De wetenschappelijke tractor
Het geklaag op universiteiten was de afgelopen weken niet van de lucht. Met argusogen keken wetenschappers naar de protesten van boeren in Den Haag, Bilthoven en bij verscheidene provinciehuizen.
Academici praten, overleggen en discussiëren al meer dan een jaar onderling en met de minister over hoe ze de werkdruk in hoger onderwijs en wetenschap kunnen verminderen. En die boeren rijden op een dinsdag met een trekker naar de Hofstad om een paar uur later met een aantal toezeggingen terug te keren naar huis.
Natuurlijk zijn er verschillen. Waar boeren in sommige gevallen protesteren voor het (op deze manier) voortbestaan van hun onderneming en electoraal belangrijk zijn voor tenminste twee partijen in het kabinet, willen wetenschappers iets relatiefs vaags als werkdrukverlaging en lijkt onderwijspartij D66 al jarenlang doof voor hun grieven. Toch zouden veel academici maar al te blij zijn als hun minister Ingrid van Engelshoven zich eens zo begripvol opstelde als haar collega Schouten.
Er is echter een belangrijkere verklaring van de succesformule. De trekker is voor boeren namelijk hun sleutel tot macht. Al twee keer hebben ze aangetoond vrij succesvol de halve Randstad plat te kunnen leggen met een gecoördineerde actie. Datzelfde geldt voor de basisschoolleraren, die in tegenstelling tot hun collega’s in het hoger onderwijs al wel succesjes boekten. Als zij de deuren sluiten, zoals ze binnenkort weer van plan zijn, hebben honderdduizenden ouders een probleem. Vaak kunnen ze voor een dag in de paar maanden extra opvang regelen, maar als basisscholen een week of langer het slot op de deur laten, werkt dat net zo ontwrichtend als een boerenprotest.
Wetenschappers hebben tot nu toe niet zo’n machtsmiddel gevonden. Sluiten de universiteiten, dan hebben ze daar vooral studenten mee en zij overleven een dagje of weekje minder college en meer zelfstudie wel. Stoppen wetenschappers met het beoordelen van beursaanvragen of papers van collega’s, dan hebben ze daar vooral andere academici mee. Stoppen ze met publiceren in de hoogst competitieve wereld die de wetenschap is, dan straalt dat enkel af op hun eigen palmares.
Het is dan ook niet verwonderlijk dat protestgroepen als WOinActie hun vertrouwen in minister Ingrid van Engelshoven al hebben opgezegd en hun pijlen richten op een volgend kabinet. Toch is dat niet per se nodig. In vrijwel alle adviescommissies die hogere en lagere overheden instellen zitten namelijk hoogleraren of andere universitaire experts. Wanneer zij een collectief njet terugsturen op adviesaanvragen brengen ze menig project en politicus in een lastig parket.
Als dat allemaal geen effect heeft kunnen ze informatici misschien nog eens testen of er geen zwakheden zitten in de software die het ministerie of DUO gebruikt. Wetende dat die laatste organisatie miljoenen extra nodig heeft voor een update van de ICT, moet dat geen probleem zijn.