Natasja wil een kledingbank opzetten: ‘Ik heb een slaapkamer vol met dozen, maar het lukt niet’
Natasja Verhoeven-van Rooij heeft een man, twee zoontjes van tien en drie en een enorme schuld. Een bewindvoerder doet de financiën. Ze blijft echter niet bij de pakken neerzitten. De afgelopen jaren heeft ze met man en macht geprobeerd om een kledingbank op te zetten voor anderen die het ook moeilijk hebben. Het lijkt een onmogelijke opdracht.
“Wij zitten in de bewindvoering en de bijstand. Ik weet als geen ander hoe het is om in armoede te leven en mijn kinderen ook. Daarom wil ik een kledingbank opzetten en er andere gezinnen mee helpen. Ik ben daar al drie jaar mee bezig, maar ik heb besloten dat ik ermee moet stoppen. Ik wil dit zo graag voor de mensen, vooral voor de kinderen. Maar ik kan het niet alleen. Ik loop steeds tegen een muur op. Dag in, dag uit was ik alleen nog bezig met de kledingbank. Hoe lang nog, vroeg mijn man.
“De schulden zijn van mij, die had ik al toen ik Maurice ontmoette. Die zijn ontstaan door de emotionele rollercoaster toen ik een alleenstaande moeder werd. Mijn ex had me bedonderd en daarna zette hij me met mijn kind op straat. Ik ben toen emotioneel gaan eten en kopen. Ik bestelde steeds weer nieuwe dingen. Dat ging heel gemakkelijk. Als ik de telefoonrekening niet kon betalen, sloot ik een nieuw abonnement af, de rekeningen liet ik liggen. Zo heb ik drie abonnementen gehad.”
Een hele grote schuld
“Ik heb al eerder in de schuldhulpverlening gezeten, maar ik had toen een bewindvoerder die niet zo eerlijk was. Daarna kreeg ik een budgetcoach, ook dat ging niet goed. Mensen gingen zich ook bemoeien met mijn leven. Ik had Maurice leren kennen, hij werkte nog als dakdekker, en ze deden aangifte dat hij vaak bij mij zat. Daardoor ben ik mijn uitkering kwijtgeraakt. Toen zijn we gaan samenwonen.
“In 2017 zijn we getrouwd. We konden een huis hier in Goirle krijgen, dus zijn we naar Brabant teruggekomen. Dat was ook fijn omdat mijn vader heel ziek was. Hij is daarna overleden. In korte tijd is er heel veel gebeurd. Maurice raakte overspannen, werken lukte niet meer. We hebben toen besloten vrijwillig weer de bewindvoering in te gaan.
Armoede in Nederland
Hoe is het om in armoede te leven? Hoe ziet armoede er tegenwoordig uit en wat kun je ertegen doen? Deze kerstperiode besteedt Univers speciale aandacht aan armoede in Nederland. Mensen in geldnood komen aan het woord, maar ook wetenschappers. Samen schetsen zij een beeld van een probleem dat helaas nog lang niet de wereld uit is.
Deze serie kwam mede tot stand met hulp van Quiet 500, een organisatie die zich inzet voor mensen in armoedesituaties in Nederland. Helpen? Bezoek dan eens de website en kijk wat jij kunt doen.
“Ik had een hele grote schuld. Ik dacht dat het 35 duizend euro was, maar door incassokosten bovenop incassokosten bleek het te zijn opgelopen tot 65 duizend. Achteraf vraag je je af, hoe kon dat zo gebeuren? Ik moet nu 76 euro per maand afbetalen en omdat die schulden vooral van incassobureaus komen heeft de bewindvoerder kunnen regelen dat er na vier jaar schuldhulpverlening 60 duizend kwijtgescholden wordt.”
Waar is het goedkoop?
“Dat is nu al drie jaar zo, het is aanpoten. We proberen alles zo normaal mogelijk te laten zijn, ook voor de kinderen. We krijgen elke maandag leefgeld, 100 euro voor een week, en elke vrijdag kunnen we naar de voedselbank. Soms redden we het, soms is het kiele kiele. Boodschappen doen we bij de Nettorama, Albert Heijn en Jumbo, we letten steeds op de aanbiedingen, waar is het goedkoop?
“Mijn moeder woont hier in de buurt en zij helpt ons soms, en ook andere mensen in de buurt doen dat. Ik wilde zelf ook wat voor andere mensen gaan doen, daarom wil ik die kledingbank. Ik hoef maar een oproepje te doen en er wordt heel veel gedoneerd. Ik heb een slaapkamer vol met dozen, allemaal met kleding. Maar ik heb twee kinderen, ik kan het niet helemaal alleen opzetten.
“Ik ben opgegroeid met het eigen bedrijf van mijn ouders. We stonden op de kermis, eerst met botsautootjes, later met onze eigen kindervliegtuigjes. Elke keer opbouwen en afbreken. Er waren mooie momenten en soms ook mindere, maar het was een hele leuke tijd. Daardoor ben ik zelf ook zakelijk ingesteld, daarom doe ik dingen als de kledingbank.”
Een pop-up kledingbank
“Ik ben met mijn idee terechtgekomen bij stichting De Nieuwe Stede, dat is een buurtcentrum, ze vinden het een heel goed doel en willen daarmee helpen. Uiteindelijk kwamen ze met het aanbod om een pop-up kledingbank in te richten. Ze hebben een ruimte beschikbaar waar ik mijn spullen op kan zetten, maar dan moet ik het ‘s avonds weer afbreken. Omdat die ruimte ook voor andere zaken gebruikt wordt.
“Steeds opnieuw opbouwen en afbreken is te lastig voor mij. Ik heb een vaste ruimte nodig waar ik het allemaal kan opstellen. En een opslag. Bovendien wil ik ook op zaterdag open kunnen, want sommige mensen werken en kunnen doordeweeks niet. Een ander probleem is dat de kledingbank een stichting zou moeten worden. Maar ik mag geen stichting oprichten, want ik heb een uitkering. Ik heb niemand die me daarmee kan helpen.
“Ik ben gestopt met de kledingbank, wat niet wil zeggen dat ik er niet meer mee bezig ben. Het plan van aanpak heb ik in de kast gelegd, ik gooi het niet weg. Ik hoop eigenlijk dat er iemand opstaat die het overneemt. Als er toch nog iemand is die me hiermee wil helpen, of het wil overnemen, zou ik zo blij zijn. Ik vind het zo belangrijk. Als iemand anders die stichting opricht, mag ik er wel als vrijwilliger werken. Het is lastig, ik help mensen graag, ik doe graag dingen, maar het lukt niet.”
Ik weet wat ik kan
“Als alles voorbij is wil ik in het nieuwe jaar een nieuw project gaan doen. Ik doe graag dingen met mijn handen, ik kan niet stilzitten. Ik weet wat ik wil en ik weet wat ik kan. Leren lag me nooit zo, daar had ik moeite mee. Ik ben een doener. Ik heb de afgelopen jaren ook vrijwilligerswerk gedaan, ook bij Quiet.
“Ik probeer mijn leven weer op te bouwen, maar het is moeilijk. Ik ben gestart met therapie, dat geeft me een goed gevoel. Als ik eerlijk ben, hoop ik toch dat er een pand komt voor de kledingbank. Dat er een stichting wordt opgericht die mij onder de hoede neemt, maar dat ik het project mag begeleiden.”