Medewerkers TiU luiden noodklok: ‘werkdruk moet omlaag’
Tilburg University doet te weinig aan de werkdruk van universitair docenten, zo laten zeven medewerkers in een interview aan Univers weten. “Als mensen huilend op je kamer zitten dan is de maat vol.” De ‘race to the bottom’ moet stoppen, maar daarvoor lijkt het probleem te complex. Gezocht: een oplossing. Vrijdag 15 maart leggen medewerkers in het onderwijs massaal hun werk neer. Onder hen zijn voor het eerst ook universitair docenten. De maat is vol. “Het is gewoonweg veel te druk. Die hoge werkdruk is ook allang aangetoond,” ergert Maureen Sie zich. Zij is hoogleraar aan Tilburg University en verbonden aan het departement filosofie (TSHD).
Sie doelt daarmee op recente cijfers van de Federatie Nederlandse Vakbeweging (FNV) en de Vakbond voor de Wetenschap (VAWO). Die laten zien dat zeven op de tien medewerkers een hoge tot zeer hoge werkdruk ervaart. 71% van de medewerkers vindt bovendien dat de hoeveelheid werk in de afgelopen twee jaar is toegenomen. Daardoor krijgt driekwart zijn of haar werk niet af.
“Voor het eerst in de geschiedenis liggen basisscholen tot en met universiteiten vrijdag plat.”https://t.co/A95Xx8w9FN
— WOinactie (@WOinactie) 12 maart 2019
Johan Graafland, hoogleraar aan het departement van economie (TiSEM), rekende zijn eigen werkdruk uit. “Mijn wetenschappelijke productie is tussen 2009 en 2018 vier keer zo groot geworden. Binnen die tijd steeg mijn onderwijsbelasting met ruim 40%.” Het salaris van Graafland is in die periode, naar koopkracht gemeten, niet gestegen.
“Ik krijg niet af wat ik af zou willen krijgen”
Universitair docenten met een onderzoek aanstelling worden voor het ene deel gefinancierd door het onderwijs dat ze geven aan de universiteit. Voor het andere deel zijn zij afhankelijk van onderzoeksgelden en moeten ze op jaarbasis een bepaald aantal publicaties leveren.
Maanden werk onzichtbaar
Om je onderzoek te kunnen financieren zijn medewerkers verplicht subsidies aan te vragen. De kans dat je die krijgt is echter klein, weet Floortje Mols uit eigen ervaring. Zij is universitair hoofddocent aan het departement voor medische en klinische psychologie (TSB). “Steeds meer mensen azen op dezelfde pot met geld. Dus je moet steeds betere aanvragen schrijven. Tegelijkertijd gaat er ook veel meer tijd in zitten.”
Maar op het moment dat je een subsidieaanvraag misloopt is dat frustrerend: “Niemand ziet dat je daar maanden aan gewerkt hebt. Ze zien alleen een slechtere output, want die aanvraag gaat ten koste van onderzoekstijd.”
Terwijl het schrijven van subsidieaanvragen steeds meer tijd en moeite kost, is het niet de bedoeling dat het aantal publicaties daaronder lijdt, weet Mols. “Als je, bij wijze van spreken, tien publicaties hebt in het ene jaar, dan wordt er van je verwacht dat je het volgende jaar minstens zoveel publicaties hebt. Die lat wordt alsmaar hoger.” De hoofddocente krijgt daardoor ook niet meer af wat ze af zou willen krijgen. “Maar onderwijs gaat voor, dat is bij iedereen zo.”
Urenverdeling TiU klopt niet met praktijk
In het onderwijs zijn er qua werkdruk pieken en dalen. Cursussen hebben vaak dezelfde momenten dat je opdrachten of tentamens na moet kijken, waardoor je in die periode werkweken maakt van zestig tot zeventig uur per week, bovenop het onderzoek dat je moet doen.
Universitair docent Hans Haans, werkzaam bij het departement Marketing (TSEM), zorgt wel dat hij zijn werk afkrijgt. Hij maakt zich meer zorgen om juniordocenten die met een tijdelijke aanstelling Tilburg University binnenkomen. “Als ik een uur kwijt ben met het nakijken van tentamens, bijvoorbeeld, dan kan een juniordocent daar met gemak ruim drie uur over doen,” schetst Haans, “maar die uren zijn in beide gevallen gelijk.”
Dat ligt aan de manier waarop Tilburg University uren verdeelt over het aantal taken van een medewerker. Vaak wordt daarvoor het fulltime-equivalent (fte) gebruikt. 1,0 fte staat gelijk aan één werkweek van 40 uur. Idealiter is het aantal fte ook daadwerkelijk de tijd die je kwijt bent aan je werk. De praktijk is anders.
“Ook hier heb ik mensen huilend op mijn kamer gehad”
Op het moment dat Univers begon over de urenverdeling op papier reageerden medewerkers lacherig. “Die uren corresponderen niet per se met de werkelijkheid,” stelt Sie. Hoogleraar Johan Graafland onderschrijft dat. Hij legt uit dat je voor ieder hoor- en werkcollege een bepaalde tijd krijgt toegeschreven. Maar of er nu twee- of vierhonderd studenten in je collegezaal zitten, dat maakt niet uit.
