Ireen Wüst: ‘Je bent niet wat je presteert’

Ireen Wüst, de succesvolste Nederlandse Olympiër ooit, nam tijdens Night University de hoogte-, maar ook dieptepunten van haar schaatscarrière door. Univers was erbij en sprak Wüst na haar gastcollege over prestatiedruk en motivatie. ‘Je moet jezelf blijven afvragen voor wie je het eigenlijk doet.’

Ireen Wüst tijdens Night University. Beeld: Jack Tummers

Met een opzwepend filmpje waarin haar succesvolle loopbaan is samengevat, begint Ireen Wüst (1986) haar gastcollege in de grote zaal van Cube. Haar carrière speelde zich achttien jaar lang op het allerhoogste niveau af. En dat brengt de nodige prestatiedruk met zich mee, vertelt Wüst tegen een aandachtig luisterend publiek.

‘Ik streefde altijd naar perfectie, en ik kan slecht tegen mijn verlies’, vult ze aan. Als ze voor een wedstrijd zelfvertrouwen wilde tanken, hanteerde ze de ‘methode Wüst’. ‘Dan lette ik vooraf heel bewust op alles dat goed ging. Als ik voor een wedstrijd inreed, dacht ik bij elke goede start: weer een paar procent zelfvertrouwen erbij, bij elke goede slag: weer zelfvertrouwen erbij. Tot ik uiteindelijk aan de start stond en honderd procent vertrouwen had.’

Het wordt muisstil in de zaal als Wüst over het overlijden van haar beste vriendin en buurvrouw Paulien van Deutekom vertelt. De schaatster overleed in 2019 op 37-jarige leeftijd aan longkanker. ‘Dit is het moeilijkste dat ik in mijn leven heb meegemaakt’, zegt Wüst met een strak gezicht. ‘Pauliens overlijden deed zoveel pijn. Ik ging kapot van verdriet.’ Een maand later werd Wüst wereldkampioen op de 1500 meter in Inzell. ‘Ik wilde winnen voor Paulien.’ Haar medaille gaf ze aan Van Deutekoms dochter. ‘Zodat zij daar straks op terug kan kijken.’

Na afloop van haar gastcollege neemt Wüst plaats in een lege collegezaal van Cube, om een aantal vragen te beantwoorden.

Ireen Wüst tijdens Night University. Beeld: Jack Tummers

Er is momenteel veel aandacht voor de prestatiedruk die sommige studenten voelen. Jij weet als geen ander hoe het is om langdurig onder druk te presteren. Hoe ging je daarmee om?

‘Door mezelf telkens af te vragen voor wie ik het eigenlijk deed. De grootste druk kwam altijd van mezelf, de buitenwereld deed er voor mij niet toe. Als ik die last ook nog had moeten dragen, dan was ik geen meter meer verder gekomen.

‘Die druk van buitenaf, daar valt niet mee te leven: als zeventien miljoen Nederlanders vinden dat jij moet winnen, en ik had dat in mijn hoofd toegelaten, dan was ik daaronder gebukt gegaan. Ik deed mijn uiterste best, en als het dan toch niet lukte had ik voor mijn gevoel niet gefaald, maar misschien wel superveel geleerd. Ik bleef het dus klein houden, en vooral heel dicht bij mezelf.’

Er is steeds meer openheid over mentale problemen bij jongeren. Die ontwikkeling is in de topsportwereld ook gaande.

‘Gelukkig wel, want het was echt een taboe. In 2008 raakte ik overtraind. Dat is een fysiek probleem, maar ook een mentale kwestie. Daarom besloot ik naar een psycholoog te gaan. Maar wel via de achterdeur, als die praktijk al gesloten was en de schoonmakers bezig waren. Ik was veel te bang dat iemand mij in de wachtkamer zou herkennen, en dat de dag daarna in de krant zou staan dat Wüst ziek is en bij de psycholoog zit.

‘Zo’n taboe zat er dus op. Een paar jaar later, toen ik sterker was en van mijn overtraindheid af was, heb ik dit in een interview verteld. Daarna kwamen steeds meer sporters voor hun mentale problemen uit. We zijn helaas nog niet zover dat mensen zeggen: ik ga naar de fysiotherapeut en ik ga tegelijkertijd ook iets aan het mentale aspect doen.

‘Kijk, op de Olympische Spelen is iedereen fysiek goed getraind. Maar mijn overtuiging is dat degene die het in zijn bovenkamer het beste op een rijtje heeft, degene is die gaat winnen. Ik vind het mentale aspect in de topsport daarom enorm belangrijk. De psycholoog leerde mij dat je niet bent wat je presteert. Je bent veel meer dan dat. Los van het presteren, is het natuurlijk ook belangrijk dat je goed in je vel blijft zitten.’

Als je zo lang op zo’n hoog niveau presteert, zitten er ongetwijfeld dagen bij dat het met de motivatie en discipline iets minder is. Hoe zorgde jij ervoor dat je de focus weer terugkreeg?

‘Je boog kan niet altijd gespannen staan, er moet een goede balans zijn. Als schaatser wist ik dat ik in de winter moest presteren, dus in de zomer kon ik wel eens naar een feestje. Dat werden onvergetelijke avonden met mijn hele vriendengroep. Dan liet ik alles los, at ik waar ik zin in had, en dan werd ik ook echt dronken. Op die momenten kón het ook even. Door ervoor te zorgen dat ik die ontspanning en ontlading had, kon ik daarna weer gefocust zijn.’

En de motivatie?

‘Eerlijk gezegd zijn er niet veel dagen geweest dat ik niet gemotiveerd was. Ik deed wat ik het allerliefste doe: schaatsen en mezelf verbeteren. Natuurlijk had ik er een hekel aan als het tijdens een training regende en ik drie uur lang in de regen moest fietsen. Dat kon me echt gestolen worden. Toch moest dat ook gebeuren.

‘Topsport betekent dat je een commitment aangaat. Het is keihard werken en niet alleen maar leuk. Maar als je teruggaat naar de kern en jezelf afvraagt of je er nog gelukkig van wordt, en het antwoord daarop is ‘ja’, dan is het makkelijk om opofferingen te doen. Hoewel ik het eigenlijk nooit ervaren heb als opofferingen.’

Nadat jij je vwo-diploma haalde ging je niet studeren, maar naar de Olympische Spelen in Turijn. Heb je je wel eens afgevraagd hoe het was geweest om te studeren?

‘Nee, want tijdens het vwo moet je op bepaalde momenten al loopbaankeuzes maken. Ik heb toen met mijn ouders afgesproken dat ik na het vwo eerst drie jaar vol voor het schaatsen zou gaan, om te kijken of dat wat zou worden. Ik reed toen namelijk al als junior in het internationale circuit en ik had bijna elk weekend een wedstrijd. Om die reden heb ik gespreid examen gedaan, in twee jaar. Als het niet zou lukken met schaatsen, had ik alsnog een studie opgepakt.’

Welke studie had je willen doen?

‘Waarschijnlijk psychomotorische therapie of bewegingstherapie. Een meer praktische studie dus, geen universitaire.’

Bekijk meer recent nieuws

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Blijf op de hoogte. Meld je aan voor de nieuwsbrief van Univers.