Tekort aan stageplaatsen psychologie: ‘De onzekerheid is heel stressvol’

Tekort aan stageplaatsen psychologie: ‘De onzekerheid is heel stressvol’

Een jaar vertraging is voor veel studenten van de master Psychologie en Geestelijke Gezondheid geen uitzondering. Er zijn te weinig stageplaatsen in de klinische geestelijke gezondheidszorg en dus wringen studenten zich soms in vreemde bochten om toch maar te kunnen afstuderen.

Beeld: Reshetnikov_art / Shutterstock

Fleur van Bokhoven, studente forensische psychologie, is sinds februari 2022 aan het solliciteren voor een stageplek. ‘Het is officieel een éénjarige master, maar door dit probleem hebben veel studenten hem niet af in een jaar.’

‘Dit kost me een dik jaar vertraging,’ verzucht ook Fenne Linskens, studente neuropsychologie. ‘Ik hoor van veel mensen om mij heen dat ze meer dan een jaar of langer bezig zijn geweest met zoeken.’

Geen tijd voor begeleiding

De vraag overtreft het aanbod: ‘Er zijn momenteel niet zo heel veel psychologen die de tijd en het budget krijgen om iemand op te leiden,’ denkt Fleur. ‘Heel logisch dat als je een superhoge werkdruk hebt, je er niet ook nog eens een student bij kan hebben.’

‘Zo worden er geen nieuwe psychologen opgeleid,’ zegt Fenne, ‘waardoor er straks ook geen tijd is om iemand te begeleiden. Het is een hele lastige cirkel waarin je terecht bent gekomen.’

Stuwmeer aan studenten

Mercedes Almela, een van de academic directors van de master Psychologie en Geestelijke Gezondheid, kan het beeld dat de studenten schetsen bevestigen: ‘De werkdruk in de geestelijke gezondheidszorg in Nederland is hoog, dus natuurlijk ligt de prioriteit bij patiënten en komt het aanleren van vaardigheden op een tweede of derde plaats.’

Oefenen met echte patiënten

Bij een klinische beroepsopleiding worden studenten naast wetenschapper ook opgeleid als beroepsbeoefenaar, ofwel scientist-practitioner. En daarvoor moet je in de stage kunnen ‘oefenen’ met echte patiënten. Om zich basispsycholoog te mogen noemen is het verplicht om zowel ervaring op te doen met de diagnose als met de behandeling van echte patiënten. Daarvoor wordt bij goed gevolg een zogenaamde vLOGO-verklaring afgegeven.

De studierichtingen van de master Psychologie en Geestelijke Gezondheid waarvoor dit geldt zijn Klinische Psychologie, Klinische Forensische Psychologie, Klinische Kinder- en Jeugdpsychologie en Clinical Neuropsychology (Engels).

‘Het is een landelijk probleem dat is veroorzaakt door de coronacrisis, waardoor veel stageorganisaties zijn gestopt met het aannemen van stagiaires en studenten hun stages later moesten inhalen. Daardoor ontstond er een ‘stuwmeer’ aan studenten. En het wegwerken van die achterstand kost tijd.’

Flessenhals

‘Het is belangrijk om te vermelden dat het beroepsperspectief goed is,’ wil Almela benadrukken: ‘Sommigen studenten hebben al twee of drie aanbiedingen op zak om uit te kiezen, en met hun master zijn ze vaak binnen een maand of twee aan het werk. Maar de stage is een flessenhals geworden.’

Wat het voor studenten lastiger maakt is dat stageorganisaties de lat hoger kunnen leggen door het grote aanbod; studenten die al ervaring hebben met het werkveld hebben een streepje voor. ‘Het is heel belangrijk om je te onderscheiden van andere studenten,’ benadrukt Almela. Ook als dat is met ervaring buiten de klinische psychologie: het gaat erom dat studenten leren te zorgen voor, en communiceren met, mensen. En dat ze dat kunnen aantonen.

Fleur van Bokhoven. Beeld Ton Toemen

Dat geven de studenten ook aan. Om stage te kunnen lopen moeten ze al ervaring laten zien op hun cv, liefst in een gerelateerde werkomgeving. Fleur: ‘Ik ben gaan werken in de tbs-kliniek in Amersfoort, nog niet als psycholoog maar wel als sociotherapeut/woonbegeleider. Dat mocht ik wel.’ Eigenlijk is dat raar, vindt ze: ‘Ze durven het wel aan om een onervaren iemand alleen met tbs’ers op een afdeling te laten, maar niet om iemand mee te nemen in behandeling en diagnostiek.’

‘Ik brak echt’

Fleur is al sinds februari 2022 aan het solliciteren. Sinds afgelopen juli heeft ze eindelijk een stageplek, maar daarin komt alleen diagnostiek aan de orde. Nu moet ze nog een stageplek voor de behandeling vinden. ‘Ik dacht dat het wel meeviel met stress, maar tegen één ding zat ik heel erg aan te hikken en dat was dat ik voor het derde jaar op rij moest gaan solliciteren.

‘Ik kreeg mezelf er zó níet toe gezet. Toen ik dat moest uitleggen tijdens een intervisiegroepje over stage brak ik echt helemaal. En dat alleen maar omdat er een tekort is aan stageplekken en dat je op je eenentwintigste nog geen ervaring hebt in het forensische veld. Wat kan ik daar nou aan doen?’

