TUC-voorzitter Eva Vael: ‘Stilzitten? Ik vind het juist lekker om van hot naar her te gaan’
Biertje drinken, liedje zingen, bij de Tilburg University Cantus kun je lekker stoom afblazen. Maar dan moet je wel eerst iets voor Tilburg doen. Bijvoorbeeld bij de TUC voor Tilburg dag. Juist die maatschappelijke betrokkenheid vindt TUC-voorzitter Eva Vael mooi. ‘Muziek speelt bij mij geen grote rol.’
1. Wat wilde je als kind graag worden?
‘Kapster of modeontwerpster. Ik had als hobby zelf mode ontwerpen met Topmodel. Dat zijn boeken waarin paspoppen staan die je gewoon kunt aankleden, je kunt er ook zelf kleding voor ontwerpen. Tot ik op de middelbare school kwam en bleek dat ik niet goed kan tekenen. Toen heb ik dat maar uit mijn hoofd gezet.
‘Onderwijs is ook wel iets. Mijn hele familie zit daarin, het heeft dus altijd een rol gespeeld in mijn leven. Dat prikkelt wel, misschien ga ik dat later alsnog doen.’
2. Waar dagdroom je over?
‘Over later. Ik ben heel nieuwsgierig naar wat ik over tien jaar allemaal heb meegemaakt, welke mensen ik heb leren kennen. Maar ook over vroeger, hoe dat was. Hoe mijn opa en oma zonder mobiel zijn opgegroeid. Zelf ben ik eigenlijk nooit offline.
‘Ik probeer wel vaker om ‘niet storen’ aan te zetten als ik het druk heb. Ik ben laatst bij een phone free-feestje in Tilburg geweest, dat was zo leuk. Je gaat veel meer met mensen kletsen. Heel gezellig. Je gaat dan ook meer praten met mensen die je een beetje kent, waartegen je anders alleen hallo zou zeggen.’
3. Wat is jouw grootste angst?
‘De normale angst, verdrinken. Of dat je opeens al je naasten kwijt zou zijn. Ik zou niet weten hoe dat zou kunnen gebeuren, en ook niet hoe ik daar mee om zou moeten gaan.’
4. Wat is voor jou een perfect avondje uit?
‘Toevallig is dat vorige week nog gebeurd. Eerst ga je bij iemand thuis borrelen, met een borrelplankje. Dan de stad in van kroeg naar kroeg en dan ergens blijven hangen en een beetje rellen, zo noemen we dat. Dat zijn bijzondere avonden.
‘Ik krijg altijd te horen dat ik echt de slechtste muzieksmaak ooit heb’
‘Het kan met huisgenoten, vrienden van thuis en ook met mijn damesdispuut Keiretsu. Het is belangrijk dat iedereen er zin in heeft, dat gebeurt ook niet altijd. De laatste kroeg kan van alles zijn. De Gin Fizz, of de Baret, of Bolle op dinsdag. Ik moet zeggen in Tilburg begint het wel meestal op het terras en daarna uit.’
5. Van welke muziek kun je geen genoeg krijgen?
‘Ik krijg altijd te horen dat ik echt de slechtste muzieksmaak ooit heb. Ik hou van Hollandse muziek, ik luister naar studentenhitjes. Ook vind ik discomuziek grappig. Dat je gewoon lekker kan meezingen, dat vind ik belangrijk.
‘Als het leuk is vind ik alle muziek wel prima, als het maar met mensen is, het gaat uiteindelijke toch om de ervaring. Dat sluit dus wel goed aan bij de cantus. Voor je legacy mag je trouwens als bestuur ieder jaar een liedje achterlaten, die mogen de anderen dan kiezen, vanwege mijn slechte muzieksmaak.’
6. Je hebt een onverwachte vrije middag, hoe besteed je de tijd?
‘Ik heb dat niet vaak. Met mensen lunchen, denk ik. Lekker met vrienden afspreken, bijvoorbeeld in het Spoorpark, en gewoon kletsen. Het is heerlijk als je daarvoor geen eindtijd hebt, gewoon heel simpel. Of een beetje gaan winkelen, in een andere stad.
‘Eigenlijk heb ik weinig vrije middagen. Ik plan mezelf helemaal vol, ik vind het lekker om van hot naar her te gaan. Ik heb bijbaantjes, zit in commissies bij mijn dispuut en ik wil sport weer oppakken. Ik kan niet echt stilzitten.’
