Van hashtag tot straatprotest: ‘#BlackLivesMatter is een strijdkreet voor minderheden’
Protesteren vanaf de bank? Klinkt makkelijk. Voeg een hashtag toe aan een bericht op sociale media en je maakt deel uit van een wereldwijde beweging. Dat leek vijf jaar geleden tenminste zo tijdens de #BlackLivesMatter-protesten. Maar is het echt zo simpel? En hoe werkt hashtag-activisme?

In 2020 braken er massale protesten uit in de Verenigde Staten en daarbuiten na de dood van George Floyd, een zwarte Amerikaan. Beelden waarop een witte politieagent bijna negen minuten op Floyds nek knielt, verspreidden zich razendsnel. ‘I can’t breathe,’ zei Floyd herhaaldelijk – woorden die het motto werden van een wereldwijde beweging.
Ook in Nederland gingen mensen de straat op. De hashtag #BlackLivesMatter werd een wereldwijd symbool voor sociale rechtvaardigheid. Maar wat heeft de beweging bereikt?
Van straten naar schermen
Volgens Saif Shahin, universitair docent bij de opleiding Culture Studies en onderzoeker van digitaal activisme, heeft de opkomst van sociale media de manier van protesteren fundamenteel veranderd. ‘Sociale media zijn krachtige middelen geworden. Ze stellen mensen in staat om zich met protestbewegingen over de hele wereld te verbinden, zonder fysiek op dezelfde plek te zijn. Dat was vroeger ondenkbaar.’
Traditionele protesten vinden plaats op straat, met borden en leuzen. Digitale technologie heeft mensen een nieuwe manier gegeven om te protesteren. Dat gebeurt nu ook via berichten op sociale media, vaak met een herkenbare hashtag. Volgens Amnesty International valt dit nog steeds onder protest: het is een publieke meningsuiting van twee of meer personen.
De hashtag #BlackLivesMatter ontstond al in 2013, na de dood van Trayvon Martin, een zwarte tiener die werd neergeschoten door burgerwacht George Zimmerman. Toen Zimmerman werd vrijgesproken, plaatste activiste Alicia Garza een bericht op Facebook met daarin de woorden ‘Your lives matter.’ Haar vriendin Patrisse Cullors deelde dat bericht op Twitter met de hashtag #BlackLivesMatter en een digitale beweging was geboren.
Wereldwijde aandacht
Na de dood van Floyd op 25 mei 2020 kreeg de hashtag wereldwijd aandacht. Mensen uit allerlei hoeken van de samenleving deden mee aan het protest. Een week later maakten artiesten en platenlabels hun sociale media zwart voor ‘Blackout Tuesday’ – een actie los van de oorspronkelijke beweging, maar wel enorm verspreid, met miljoenen deelnemers op onder andere Instagram.
Ook buiten de VS werd de hashtag omarmd. Er vonden protesten plaats in verschillende Nederlandse steden, waaronder Tilburg. Hoewel de lokale context verschilde, bleef de boodschap hetzelfde: stop discriminatie en racisme.
Volgens Shahin is #BlackLivesMatter sindsdien in verschillende landen en voor verschillende doelen ingezet. ‘In Brazilië gebruiken Afro-Brazilianen de hashtag om politiegeweld aan te kaarten. In India, waar moslims worden gediscrimineerd op basis van religie, werd de hashtag vaak gekoppeld aan #MuslimLivesMatter. Zo werd de beweging een strijdkreet voor minderheden en gemarginaliseerde gemeenschappen wereldwijd.’
Wat levert online protest op?
Werkt hashtag-activisme dan echt? In het geval van #BlackLivesMatter denkt Shahin van wel. ‘De meeste mensen weten nog steeds wat #BLM is. En buiten de online wereld om heeft #BlackLivesMatter ook offline bijeenkomsten. Dat is cruciaal. Als een protest uitsluitend online blijft, raken mensen het snel weer kwijt.’
Dat maakt Black Lives Matter tot een sterk voorbeeld van effectief activisme, volgens Shahin. ‘De actievoerders bouwden een echte gemeenschap, werkten samen met andere organisaties en werden minder afhankelijk van sociale mediaplatforms. Dat heeft de beweging op de lange termijn duurzaam gemaakt.’
Racisme en discriminatie zijn ook na #BLM helaas de wereld nog niet uit. ‘Sociale verandering kost tijd’, benadrukt Shahin. ‘Sociale media zijn een uitstekend startpunt om mensen te mobiliseren en een collectieve identiteit te vormen. Maar uiteindelijk moeten activisten ook de straat op om machthebbers te laten zien dat ze er echt toe doen. Dán maak je verschil.’