Ook de hoeveelheid uren die je krijgt voor het aantal werkcolleges ligt nogal krom: “Als je voor het eerste werkcollege bijvoorbeeld 0,67 punt krijgt, dan krijg je voor het tweede parallelle werkcollege slechts een derde (0,22 punt), terwijl de benodigde tijd gewoon verdubbelt. Dus hoe groter de groep, hoe meer werkcolleges, maar hoe minder tijd je ervoor krijgt,” legt Graafland uit.
Uit de gesprekken met Univers blijkt dat in de urenverdeling ook niet meegenomen wordt of een tentamen multiple-choice of open vragen heeft, terwijl het nakijken van open vragen veel meer werk kost. Datzelfde geldt ook voor de groeiende studentenaantallen.
Dat het probleem met de urenverdeling de afgelopen jaar erger is geworden onderschrijft Fons Naus, universitair docent aan het departement van management (TiSEM). “Als je een afstudeerder begeleidt, dan had je daar eind ’98 meer dan het dubbele aantal uren voor dan nu. Ieder jaar gaat daar gewoon de kaasschaaf overheen.”Bovendien komen er de laatste jaren taken bij waarvoor geen extra tijd wordt toegekend. Zo stimuleert de universiteit om les te geven in kleinere groepen en moeten docenten omgaan met alsmaar veranderende wetgeving, zoals die met betrekking tot de privacy. “Dat zijn goede ideeën, maar al die ideeën kosten tijd en worden uitgevoerd door mensen die het al heel druk hebben,” legt Hans Haans uit.
‘Dit is niet hoe ik voor de rest van mijn leven wil werken’
De hoge werkdruk sloopt medewerkers, letterlijk. Uit onderzoek van de FNV en VAWO blijkt dat 63% van hen lichamelijke en psychische klachten ervaart door de hoge werkbelasting. Toch werken zij massaal door als zij ziek zijn. Vier van de vijf heeft zelfs nooit overwogen zich ziek te melden, totdat ze “letterlijk” omvallen.
“Mensen van andere departementen kregen burn-outs,” vertelt Haans, werkzaam bij het departement Marketing. “Ook hier heb ik mensen huilend op mijn kamer gehad. Ze wisten gewoon niet hoe ze het voor mekaar moesten krijgen.”
Het gevolg van mensen die uitvallen door, bijvoorbeeld, een burn-out is dat hun taken overgenomen moeten worden door de rest van de medewerkers. Dat zorgt bij hen opnieuw voor een toename van de werkdruk, wat logischerwijs zorgt voor een tweede ronde mensen met burn-outs. Een neerwaartse spiraal, waar je maar moeilijk uitkomt.
“Collega’s om mij heen hebben weleens gezegd: ‘Dit is niet hoe ik voor de rest van mijn leven wil werken.’ Die zijn gestopt, zonder dat zij uitzicht hadden op een andere baan,” vertelt Haans ontzet. Landelijk heeft 65% van de medewerkers overwogen om met deze reden van baan te veranderen. Mols: “Iedereen die deze werkdruk niet aankan is hier allang weg. Die zijn na een aantal jaar met een tijdelijk contract ander werk gaan doen.”
Hoop met nieuwe cao
Toch is er hoop. Ruim een jaar geleden is het aanpakken van de hoge werkdruk meegenomen in de cao van alle universiteiten van Nederland. Ook Tilburg University werd hiermee gedwongen met een plan te komen om de werkdruk te verlagen.
Een jaar later is er dan eindelijk een plan. “Het duurde even vanwege de werkdruk op de HR-afdeling,” grijnsde Marinus Verhagen, voorzitter van het Lokaal Overleg Bonden. Kort samengevat houdt het plan in dat op departements- en afdelingsniveau wordt gepraat over hoe het probleem opgelost kan worden. Daarnaast is er aandacht voor de wijze waarop het werk binnen departementen wordt verdeeld en komen er testen om te kijken of je daadwerkelijk kampt met een hoge werkdruk.
Opvallend is dat geen van alle maatregelen van Tilburg University direct een verlaging van de werkdruk oplevert. In plaats daarvan moeten medewerkers om leren gaan met de bestaande hoge werkdruk. Kan de universiteit niet meer doen, zodat de werkdruk ook daadwerkelijk omlaag gaat?
Twee belangrijkste oorzaken werkdruk: studentengroei en geldgebrek
Het enthousiasme van onderzoekers om hun publicaties af te ronden, de kleine kans op subsidie voor je onderzoek, een urenverdeling die niet strookt met de werkelijkheid en allerlei relatief kleine administratieve handelingen zorgen allemaal voor de toename van de werkdruk.
Maar de grootste oorzaak voor het probleem zijn de groeiende studentenaantallen. Over vijf jaar lopen er naar verwachting zo’n twintigduizend studenten rond op de campus. Het afgelopen jaar waren dat er ‘slechts’ 14.269.Over het algemeen geldt: hoe meer studenten, hoe meer geld de universiteit van de overheid krijgt. Cijfers van de Vereniging van Universiteiten (VSNU) laten echter zien dat de afgelopen negentien jaar de rijksbijdrage per student 25% gedaald is. In het jaar 2000 kreeg de universiteit per student vijfduizend euro meer dan nu het geval is. En dat terwijl de studentenpopulatie sinds dat jaar landelijk met 68% is toegenomen. Daarbij neemt over die periode het aantal medewerkers maar heel licht toe.