Zoveel mensen hebben niet door dat ze tegen hun eigen belangen in stemmen
Mensen stemmen soms tegen hun eigen belangen in. Maar de oplossing is niet om ze tegen zichzelf in bescherming te nemen, schrijft columnist Thomas Kaufmann. ‘Daarmee bevestig je alleen dat er een culturele elite is die het allemaal beter denkt te weten.’
Afgelopen week zat ik me met twee hoogopgeleide yuppen aan een hoge tafel even lekker te ergeren aan de wereld. Dat doen we regelmatig. Gesprekken vloeien (zeker in verkiezingstijd) toch vaak richting politiek en de huidige peilingen stemmen binnen onze ideologische bubbel nou eenmaal niet tot tevredenheid.
‘Het frustrerende is gewoon dat zoveel mensen niet doorhebben dat ze tegen hun eigen belangen in stemmen. Eigenlijk zouden we het politieke begrip van mensen moeten toetsen, voordat we hen een stemhokje in laten gaan.’
Een klassieker. De intellectuelen voelen zich andermaal verraden door het onwetende volk. Natuurlijk snappen mijn vrienden ook wel dat het praktisch onhaalbaar is om een dergelijke maatregel daadwerkelijk in te voeren, maar hopelijk beseffen ze ook hoe absurd en dedain het is om voorwaarden te stellen aan iemands recht om te participeren aan de democratie.
‘Links’ krijgt in Nederland vaak het verwijt identiteitspolitiek te bedrijven. Misschien klopt dat, maar de partijen die zich daar vervolgens tegen afzetten doen in feite hetzelfde door zich aan de andere kant van een bepaald spectrum te positioneren. Dat gaat verder dan de klassieke sociaaleconomische verdeling tussen links en rechts. Het is een cultuurstrijd.
Populistisch rechts (nu doe ik het zelf ook) speelt hier handig op in door de andere zijde weg te zetten als een bedreiging van (klaarblijkelijk oer-Hollandse) waarden als vleeseten, hard rijden, vuurwerk afsteken en heteroseksualiteit. Dan is het makkelijk wijzen naar een linkse elite. Die aan de ene kant de behoefte heeft om alles en iedereen maar te wegen aan een morele norm, en vervolgens ook nog de behoefte heeft om die eigen deugdelijkheid te cultiveren met Instagrampagina’s als havermelkelite (of columns op dit soort platforms).
Het is opportuun, maar niet onlogisch dat populistisch rechts hier vervolgens tegen ageert. En dit frame gebruikt om afstand te scheppen tussen een linkse, woke en LHBTQIA+elite aan de ene kant en ‘de gewone Nederlander’ aan de andere kant.
Uiteraard moet een progressieve partij zich uitspreken vóór bepaalde waarden als belangrijke verworvenheden worden aangevallen, maar een logisch gevolg is dan dat kiezers hun stem gaan bepalen op basis van dat soort verschillen tussen partijen. Verschillen die in ieder geval makkelijk te begrijpen zijn.
Klassiek links gaat nog altijd uit van een diepgewortelde sociaaleconomische strijd tegen het kapitaal, en lijkt maar niet te begrijpen dat een deel van de kiezers herhaaldelijk tegen de eigen economische belangen in stemt. Terwijl juist die economische strijd in de debatten weinig benadrukt wordt en verstopt wordt achter vage, ingewikkelde termen en een onbegrijpelijk belastingstelsel.
Dan kunnen een paar semi-intellectuele yuppen met espresso martini’s wel concluderen dat een bepaalde klasse in Nederland tegen het eigen stemgedrag beschermd moet worden, maar daarmee bevestigen ze mensen alleen in het idee dat er een culturele elite is die het allemaal beter denkt te weten. Ze creëren enkel extra afstand tussen zichzelf en de groep voor wie ze beweren op te komen. En ze toornen onderweg ook nog even aan belangrijke fundamenten van de democratie.
Maar hé. Ze kunnen wel op z’n Schimmelpenninks heel X (voormalig Twitter) uitmaken voor ‘domrechts tuig’.
En dat is ook wel lekker.
Thomas Kaufmann is alumnus van Tilburg University.