Frank Bosman: “Ik ben onbedaarlijk jaloers op mensen die schitterend kunnen zingen”

Frank Bosman: “Ik ben onbedaarlijk jaloers op mensen die schitterend kunnen zingen”

Nachtmerries, dagdromen en onvervulde wensen: in de rubriek ’13 vragen aan’ laten wetenschappers zichzelf van een andere kant zien. Deze keer: Frank Bosman, cultuurtheoloog aan Tilburg School of Catholic Theology.

Frank Bosman. Foto: Maurice van den Bosch

1. Als u geen wetenschapper was, wat zou u dan doen?

Ik denk dat ik nergens anders geschikt voor ben. Maar als ik mijn leven nog eens over zou mogen doen, dan zou ik graag professioneel cabaretier/kleinkunstenaar worden. Het liefst in de traditie van Herman Finkers, Nederlands grootste theoloog. Of Herman van Veen, Nederlands laatste troubadour. Mensen betoveren, op commando laten lachen of laten huilen, diepzinnig en oppervlakkig tegelijk.

2. Wat is uw grootste bron van jaloezie?

Jaloezie wordt vaak verward met afgunst. Afgunst misgunt een ander iets, terwijl jaloezie opeist wat een ander al heeft. Afgunst pakt af. Jaloezie wil dupliceren. Enfin, ik ben onbedaarlijk jaloers op mensen die schitterend kunnen zingen. En dan niet leuk zingen als in The Voice of Holland, maar écht zingen. Zoals Henk Poort in The Phantom of the Opera of zoals Freddie Mercury van Queen, die smachtend zingt van een eeuwig leven dat hem hier op aarde in ieder geval niet was gegund.

3. Waar ligt u wakker van?

Nergens van. Ik ben een notoir goede slaper. Behalve voor de mensen met wie ik het bed deel. Volgens ingewijden zou ik namelijk wel eens snurken. 

4. Welk boek zou u iedereen aanraden?

‘De kellner en de levenden’ van Simon Vestdijk, geschreven in 1949. Het is een boek over het menselijk leven en over de keuze waarvoor we uiteindelijk allemaal een keer komen te staan: kies je voor het goede of kies je voor het kwade? En als het goede aan de winnende hand is, is daarvoor kiezen niet echt een morele prestatie. Nee, het wordt pas interessant als je voor het goede kiest, terwijl het kwade 100 punten voorstaat.

5. Van welke muziek kunt u geen genoeg krijgen?

Van renaissance muziek. Met name meerstemmige Gregoriaanse muziek, genoemd naar paus Gregorius de Grote. Dit kan worden getypeerd als de stereotypische rij monniken in pijen die als één man en met één stem simpele recitatieven afgaan, vaak de Psalmen. Deze meerstemmige Latijnse liederen boren diep in ons collectief geheugen en herinneren ons aan een tijd die wij niet hebben meegemaakt, maar waar wij nochtans heftig naar verlangen.

6. Uw persoonlijke eureka-moment?

Toen ik voor het eerst een theologische verwijzing in een game voorbij zag komen. Vanaf dat moment zag ik overal in games referenties naar historische en theologische thema’s. Ik ben ermee bezig gebleven en nu ben ik – en dat zeg ik met enige trots – een theoloog gespecialiseerd in religie in games.

7. Beste kritiek die u ooit heeft gehad?

Kritiek? Wat is dat? Ken je dat liedje ”t Is moeilijk bescheiden te blijven’…?

8. Wie is uw grote voorbeeld en waarom?

Mijn oud-collega, oud co-promotor en vriend Theo Salemink. Het geduld waarmee hij mij en andere studenten en promovendi begeleidde, gecombineerd met een liefde en een passie voor alles wat net even buiten het ‘gewone’ ligt. Zo wil ik ook zijn voor hen die door de Academie aan mij zijn toevertrouwd. De belangrijkste les die hij mij leerde, en die ik dus nu aan mijn studenten leer, luidt: de koeien moeten wel gemolken worden. Dit betekent dat als je een taak te volbrengen hebt, je deze gewoon uitvoert – ongeacht de omstandigheden.

9. Waar krijgt u een kort lontje van?

Van die uitgezakte boekhouders en verzekeringsagenten die op feestjes, waar je toch al nooit wilde zijn, tegen je aan gaan staan gapen en je dan vragen wat jij nu eigenlijk doet. Op het antwoord ’theoloog aan de academie’ volgt dan steevast de half verontwaardigde vraag: ‘Ja, maar, wat heb je daar nu aan?’. Achter die vraag schuilt vaak een lui pessimisme gecombineerd met een doorgeschoten nuttigheidsdenken. En ja, als je dat dan voor de 1001e maal moet uitleggen, is die uitleg soms wat korter dan idealiter passend zou zijn.

10. Wat is uw favoriete vakantieland?

Ierland en Schotland, het liefst genoten op de motor met mijn geliefde achterop. Langs wuivende heuvels en onbarmhartige bergen, langs het zoute water van de oneindige zee en de zoet naar beneden stortende watervallen, langs ingestorte ruïnes en levende kerken, langs eenhoorns en kabouters, langs verhalen en sages. Je voelt je op de rand van Europa en de oude wereld. De tijd van vroeger lijkt hier even iets dichterbij te zijn.

11. Religie of wetenschap?

Wat een flauwe en saaie tegenstelling, voor een theoloog zeker. Wetenschap geeft antwoord op ‘hoe’-vragen: hoe ontstaan planeten, hoe verdampt water bij verhitting, hoe ontploft een atoombom? Religie geeft antwoord op de ‘waarom’-vraag: waarom bestaat de mens, waarom besta ik, wat heb ik in dit leven te zoeken? Wie die twee omdraait, komt in de problemen. Wie aan wetenschap waarom-vragen gaat stellen, eindigt bij cynisch darwinisme waarin zinloosheid en toeval de twee goden zijn. Wie aan religie hoe-vragen gaat stellen, eindigt bij een simplistisch fideïsme waarin onverdraagzaamheid en oogkleppenpolitiek bedreven wordt.

12. Lord of the Rings of Harry Potter?

Moeilijk, maar dan toch liever Lord of the Rings.

13. Online of offline colleges?

Offline natuurlijk. Ik hoop dat niemand dit een serieus dilemma vindt.

Advertentie.

Bekijk meer recent nieuws

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Blijf op de hoogte. Meld je aan voor de nieuwsbrief van Univers.