Van vmbo-kader naar filosofie: ‘En misschien ga ik ook nog wel promoveren’

Van vmbo-kader naar filosofie: ‘En misschien ga ik ook nog wel promoveren’

Van speciaal onderwijs naar de universiteit: Danique van den Berg (28) legde een bijzondere weg af via vmbo, mbo en hbo. Nu studeert hij filosofie en pleit hij voor meer flexibiliteit in het onderwijs: ‘Iedereen verdient de kans om te ontdekken of de universiteit bij ze past.’

Student filosofie Danique van den Berg in zijn appartement. Beeld Ton Toemen

Welke route heb je afgelegd om op de universiteit terecht te komen?

‘Op de basisschool werd bij mij autisme vastgesteld, waardoor ik overstapte van regulier naar speciaal onderwijs. Hier werd mijn sociale- en emotionele ontwikkeling goed begeleid, en op advies van de school werd er niet te veel druk gelegd op leren. Ik begon op het vmbo-kader, maar stroomde na twee jaar door naar vmbo-theoretisch vanwege een gebrek aan uitdaging.

‘Na het behalen van mijn vmbo-diploma volgde ik de mbo-niveau 3-opleiding Veiligheid & Vakmanschap om een carrière als militair te overwegen, maar al na een half jaar wist ik dat dit niet bij me paste. Vervolgens stapte ik over naar een mbo-niveau 4-opleiding in duurzaamheid en ondernemen, die ik op aandringen van mijn ouders afrondde, ondanks dat het opnieuw niet mijn ding was.

‘Na mijn studie ging ik een half jaar op wereldreis. Bij terugkomst werkte ik vier jaar als koerier bij DHL en startte ik een hbo-deeltijdopleiding geschiedenis omdat ik graag naar de universiteit wilde doorstromen. Door de coronacrisis duurde het wat langer om mijn propedeuse te behalen, maar twee jaar geleden maakte ik alsnog de overstap naar de universiteit. Inmiddels zit ik in het tweede jaar van mijn bachelor filosofie.’

Wat zou je willen veranderen aan het Nederlandse onderwijssysteem?

‘Ik vind dat het onderwijssysteem meer open moet staan voor mensen die later instromen. Het huidige systeem is strikt: van mbo naar hbo vereist een mbo-4-diploma, en doorstromen naar de universiteit kan alleen met een propedeuse of een hbo-diploma.

‘Er is weinig flexibiliteit, zoals alternatieve trajecten om te bewijzen dat je het niveau aankunt. Hoewel de 21+-toets een optie was, hangt ook die af van de regels van de onderwijsinstelling. Meer ruimte om studenten een kans te geven en te ontdekken of de universiteit bij hen past, zou helpen. De striktheid van het systeem vormt nu voor veel mensen een obstakel.’

Stapelaars

Sommige studenten belanden na een rechtlijnige route van het vwo op de universiteit. Anderen leggen een heel eigen weg af. In de rubriek Stapelaars spreekt Univers met studenten die via het vmbo, mbo en hbo hun academische droom waarmaken.

Merk je verschil tussen de werkwijze op de universiteit en het hbo of mbo?

‘Het verschil tussen de universiteit en het mbo is enorm. Op de universiteit wordt van je verwacht dat je je eigen keuzes maakt en zelf de verantwoordelijkheid neemt over je studie. Zo is er niemand die je op je vingers tikt als je niet aanwezig bent bij een college. Dat vind ik heel bevrijdend: het geeft me het gevoel dat ik zelf mag kiezen hoe ik mijn dagen invul. Op het mbo is dat ondenkbaar. Daar is het verplicht om alle colleges te volgen en moet je verantwoording afleggen als je niet aanwezig bent.

