Hoop voor Hayarpi? Kerk blijft schuilplaats

De kerk is altijd al belangrijk geweest voor de Tilburgse studente Hayarpi, ze kwam er graag. Tegenwoordig zit ze er 24 uur per dag, zeven dagen per week. De kerk is haar toevluchtsoord geworden. Een schuilplaats om te voorkomen dat ze terug moet naar een land waar ze al 9 jaar niet is geweest en waar ze zich onveilig voelt.

“Alstublieft Joël Voordewind en Gertjan Segers, vraag Harbers om mij, mijn broertje en zusje te helpen. Jullie hebben de macht!” Met deze emotionele oproep zoekt de Tilburgse econometriestudente Hayarpi Tamrazyan op 24 september de media op, in de hoop op een wonder.

Een petitie en demonstratie, met als doel het gezin hier te houden, halen weinig uit. Om de dreigende arrestatie en uitzetting voor te zijn, vertrekt het gezin kort na de oproep naar de gereformeerde kerk in hun woonplaats Katwijk. Door berichten dat de Dienst Terugkeer en Vertrek (DT&V) van plan is om hen uit de kerk te halen, voelt het gezin zich vier weken later ook daar niet meer veilig. Ze pakken opnieuw hun koffers en krijgen opvang in buurt-en-kerkhuis Bethel in Den Haag. Daar zitten ze nu nog steeds, onder de bijzondere omstandigheden van het zogeheten ‘kerkasiel’. In korte tijd melden zich zo’n 600 predikanten uit het hele land, die elkaar zullen afwisselen op de kansel. Deze estefattekerkdienst moet voorkomen dat het gezin wordt opgepakt en uitgezet. En trekt de aandacht: inmiddels bericht zelfs CNN erover.

“Het is allemaal heel dubbel”, vertelt Hayarpi aan de telefoon. Aan haar stem is te horen dat ze het moeilijk heeft. “Dat zoveel mensen ons helpen is bijzonder. We krijgen kaartjes van mensen uit de wijk en buurtkinderen komen taarten brengen. Maar wat er gaat gebeuren is totaal onduidelijk, dat is zwaar.” Ze zit regelmatig bij de dienst, zingt liederen en draagt zelfgeschreven gedichten voor. “Ik vind het moeilijk om me te concentreren op mijn studie. Voor wiskunde heb je veel concentratie nodig, dat lukt me nu niet.”

Kerkasiel en recht

Het kerkasiel is een eeuwenoude traditie waarbij de kerk wordt ingezet als schuilplaats. “Ze noemen het kerkasiel, maar ze hebben hiermee geen verblijfsrecht,” vertelt Tjebbe Geldof, onderzoeker en docent aan de Universiteit Tilburg. Geldof specialiseerde zich onder andere in de internationale rechten van de mens en werkte als jurist vreemdelingenrecht. Op verzoek van Univers keek hij naar de zaak van Hayarpi. “Wat ermee wordt bedoeld is dat de autoriteiten worden ontlopen door een estafettekerkdienst te organiseren. Waar ze zich op beroepen is enerzijds een bepaling in de Algemene wet op het binnentreden, artikel 12 onder b. Daarin staat dat autoriteiten niet mogen binnentreden op het moment dat er een actieve kerkdienst is (dat kan ook bijvoorbeeld een moskee zijn), tenzij er een betrapping van een strafbaar feit op heterdaad is. Anderzijds beroepen ze zich op de godsdienstvrijheid, dat is een grondrecht. Het idee is dat je de godsdienstvrijheid wel mag beperken, maar niet te gemakkelijk.”

Permanente kerkdienst als noodgreep

De doorlopende dienst is ondertussen alweer 7 weken aan de gang. Je kunt je afvragen of een redelijke uitleg van godsdienstvrijheid met zich meebrengt dat je aan de autoriteiten mag ontsnappen door 24/7 een estafettekerkdienst te houden,” zegt Geldof. “Mijn vraag was gelijk, hoe lang is dat nog redelijk? Ik zou zeggen dat er een moment komt dat de autoriteiten zeggen ‘nu houdt het wel even op’. Tegelijkertijd heb je nog steeds die bepaling van binnentreden die zegt, binnentreden is hoe dan ook ongeoorloofd als er een dienst aan de gang is. Daar zit een spanning.”