Maar er is hoop: ‘Twee weken geleden heb ik een gesprek gehad bij een andere tbs-kliniek,’ bekent Fleur. ‘Daar mag ik in maart beginnen. Dat zou een maand overlappen met mijn huidige stage en mijn begeleider vindt dat oké. Alleen moet ik nog toestemming hebben van de opleiding. Ik hoop zo dat het mag.’

Oplossingen

Almela erkent het probleem van de dubbele stages: ‘In het verleden konden onze studenten helemaal geen stage lopen bij plaatsen met alleen diagnostiek of behandeling, maar met deze organisaties hebben we afspraken gemaakt en hebben we het aantal stageplaatsen vergroot.’

Om uit de impasse te komen is de opleiding bezig met nog een aantal verschillende tussenoplossingen. Almela: ‘We besteden veel aandacht aan hoe studenten zichzelf kunnen presenteren en waar ze kunnen zoeken naar een stageplek. We proberen de vaardigheden op dat gebied te vergroten en studenten kunnen afspraken maken met stagecoördinatoren en coaches van Career Services om hun sollicitatiedocumenten te controleren.’ Een echte oplossing is dat niet, erkent Almela, want studenten blijven met elkaar in competitie.

‘Daarom nemen we ook voortdurend contact op met stageorganisaties en vragen hen om meer studenten aan te nemen. We stellen voor om tenminste twee studenten aan te nemen, met enkele maanden overlap, zodat de meer ervaren student kan helpen de nieuwe student op te leiden in de meest elementaire taken.’

Interne stage

Een tussenoplossing bij de master Clinical Neuropsychology is een zogenaamde interne stage. Almela: ‘Hier kunnen studenten oefenen met klinische vaardigheden binnen Tilburg University, zoals het voeren van intakegesprekken met acteurs en digitale interventies op patiënten, of een training in het uitvoeren van EEG-metingen. En vanaf het nieuwe academische jaar krijgen drie opleidingen extra cursussen, waarin we dezelfde leerdoelen aanleren en studenten kunnen afstuderen zonder stage te lopen.’

Deze cursussen zijn vooral bedoeld voor studenten die niet per se in de GGZ willen werken, aldus Almela. ‘We hebben meer dan zevenhonderd studenten met zeer uiteenlopende interesses. In het lopende collegejaar besloot veertig procent van de nieuwe studenten in de master Klinische Neuropsychologie zich in te schrijven voor de interne stage.’

Fenne Linskens. Beeld Ton Toemen

’Maar dan doe je dus geen ervaring op met echte patiënten, merkt Fenne op. Wie alsnog de praktijk in wil, heeft de felbegeerde vLOGO-verklaring echt nodig. ‘Je kunt die verklaring ook na je studie behalen,’ merkt Almela op, ‘maar de beste en goedkoopste optie is natuurlijk is om het certificaat tijdens een stage te behalen.’

Voorlichting

Almela erkent de moeilijkheden waar studenten tegenaan kunnen lopen, maar geeft aan dat de opleiding er alles aan doet om studenten te helpen. Daarbij denkt ze dat het verhaal van Fleur en Fenne niet opgaat voor de meerderheid: ‘Meer dan de helft van de studenten beëindigt hun stage in een jaar of vindt een stageplaats in een jaar.’

Sinds vorig jaar wordt er ook extra voorlichting gegeven tijdens open dagen voor aankomende studenten. ‘We willen dat alle nieuwe studenten zich bewust zijn van deze situatie voordat ze besluiten zich in te schrijven voor een master met een klinische stage,’ vult Almela aan. ‘Met alle beschikbare informatie kunnen ze dan zelf een afgewogen keuze maken.’

Of dat aspirant-studenten zal weerhouden van hun studie psychologie en van een afname van de druk op stageplaatsen is maar de vraag: ‘Toen ik aan mijn bachelor begon, wist ik nog niet van het tekort aan stageplaatsen, maar ik denk niet dat het me ervan weerhouden had om psychologie te gaan studeren,’ geeft Fenne toe.

Numerus fixus

En een numerus fixus is op dit moment niet aan de orde. Andere universiteiten besloten wel om een beperkt aantal nieuwe studenten toe te laten. Maar die ingreep heeft ook nadelen, want hoe ga je nieuwe studenten selecteren, alleen op basis van hun cijfers bijvoorbeeld?

‘Wij zien dat niet altijd de studenten met de beste cijfers ook degene zijn die het beste tot hun recht komen in de klinische praktijk,’ zegt Almela. ‘Daar heb je ook andere vaardigheden voor nodig. En hoe meet je die? We willen de keuze aan de studenten zelf laten.’

Omgaan met onzekerheid

Intussen moeten studenten om leren gaan met teleurstellingen en frustraties. Fenne viel eind vorig jaar net buiten de boot in een sollicitatieronde, maar kreeg wel de toezegging dat ze september 2024 eindelijk kan beginnen. Het maakt een einde aan een onzekere periode die ze als heel stressvol heeft ervaren.

Fleur hoort na dit interview dat ook de opleiding toestemming geeft om in maart te beginnen bij haar ‘behandelstage’ in Zeeland, het dorp bij Uden. Het wordt druk met twee verschillende stages. En het kost haar net als vorig jaar opnieuw haar zomervakantie, als ze in september klaar wil zijn. Maar de opluchting is enorm; eindelijk mag ze zich straks basispsycholoog noemen.

Advertentie.

Bekijk meer recent nieuws

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Blijf op de hoogte. Meld je aan voor de nieuwsbrief van Univers.