Marleen (21): ‘Ik wil niet de granny van mijn jaar zijn’

Marleen (21): ‘Ik wil niet de granny van mijn jaar zijn’

Wie zijn de studenten die dit collegejaar starten aan TiU? Waar verheugen ze zich op, en waar verwachten ze tegenaan te lopen? En hoe gaan ze zich staande houden op een anderhalvemeter-campus? In de serie ‘Studeren in coronatijd’ stellen nieuw- en oudgedienden zich voor. Vandaag: Marleen Pijnenburg, een vierdejaars eerstejaars.

Marleen Pijnenburg. Beeld Ton Toemen

Marleen Pijnenburg. Beeld Ton Toemen

Ze moest ervoor naar de andere kant van de wereld. Na drie jaar kwam Marleen Pijnenburg (21) er tijdens haar uitwisseling in Canada achter dat International Business Administration niet dé studie voor haar was. Vanaf september is ze opnieuw eerstejaars student en start ze met de bachelor Psychology.

Spannende selectieronde

“Om te kunnen beginnen aan International Business Administration moest ik door een selectieprocedure. Ik kan me nog goed herinneren dat ik niet bijzonder blij was toen ik werd toegelaten. Ik wist niet wat ik wilde studeren, en koos voor een brede, Engelstalige studie. Daarmee zou ik later nog alle kanten op kunnen, dacht ik.

“Al in mijn eerste jaar aan TiSEM wist ik dat het niet de juiste studie voor me was. Het studentenleven beviel me goed, maar bij de start van ieder nieuw semester dacht ik: wanneer zou het interessant worden? Tegelijkertijd bleef de vraag welke richting ik dan wél op wilde onbeantwoord.

“Tijdens mijn exchange in het derde jaar volgde ik een aantal economische vakken aan Queen’s University in Kingston, Canada. Ze werden gegeven door docenten met een psychologie achtergrond, en zij lieten me zien dat mensen helemaal niet zo rationeel handelen als in de economische handboeken wordt voorgesteld.

“Die gedachte vond ik zo interessant dat ik een studiebol werd, ineens had ik bijvoorbeeld zin om wetenschappelijke artikelen te lezen. Toen ik terugkwam, heb ik me aangemeld voor de bachelor Psychology aan TSB. En het is een goed teken dat ik deze keer wel behoorlijk zenuwachtig was voor de toelatingsprocedure.”

Een vierdejaars eerstejaars  

“Het is hartstikke leuk dat ik ben toegelaten, maar het betekent wel dat ik in september uit mijn vertrouwde wereldje stap. Ik heb de afgelopen jaren vriendschappen opgebouwd en fijne contacten gelegd in Tilburg. Nu moet ik toch als een jonkie weer bij het begin beginnen. Daar zie ik wel een beetje tegenop. De start van een nieuwe studie is best intensief, omdat je je beste beentje wil voorzetten en een goede indruk wil maken. Ook moet je investeren in nieuwe vriendschappen en netwerken.

“Ik heb me opgegeven als actief lid bij de studievereniging (Complex, red.). Het is nog even afwachten of het een formele of informele commissie wordt, maar dat zie ik tegen die tijd wel. Hoe dan ook ben ik op die manier meteen betrokken bij de studie, en dat vind ik belangrijk. De echte eerste start heb je maar één keer, ook als we later in het collegejaar weer vaker op de campus mogen komen.”

Digitaal studeren

“De coronacrisis sloeg toe terwijl ik naar het eind van mijn IBA-bachelor aan het toewerken was. Mijn medestudenten en ik waren net terug van onze exchanges en toen kwam ineens het nieuws: digitaal onderwijs. Eerst dachten we nog: prima, een paar weekjes thuiszitten en wat achterover leunen. Pas later werd het voor ons duidelijk dat we voorlopig niet meer terug zouden gaan naar de uni. Dat vind ik nog steeds heel erg jammer, omdat we als een groep hebben toegewerkt naar de afsluiting van die drie bachelorjaren.

“Ik zie het als een geluk bij een ongeluk dat ik het studeren al min of meer onder de knie heb. Van literatuur zoeken tot weten wanneer je aantekeningen moet maken en je tijdens een college extra moet opletten. In dat opzicht denk ik dat de nieuwe lichting, met studenten die net van school komen, het een stuk zwaarder krijgt omdat ze meer digitaal onderwijs heeft. En in mijn ervaring verlopen met name werkcolleges daardoor een stuk stroever.

“Daarover heb ik trouwens al bericht gekregen. De universiteit zegt dat ze het belangrijk vindt dat de overgang van school naar colleges niet te groot wordt. Eerstejaars krijgen daarom voorrang bij fysiek onderwijs, zij kunnen een dag in de week naar de campus. Dat lijkt me verstandig, zelf moest ik bijvoorbeeld enorm wennen aan de grotere afstand tot de docent. Digitaal onderwijs maakt die afstand helemaal onoverbrugbaar.”

De granny van de groep

“Of ik de nieuwe studenten wil helpen? Zeker. TiSEM organiseert ieder jaar Student for a day, voor middelbare scholieren. Ik gaf mezelf altijd op als mentor. Omdat ik mijn studiekeuze zelf zo lastig vond, wilde ik middelbare scholieren helpen zich voor te bereiden op het studeren. Mezelf kennende zal ik in projecten zeker het voortouw gaan nemen, en veel informatie en tips met de andere eerstejaars delen.

“Aan de andere kant: alleen als ze daar om vragen. Ik zie het niet zitten om de granny van de groep te zijn, en wil mezelf niet onderscheiden van de andere eerstejaars. Ik heb net zoveel te leren en wil niet de eigenwijze betweter zijn omdat ik toevallig wat langer rondloop in Tilburg. Iedereen moet nu eenmaal een eigen weg volgen.”

 

Advertentie.

Bekijk meer recent nieuws

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Blijf op de hoogte. Meld je aan voor de nieuwsbrief van Univers.