Volgens Esther van Dijken, de woordvoerder van het gezin, is het onderdak in Den Haag een uiterste redmiddel, maar het doel van de familie is niet om tijd te rekken: “Telkens heeft de rechter bepaald dat er niet voldoende is aangetoond dat het veilig is voor de familie in Armenië, het gezin heeft in de tussentijd altijd meegewerkt met de verschillende instanties en open kaart gespeeld. De uitkomst van de jarenlange asielprocedure is onterecht, ze kunnen zich tot niks anders meer wenden dan deze noodgreep.”

De geschiedenis in vogelvlucht

Waarom kiest een gezin ervoor om zichzelf vrijwillig ‘op te sluiten’ in een kerk? De familie Tamrazyan vraagt in 2010 asiel aan. De reden: vader Tamrazyan, die lid is van de Armeense oppositiepartij, loopt ernstig gevaar. Een asielaanvraag voltrekt zich eigenlijk altijd volgens dezelfde procedure. Na aankomst in Nederland krijgt de vluchteling een korte periode van rust. Na die rustperiode begint de algemene asielprocedure waarin de asielzoeker geïnterviewd wordt door de Immigratie en Naturalisatiedienst (IND), onder begeleiding van een advocaat. Tijdens die interviews wordt de identiteit van de asielzoeker vastgesteld, wordt gekeken naar de reisroute en de reden waarom hij is gevlucht. De IND probeert te achterhalen of het verhaal van de asielaanvrager klopt en of er voldoende redenen zijn om asiel te verlenen. Hierna neemt de IND een beslissing over de asielaanvraag. In het geval van de familie Tamrazyan was die beslissing negatief. De dienst concludeert dat er onvoldoende bewijs is dat het gezin gevaar loopt bij een terugkeer naar Armenië.

De familie is het daar niet mee eens en gaat in beroep. De rechter geeft hen gelijk en beslist dat de IND onvoldoende kan motiveren waarom het wel veilig is voor de familie om terug te keren naar hun thuisland. Daarmee ligt het stokje weer bij de IND, zij moeten de aanvraag opnieuw tegen het licht houden. Bijna drie jaar later oordelen zij opnieuw dat de familie geen recht heeft op asiel. Opnieuw gaat de familie in beroep en krijgt ook dan gelijk van de rechtbank. De beslissing van de IND is onzorgvuldig gemotiveerd. Daar is de dienst het niet mee eens, zij stellen dat ze hun eindoordeel wel voldoende gemotiveerd hebben. Ze vragen de Raad van State om een eindoordeel. Die oordeelt in het voordeel van de IND. Het gezin is dan al bijna zes jaar in Nederland.

Kinderpardon als laatste strohalm

De enige hoop die het gezin Tamrazyan na de negatieve uitspraak nog heeft is het kinderpardon. Dat kinderpardon is bedoeld voor kinderen van asielzoekers en alleenstaande minderjarigen die geen verblijfsvergunning hebben, maar die wel langer dan 5 jaar in Nederland wonen en hier dus geworteld zijn. Ook ouders, broers en zussen mogen bij een positieve beoordeling blijven.

De belangrijkste voorwaarden: het kind mag niet met de politie in aanraking zijn gekomen, moet onafgebroken 5 jaar of langer in Nederland wonen en al die tijd in contact zijn geweest met de verschillende instanties die betrokken zijn bij een asielaanvraag, zoal IND, COA  of de vreemdelingenpolitie. En last but not least, er moet actief zijn meegewerkt aan vertrek. Het is deze laatste voorwaarde die voor bijna alle kinderen die een asielaanvraag doen op basis van het kinderpardon, roet in het eten gooit. Van de 1360 aanvragen tussen 1 mei 2013 en 30 april 2016 worden er slechts 100 ingewilligd. Ook Hayarpi en haar familie horen dat hun aanvraag is afgewezen omdat ze onvoldoende hebben meegewerkt aan vertrek. De asielaanvraag wordt definitief afgewezen.

Kinderen die gedwongen terugkeerden naar Armenië kampen met ernstige psychische en sociale problemen, die jarenlang aanhouden.

Maar de familie Tamrazyan wil niet terug naar Armenië, want in tegenstelling tot het oordeel van de IND voorzien zij wel degelijk gevaar. Bovendien is het gezin dan alweer 8 jaar in Nederland. Ze zijn actieve leden van de kerkgemeenschap in Katwijk, de kinderen zitten er op school en maken vrienden. Hayarpi is lid van de jongerenpartij van de ChristenUnie.