7. Wat weten maar weinig mensen over jou?
‘Misschien dat ik slecht alleen kan zijn. Je zult mij nooit alleen een avondje op de bank zien zitten. Vroeger ben ik ook niet vaak alleen geweest. Mijn opa en oma woonden naast mij, dus als mijn ouders en mijn broer niet thuis waren, zat ik vaak bij hen.
‘Ik vind het nu ook niet lekker om alleen te zijn. Ik woon in een studentenhuis met twee jongens en één ander meisje. Als die niet thuis zijn, vlucht ik naar mijn vriendje. Hij woont in een dispuutshuis met twaalf jongens. Ik ben in dit huis pas één keer alleen geweest, dat vond ik vreselijk.’
8. Waar krijg je een kort lontje van?
‘Als mensen hun verantwoordelijkheid niet nemen, daar kan ik me zo aan ergeren. Ik denk dan: fix het nou, ik kan daar met mijn hoofd niet bij. Bij de TUC is iedereen supergemotiveerd, ik heb daardoor vooral een ondersteunende rol. Dat vind ik zo fijn.’
9. Wat zou je eigenlijk (meer) moeten doen?
‘Rust nemen, minder stressen, misschien ook leren alleen zijn. Ik ben iemand die geen series kijkt, of films. Mijn spanningsboog is daar gewoon te kort voor. Boeken lezen, dat zou ik eigenlijk ook moeten doen.’
10. Wat doe je tijdens de vakantie?
‘Met mijn vrienden is het steden bezoeken, we wonen allemaal in een andere stad, dus als we samenkomen is het vooral bijkletsen. En met mijn ouders is het gewoon roadtrippen. We staan geen enkel moment stil, mijn ouders gaan echt niet naar het strand. Waar? Mijn ouders zullen altijd Noord-Amerika zeggen, Verenigde Staten of Canada.
‘Ik ben iemand die geen series kijkt, of films. Mijn spanningsboog is daar gewoon te kort voor’
‘Mijn broer heeft in Canada stage gelopen, dus dan gingen we daar langs. Ik ben een half jaar in de VS op uitwisseling geweest, in Atlanta, Georgia. Toen in december mijn collegejaar klaar was, stonden ze al op de stoep, waarna we gingen rondreizen. Iedere keer zeggen ze dat er nog dingen zijn die ze niet hebben gezien.’
11. Nooit meer vlees of nooit meer vliegen?
‘Nooit meer vlees. Dat lijkt me ook niet zo moeilijk in deze tijd, je hebt zoveel vega-opties, met vleesvervangers. In huis eten we met de vrouwen eigenlijk altijd vega, alleen als de jongens thuis zijn, dan wisselen we het af. Zelf probeer ik zoveel mogelijk vega te eten. Dat is geen probleem, zeker als je van kaas houdt, een beetje hoemoes, een beetje groenten. Ik ben wel een echte kaaskop.’
12. Nooit meer sporten of nooit meer naar een concert?
‘Nooit meer naar een concert. Muziek speelt bij mij geen grote rol, laat ik het zo zeggen. Dat klinkt misschien slecht voor de TUC-voorzitter, maar bij mij gaat het vooral om de mensen en de sfeer. Het is met name het organiseren van het evenement wat ik echt leuk vind. En ook de betrokkenheid bij de stad waar je woont en dat je beloond wordt als je je daarvoor inzet, dat vind ik mooi.
‘Sporten doe ik wel. Bij Vidar heb ik twee jaar aan competitie roeien gedaan. Nu ben ik aan het trainen voor de halve marathon. Fitness ben ik ook weer aan het oppakken, dat probeer ik twee, drie keer per week te doen.’
13. Winkelen of online kopen?
‘Liefst allebei, sowieso online, maar ik vind een beetje winkelen gewoon echt leuk. Ik bestel nu heel veel online, als er weer een pakket bezorgd wordt, zeggen ze al: zeker weer voor Eef. Soms zijn het er ook meerdere tegelijk. Maar ik stuur ook heel veel terug hoor. Als ik moet kiezen, dan is het voor online. Fysiek shoppen vind ik leuker als uitje, maar kleren passen vind ik fijner thuis. Dan kun je beter combineren.’