Grootschalig onderzoek naar effectiviteit Europese AI-wetgeving
Onder leiding van Tilburg University gaat een groot internationaal onderzoeksteam de effectiviteit van Europese regelgeving rondom kunstmatige intelligentie onderzoeken. Het project, AI4POL, zal beleidsmakers ondersteunen bij het evalueren en verbeteren van AI-wetgeving.
Met de AI Act, de Data Act en de Digital Markets Act heeft de Europese Unie al meerdere wetten aangenomen die een kader bieden voor het gebruik van kunstmatige intelligentie. Met deze wetgeving hoopt de EU burgers bijvoorbeeld te beschermen tegen nadelige gevolgen van kunstmatige intelligentie, zoals veiligheidsrisico’s in de AI-systemen van zelfrijdende auto’s of medische apparatuur.
Maar er is nog weinig inzicht in de effectiviteit van al deze wetgeving en of het de Europese burger ook daadwerkelijk ondersteunt. Daar wil het onderzoeksproject AI4POL (Using Artificial Intelligence to Support Regulators and Policy Makers) verandering in brengen.
Het project, gefinancierd met 3 miljoen euro vanuit het EU-Horizon programma, heeft daarnaast als doel om beleidsmakers en toezichthouders te voorzien van AI-tools om de impact van hun wetgeving te monitoren en te verbeteren.
Want, zegt projectleider en directeur van het Tilburg Law and Economics Center (TILEC) Jens Prüfer, ‘We willen politici ondersteunen die, in tegenstelling tot grote technologiebedrijven, niet duizenden hooggekwalificeerde AI-experts in dienst hebben.’
Risicoanalyse
Bij de ontwikkeling van kunstmatige intelligentie en digitale technologieën in Europa is het volgens de lidstaten belangrijk om rekening houden met mensenrechten, democratie en consumentenbescherming. Daarom gaat het team ook de risico’s onderzoeken van AI-gebruik in autocratische landen.
Het doel van de onderzoekers is om een methode te ontwikkelen die AI-onderzoek en -ontwikkeling in niet-democratische landen analyseert en daarmee de risico’s voor Europa in kaart kan brengen.
Samenwerking
De universiteit werkt voor AI4POL samen met andere vooraanstaande instellingen, waaronder de Technische Universiteit van München, de University of East Anglia en verschillende onderzoeksorganisaties.