Lars van der Heijden: ‘Op de wielrenfiets maak ik mijn hoofd leeg, even aan niets denken is gewoon fijn’

Nachtmerries, dagdromen en onvervulde wensen: in de rubriek ’13 vragen aan’ laten studenten en wetenschappers zichzelf van een andere kant zien. Deze keer: Lars van der Heijden, coördinator van de Juridische Bedrijvendagen die vorige maand gehouden werden.

1. Als je geen rechtenstudent was, wat zou je dan doen?

“Vroeger leek hartchirurg worden me heel leuk, maar dat vindt natuurlijk iedereen. Nu zou ik misschien toch iets meer in de richting van de economie gaan, of het verkopen van producten. Daar zou ik misschien wel heel goed in kunnen zijn.”

2. Waar dagdroom je over?

“Het hebben van een eigen kantoor. Advocatenkantoor Van der Heijden. Partner worden bij een kantoor lijkt me heel gaaf, maar een eigen kantoor hebben, lijkt me toch mooier. Voor mij moet dat dan ook echt in Brabant zijn, heb ik ontdekt. Werken in Amsterdam is niet echt iets voor mij.”

3. Waar lig je wakker van?

“Ik wil altijd dat alles goed geregeld is. De avond voor de Juridische Bedrijvendagen begonnen, heb ik uren wakker gelegen en ben ik in mijn hoofd het draaiboek nagegaan. Dan denk je aan allerlei bizarre scenario’s van dingen die fout zouden kunnen gaan. Wat er zou gebeuren als bijvoorbeeld de stroom uitvalt.”

4. Welk boek zou je iedereen aanraden?

“Moordenaars en hun motieven van Jeff Vermassen. Dat gaat erover dat er bij gruwelijke misdaden wel eens gezegd wordt dat mensen op beestachtige wijze zijn vermoord. Maar mensen zijn juist de enige beesten die moorden.”

5. Stel, je hebt een tijdmachine. Naar welk tijdvak reis je terug en met wie drink je koffie?

“Ik zou mezelf wel willen zien over dertig jaar. Hoe zal ik dan zijn, en hoe is het met al mijn vrienden? Dat lijkt me het leukste, kijken hoe een selecte groep mensen geworden is.”

6. Welke serie kijk je om te ontspannen?

“Ik ben niet zo van Netflix. Ik kijk wel eens naar YouTube. Fietsen zie ik veel meer als ontspanning. Twee jaar geleden ben ik daarmee begonnen, met de wielrenfiets op pad. Als ik op de fiets zit, kijk ik veel om me heen, naar wat er om me heen gebeurt. Je maakt gewoon je hoofd leeg. Even aan niets denken is eigenlijk ook gewoon fijn. Ik kijk ook graag naar wielrennen op tv. Klassiekers als Luik-Bastenaken-Luik bijvoorbeeld, met de hele dag beklimmingen. Ik heb daar zelf ook gereden, maar wel een stuk langzamer. Het is wel heel confronterend om te zien hoe snel die gasten zo’n heuvel opgaan.”

7. Waar krijg je een kort lontje van?

“Als mensen te laat komen. Al is het maar vijf minuten. Als je zegt dat je ergens om twaalf uur bent, vind ik dat je er dan ook echt moet zijn. Als je er pas bent om vijf over twaalf, ben ik boos. Zelf heb ik ook een hekel aan te laat komen. Ik pak liever een trein eerder en ben twintig minuten te vroeg dan dat ik vier minuten te laat zou komen.”

8. Wat moet er echt anders aan de universiteit?

“De koffie uit de automaten op de universiteit is toch een beetje water met wat koffiespul erdoorheen. Ook de prijzen in de mensa zou ik wel wat lager willen hebben. Dat je 4.50 euro betaalt voor een broodje is te belachelijk voor woorden.”

‘Offline is voor iedereen beter, ik denk dat veel mensen door online onderwijs luier zijn geworden’

9. Wat zou je eigenlijk (meer) moeten doen?

“Wielrennen. Ik ben ermee begonnen toen corona begon. Omdat ik geen reistijd meer had, had ik daar toen veel tijd voor. Maar met de organisatie van de bedrijvendagen heb ik daar de afgelopen maanden te weinig tijd voor gehad.”

10. Wat is je favoriete plek op de campus?

“Het Esplanadegebouw, daar zitten alle besturen en dat is altijd heel gezellig. Door de corona-uitbraak ben ik actief geworden. Een half jaar zat ik alleen maar thuis. Een vriend van mij zat bij de activiteitencommissie van Magister, dat ben ik ook gaan doen. Daarna wilde ik iets serieuzers gaan doen, ook voor mijn cv, zo ben ik coördinator van de Juridische Bedrijvendagen geworden.”

11. Wat zijn je plannen voor na je studie?

“Gaan werken in het insolventierecht. Het zal voor anderen best leuk zijn om eerst te reizen, maar ik heb geen zin om een half jaar in Azië rond te lopen. Dan ga ik liever werken en ervaring opdoen, om ooit mijn eigen kantoor te openen.”

12. Online of offline college?

“Offline. Van online colleges krijg ik weinig motivatie. In het begin ging het nog wel goed, maar in het tweede jaar zakte mijn motivatie weg. Ik denk dat ik veel verder geweest zou zijn zonder de lockdown. Als je naar de campus komt leer je veel meer. Je bent beter voorbereid. Offline is voor iedereen beter, ik denk dat veel mensen door online onderwijs luier zijn geworden. In de bibliotheek studeer ik ook veel beter. Als je thuiszit ben je toch eerder afgeleid. Voor mijn scriptie zit ik nu weer veel in de bieb en ik merk dat mijn productie veel hoger is.”

13. Nooit meer sport of nooit meer drinken?

“Ondertussen is dat nooit meer drinken geworden. Een paar jaar geleden zou dat nog compleet anders zijn, maar door corona heb ik minder gelegenheid gehad om te drinken meer tijd gehad om te sporten. Ik hou nog steeds wel van een biertje, ik ga nog regelmatig in Tilburg op stap. Maar als ik die keuze moet maken, dan kies ik voor sport.”

_Advertentie.