“Groeifondscommissie is niet onafhankelijk en ook niet kundig”

“Groeifondscommissie is niet onafhankelijk en ook niet kundig”

Topeconoom Sylvester Eijffinger wil aan de vooravond van Prinsjesdag nog graag iets kwijt over het Nationale Groeifonds. Hij heeft altijd voor het Wopke-Wiebesfonds gepleit, maar zoals nu neergezet, gaat het volgens hem niet werken.

1. Professor Eijffinger, ondanks corona is het er dan toch gekomen: het investeringsfonds van ministers Wopke Hoekstra en Eric Wiebes. Het moet de panacee zijn die ons uit de crisis helpt. U heeft altijd voor zo’n fonds gepleit. Bent u er blij mee?

“Ik ben heel blij dat er is besloten tot zo’n groeifonds en dat we gebruik maken van de lage rente om 20 miljard te investeren in de economie van de toekomst. We moeten immers naar een slimmere en meer duurzame economie. Daar zijn grote bedragen voor nodig die je niet zomaar even uit de rijksbegroting haalt. Ik ben alleen erg geschrokken en verbaasd hoe de governance van het fonds nu in elkaar steekt.”

2. Wat is het probleem?

“Het grootste probleem is dat de commissie die aanvragen voor investeringen moet honoreren, niet onafhankelijk is en ook niet kundig. We zien bestuurders van grote belanghebbende ondernemingen en universiteiten, die ongetwijfeld zelf een aanvraag doen of dat al hebben gedaan. Opvallend vind ik ook dat er geen enkele onafhankelijke econoom van gewicht in zit. Ik ben behoorlijk geschrokken. Er moeten mensen in die deskundig zijn op de gebieden waar de investeringen nodig zijn: zoals duurzaamheid, infrastructuur, artificial intelligence, internet of things en blockchain.”

3. U bent adviseur van het CDA en van Wopke Hoekstra, hoe kan het dan toch zo misgaan?

“Ik weet het niet, maar ik heb wel een gedachte over hoe zo’n politiek compromis tot stand komt. Het fonds kwam aanvankelijk uit de koker van Hoekstra, maar toen kon economieminister Eric Wiebes natuurlijk niet achterblijven. Die wilde zich laten gelden en heeft ingezet op diversiteit in de commissie. Je kent het wel: iemand uit Brabant, iemand uit Limburg. Het belangrijkste is alleen vergeten: onafhankelijkheid en expertise!

“Vergelijkbare fondsen in Noorwegen en Singapore hebben dat wel. Hoekstra kent die voorbeelden. Ons Nationale Groeifonds mist draagvlak en daadkracht. Het is een polderoplossing geworden.”

4. Kan het het roer nog om?

“Dat wordt een moeilijk verhaal. De namen van de commissieleden zijn al genoemd, ik vrees dat het gezichtsverlies dan te groot wordt. Wellicht kunnen er nog wel kundige mensen aan worden toegevoegd.”

5. Nog iets anders met betrekking tot het Groeifonds. Ik zag dat er een hevige discussie woedt onder economen. Sommigen vinden dat de staatsschuld veel te groot wordt, zoals Lex Hoogduin. Daartegenover staat Coen Teulings, die zegt dat we de staatsschuld zo ongeveer eindeloos kunnen laten oplopen. Waar staat u in deze discussie?

“Ik zit er precies tussenin en baseer me op empirisch onderzoek. Hoogduin wil de staatsschuld op 60 procent houden. Dat vind ik te streng. Wat Coen Teulings voorstelt vind ik veel te risicovol. We weten helemaal niet of de rentes wel zo laag blijven en we moeten toch een keer terugbetalen. Lenen we te veel, dan gaat de aflossing te zwaar op de begroting drukken. Ik denk dat we tot zo’n 80 procent staatsschuld kunnen gaan.

“In het historisch-economische boek This Time is Different hebben twee Harvard-hoogleraren, Carmen Reinhart en Ken Rogoff, de boeken erop nageslagen. Ze laten zien dat crises de laatste honderd jaar ontstonden wanneer de staatsschuld boven de 90 procent steeg. Tot een schuldquote van ongeveer 80 of 85 procent zitten we dus veilig.”

Advertentie.

Bekijk meer recent nieuws

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Blijf op de hoogte. Meld je aan voor de nieuwsbrief van Univers.