Ik wil het universum beter begrijpen

‘Goede voornemens draaien vaak om kleine dingen: meer sporten, meer boeken lezen. Waarom denken we niet wat groter?’ vraagt Tom Grosfeld zich af.

Tom Grosfeld. Beeld Ton Toemen

Vanaf het moment dat mijn zoon omhoog keek en de sterren zag, begon hij me er vragen over te stellen. Ik wist er slechts een paar te beantwoorden. Zo wakkerde hij mijn interesse in het universum aan. Hoezo wist ik daar zo weinig van? 

‘We kunnen ongeveer vijfduizend sterren zien,’ zei ik op een dag tegen hem, ‘slechts 0.00001 procent van alle sterren in ons eigen melkwegstelsel. Ons stelsel is slechts een van de meer dan honderd miljard stelsels die we met onze moderne telescopen kunnen waarnemen. En ze tellen allemaal weer ongeveer ongeveer honderd miljard sterren.’ 

Mijn zoon keek me aan of hij het niet kon bevatten. Kon hij ook niet. 

Goede voornemens draaien vaak om kleine dingen: meer sporten, gezonder eten, meer boeken lezen, vriendschappen beter onderhouden, enzovoorts. Maar waarom denken we niet wat groter?

Ik zou graag het universum beter willen begrijpen. Ik heb al een beginnetje gemaakt. 

Dus vertelde ik mijn kinderen een paar dagen geleden over zwarte gaten. Hoe we ze niet kunnen zien, maar toch ook weer wel, indirect, door te kijken naar hoe de omgeving zich gedraagt. Ik wees naar de sterren. Kijk er maar eens goed naar. De zwaarste sterren kunnen op een dag allemaal zwarte gaten worden. Er zijn er al miljoenen. Kom je te dichtbij, word je erdoor opgezogen. Ontsnappen is niet mogelijk: dat staan de wetten van de natuurkunde simpelweg niet toe, aangezien je dan de universele snelheidslimiet zou moeten overschrijden: lichtsnelheid, ongeveer 300.000 kilometer per seconde. 

‘Lichtsnelheid!’ riepen ze tegelijk. Dat kenden ze uit een filmpje. Ze roepen het wanneer ze door de woonkamer rennen, op hun allerhardst. Lichtsnelheid! Zoef. En de jongste erachteraan: Lichtsnel!

‘Is dat nog sneller dan een auto kan,’ vroeg de oudste, toen ze een paar keer op en neer gerend waren. ‘Ja,’ zei ik. ‘Sneller dan een trein, een vliegtuig, sneller dan een raket!’

Hij keek me ongelovig aan. Tilde zijn wenkbrauwen omhoog. ‘Wow!’ riep hij. En hij rende weer naar de andere kant van de kamer.

‘Nog een klein verhaaltje dan,’ zei ik wanneer ze weer bij me aan tafel kwamen zitten. ‘Het licht van de zon doet er acht minuten over om de aarde te bereiken. Wanneer de zon plots uitdooft, merken we dat dus pas acht minuten later.’ 

Ik wachtte op een reactie. Toen die uitbleef, ging ik door: ‘De Coma-cluster, een van de grote buren van de groep sterrenstelsels waartoe onze Melkweg behoort, is honderden miljoenen lichtjaren van ons verwijderd. Stel dat iemand op een planeet daar met een grote verrekijker naar de aarde kijkt, zou hij dinosaurussen zien rondscharrelen.’ 

‘Wat!’ zegt de oudste. ‘Dinosaur!’ zegt de jongste. En ze springen van hun stoelen af. Ik kijk hoe ze door de kamer rennen en de trap opklimmen. ‘Wat gaan jullie doen?’ roep ik. ‘Naar de Coma-cluster!’ roept de een. ‘Dinosaur kijken!’ roept de ander.

Tom Grosfeld is journalist en alumnus van Tilburg University.Goede voornemens draaien vaak om kleine dingen: meer sporten, gezonder eten, meer boeken lezen, vriendschappen beter onderhouden, enzovoorts. Maar waarom denken we niet wat groter?

Advertentie.

Bekijk meer recent nieuws

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Blijf op de hoogte. Meld je aan voor de nieuwsbrief van Univers.