‘Wat ik ook bijzonder vind aan de universiteit, is de meer gelijkwaardige relatie tussen docenten en studenten. Bij filosofie worden er regelmatig bijeenkomsten georganiseerd  waar zowel docenten als studenten samenkomen voor lezingen of borrels. Er hangt een sfeer waarin je merkt dat de mening van studenten écht wordt gewaardeerd. Dit verschilt sterk met mijn ervaring op het mbo, waar de rolverdeling veel strikter was: de docent spreekt en de student luistert.’

Je hebt een lange weg afgelegd voordat je op de universiteit terecht kwam. Hierdoor ben je wat ouder dan je medestudenten. Heb je het gevoel dat je in een andere levensfase zit dan zij?

‘Ik zie regelmatig studenten met een kater in de collegebanken zitten. Hoewel ik zelf nooit een feestbeest ben geweest, merk ik dat de behoefte om uit te gaan bij veel van hen samenhangt met hun leeftijd. Ik merk ook dat jongere studenten vaak nog worstelen met onzekerheid en een sterke behoefte hebben om zichzelf te ontdekken, terwijl ik die fase al achter me heb gelaten. Het leeftijdsverschil tussen mij en anderen loopt soms op tot bijna tien jaar.

‘Maar ondanks dat ik ouder ben dan de meeste studenten, ben ik zeker niet de oudste. Ik volg colleges met een wat oudere man die na zijn pensioen besloot om filosofie te gaan studeren. Dat vind ik enorm inspirerend, want het bewijst dat het nooit te laat is om iets nieuws te ontdekken.’

Heb je het gevoel dat er vooroordelen zijn over mensen met een mbo-achtergrond op de universiteit?

‘Ja en dat vind ik jammer. Als je kijkt naar inkomen, wat voor veel mensen een belangrijk uitgangspunt is, kun je tegenwoordig met een praktisch beroep net zo veel, of zelfs meer, verdienen als met een universitaire opleiding.

‘Wat ik vooral vervelend vind, is dat vooroordelen een obstakel kunnen vormen. Iedereen zou de kans moeten krijgen om door te stromen naar een hoger niveau, bijvoorbeeld van vmbo naar vwo, zonder het stigma dat je ‘maar beter met je handen kunt gaan werken’. Zulke opmerkingen kunnen ontmoedigend zijn en iemands ambitie remmen. Tegelijkertijd is het ook belangrijk om mensen te motiveren om tevreden te zijn met het niveau dat bij hen past. Niet iedereen hoeft per se door te stromen naar een universitaire opleiding om succesvol of gelukkig te zijn.

‘Ik ken bijvoorbeeld mensen die een universitaire studie hebben afgerond, maar uiteindelijk een ander pad kozen, zoals werken als hovenier of fietskoerier. Dit deden ze omdat een kantoorbaan niet bij hen past. Ze vinden meer voldoening in het werk dat ze nu doen. Dit laat zien hoe belangrijk het is om niet alleen naar iemands opleidingsniveau te kijken, maar vooral naar wat iemand gelukkig maakt.’

Wanneer voelde je voor het eerst dat de universiteit écht jouw plek is?

‘Ik vond de allereerste tentamenperiode best spannend. Dat was vorig jaar oktober, en ik weet nog goed dat ik dacht: nu komt het erop aan. Gelukkig ging het hartstikke goed en haalde ik gemiddeld een 7. Vanaf dat moment wist ik zeker dat ik hier thuishoorde en dat een filosofie-opleiding de juiste keuze was.

‘Mijn droom is om na mijn bachelor een master filosofie te volgen in Oslo. Daar kun je de opleiding grotendeels zelf samenstellen waardoor ik de mogelijkheid heb om me een jaar lang op één onderwerp te richten. Wat ik na mijn master ga doen, weet ik nog niet. Maar ik kan me goed voorstellen dat ik in de academische wereld blijf hangen en bijvoorbeeld ga promoveren.’

Advertentie.

Bekijk meer recent nieuws

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Blijf op de hoogte. Meld je aan voor de nieuwsbrief van Univers.