Terugkeer betekent totaal opnieuw beginnen in een land dat zij niet kent. Uit onderzoek naar kinderen die na langdurig verblijf in Nederland gedwongen zijn teruggekeerd naar Armenië, blijkt dat dit vrijwel altijd gepaard gaat met negatieve gevolgen. De kinderen kampen met ernstige psychische en sociale problemen, die jarenlang aanhouden. Ze leven in armoede, voelen zich niet thuis in Armenië en ervaren geen toekomstperspectief.

Schrap het meewerkcriterium

Kinderombudsman Margrite Kalverboer, tevens jurist en orthopedagoog, beoordeelt de afwijzingen op basis van het meewerkcriterium als onredelijk, in een rapport in 2017. Ze roept op tot een alternatief en meer rechtvaardig kinderpardon. Uit het rapport: ‘Veel gezinnen die nog een procedure hebben lopen, zoals een tweede asielaanvraag, hopen dat ze hier bescherming krijgen en niet terug hoeven te keren naar het land waar ze vandaan gevlucht zijn. Tijdens de procedure zijn ze dus niet bezig met terugkeer. Toch eist het meewerkcriterium dat het gezin ook tijdens procedures actief aan vertrek blijft werken. De redenering hierachter: “Het is de keuze van een vreemdeling een aanvraag in te dienen in plaats van te werken aan zijn vertrek.”

Dat is inderdaad hoe ook Harbers het in een interview aan Volkskrant verwoordt: ‘Ik stel vast dat hier vooral van de kant van de ouders iets misgaat. Ze krijgen meerdere keren te horen dat een asielstatus er niet in zit, leggen zich daar niet bij neer en denken na verloop van tijd: ‘Ik ga het toch weer proberen. Kijken of ik nog een andere reden heb, of ik een herhaalde aanvraag kan doen met een nieuw verhaal.’ Maar je weet zelf het beste of er iets met jezelf of met het land van herkomst is veranderd. Als je deep down weet dat dat niet het geval is, moet je het niet gek vinden dat je geen gelijk krijgt.’

Onterecht, vindt de Kinderombudsman: ”Voor de kinderen die al jarenlang in onzekerheid leven is het een hard gelag om met deze situatie te moeten leven. Dat zij hier geworteld zijn doet in de regeling die voor gewortelde kinderen bedoeld is blijkbaar niet ter zake. Dat zij nauwelijks of geen invloed hebben op de keuze van hun ouders om niet terug te keren ook niet. En dat de overheid er al die jaren niet in is geslaagd om het gezin te laten terugkeren ook niet. Zolang het meewerkcriterium blijft bestaan, hebben de kinderen waarvoor de regeling ooit is opgesteld geen enkel zicht op een toekomst in Nederland. De Kinderombudsman beveelt daarom aan om het meewerkcriterium te schrappen.”

Ze staat daarin zeker niet alleen. Al in februari 2017 stemt een meerderheid van de tweede kamer voor een motie van Joël Voordewind  (ChristenUnie) om de meewerkregeling te schrappen, en daarmee het kinderpardon te verruimen. Het kabinet wil daar niet in meegaan en schuift de hete aardappel door tot na de verkiezingen. Na die verkiezingen is er niet langer een meerderheid voor een ruimer kinderpardon. Voorstanders van de verruiming, ChristenUnie en D66, stappen in een kabinet met tegenstanders, VVD en CDA. Het nieuwe kabinet besluit dat het pardon definitief niet wordt verruimd.

Publieke opinie

Daarmee lijkt het lot van de familie Tamrazyan bezegeld, ze moeten terug, de enige vraag is wanneer. Maar dan gebeurt er iets opmerkelijks. Nadat het verhaal van de eveneens Armeense kinderen Lili en Howick in september uitgebreid in het nieuws komt, gebruikt staatssecretaris Harbers zijn discretionaire bevoegdheid en besluit dat Lili en Howick toch een verblijfsvergunning krijgen. Later die maand plaatst Hayarpi haar oproep aan Joël Voordewind en Gertjan Segers op twitter, de zaak van het gezin krijgt veel aandacht en bijval.

“Er moet eens goed gekeken worden naar de fouten die er zijn gemaakt.”

