productieproces, veel eerder supply chain, maintenance, klantsegmentatie, risicobeheer.”

Bekijk meer recent nieuws

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Blijf op de hoogte. Meld je aan voor de nieuwsbrief van Univers.