Tjebbe Geldof: “De enige concrete hoop die ik zie, is dat staatssecretaris met zijn hand over het hart strijkt onder druk van de publieke opinie. Als die druk echt te groot wordt wil het wel eens voorkomen dat er uitzonderingen worden gemaakt, misschien wel voor de hele groep.” Toch moet de staatssecretaris zich niet laten leiden door eerder gemaakte beslissingen, maar de zaak van Hayarpi serieus nemen, vindt Van Dijken: ‘Iedere zaak is uniek, die van Hayarpi dus ook. Er moet eens goed gekeken worden naar de fouten die er zijn gemaakt.’

De politieke en maatschappelijke druk begint ondertussen flink op te lopen, zeker nadat presentator Tim Hofman zich het lot aantrekt van de gewortelde asielkinderen in zijn serie Terug naar je eige land. Hij start een petitie voor een ruimer kinderpardon, zodat de ongeveer 400 kinderen die hier geboren zijn óf langer dan vijf jaar in Nederland wonen, mogen blijven. Bijna 250 duizend mensen hebben de petitie ondertussen ondertekend.

De druk neemt toe

Hofman is niet de enige die het opneemt voor de in Nederland gewortelde kinderen. Ruim 140 leden van de lokale afdelingen van de ChristenUnie (CU), de partij waar Hayarpi lid van is, pleiten voor een uitzetstop van de vierhonderd kinderen. Ze dienden een motie in op op het jaarcongres op 24 november. De motie werd met grote meerderheid aangenomen: 478 mensen stemden voor, dat is ruim negentig procent. Ook het aantal gemeentes dat het niet eens is met het strikte nationale beleid, neemt toe. Ondertussen zijn er al 137 kinderpardongemeentes, waaronder ook Tilburg, die oproepen tot een ruimer kinderpardon.

Met een interview aan de Volkskrant probeert Harbers de geest terug in de fles te duwen: “Uit de zaak van Lili en Howick kan niet de conclusie worden getrokken, dat nu een verruiming van het kinderpardon mogelijk is.” In een reactie aan Hart van Nederland op de vraag hoe lang de situatie in de kerk nog kan doorgaan antwoordt hij: “Dat is aan het gezin zelf. Ik vind dit in ieder geval geen oplossing, het biedt geen uitzicht op verblijf in Nederland.”

“Ik mis het om de dagelijkse dingen te doen. Ik mis mijn studie, mijn studentenvereniging, de gesprekken en discussies.”

“Het is een ontzettend lastige situatie”, vertelt Geldof. “Je hebt met zoveel belangen te maken. Over het algemeen zijn afwijzende asielbeslissingen nog te verdedigen door er op te wijzen dat de juiste procedures zijn gevolgd en dat de besluitvorming zorgvuldig is geweest. Maar wat je nu ziet gebeuren is dat het niet meer juridisch is, maar politiek. Daardoor is de uitkomst totaal onzeker. Want politiek is ook de waan van de dag.”

Het blijven dus onzekere tijden voor Hayarpi. “Het is moeilijk, we zitten al weken opgesloten. Ik mis het om de dagelijkse dingen te doen. Ik mis mijn studie, mijn studentenvereniging, de gesprekken en discussies. Ik gaf wekelijks bijles, ook dat mis ik.” Het enige wat de familie kan doen is wachten op wat komen gaat.

Reactie van de christelijke studentenvereniging Via Fidei:

“Hayarpi is voor ons een volwaardig en actief lid. Zij kan ons erop wijzen dat je ook christen kan zijn in moeilijke situaties. Haar gave om gedichten te schrijven en voor te dragen heeft ons veel geleerd en aangespoord om op God te vertrouwen. Hayarpi is een lief en rustig persoon, ze is altijd geïnteresseerd in de ander. Daarnaast is zij zeer betrokken bij de samenleving, ook buiten de vereniging om. Ze is standvastig in haar overtuigingen en is niet bang om daar voor uit te komen. Een ijverige student die niet opgeeft, ook niet wanneer het tegen zit. Wij als vereniging vinden het een verdrietige en moeilijke situatie en we missen Hayarpi. We proberen zo veel mogelijk om haar heen te staan en haar te steunen. Dit doen we bijvoorbeeld door voor haar te bidden en haar te bezoeken. Daarnaast organiseren we binnen de vereniging acties die Hayarpi persoonlijk bemoedigen, we hebben bijvoorbeeld allemaal een persoonlijk berichtje op papier gezet en verstuurd. We hopen dat ze weer snel in ons midden kan zijn.”

Advertentie.

Bekijk meer recent nieuws

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Blijf op de hoogte. Meld je aan voor de nieuwsbrief van Univers.