Niemand blijft voor altijd

Geluk kun je niet afdwingen. Soms kom je het gewoon tegen, leerde Antje Beers van haar opa. En dan kun je het maar beter koesteren. ‘Niets blijft zoals het is. En niemand blijft voor altijd.’

Antje Beers. Beeld Ton Toemen

Het leven verandert voortdurend. Soms langzaam, soms in één klap. Mensen verdwijnen uit je leven: door de dood, een breuk of simpelweg omdat je uit elkaar groeit. Op zulke momenten realiseer je je steeds weer dat niets blijvend is. Hoe graag je iets soms ook zou willen vasthouden, het kan niet.

Mijn opa overleed onlangs op 105-jarige leeftijd. Een indrukwekkende leeftijd, maar het was vooral zijn manier van leven die indruk op mij maakte. Ondanks alles waren er volgens hem altijd dingen om dankbaar voor te zijn, ook als alles om je heen verandert.

Verlies is verdrietig, tegelijkertijd zet het je ook met beide voeten weer op de grond. Alsof je even uitzoomt en opnieuw kijkt naar de wereld om je heen. De vanzelfsprekendheid valt weg. Op zulke momenten ben ik me extra bewust van hoe veranderlijk alles is. Niets blijft zoals het is. En niemand blijft voor altijd.

Mijn opa was daar voor mij het levende bewijs van: iemand die ruim een eeuw aan verandering omarmde, zonder zichzelf te verliezen. Toen hij werd geboren, was de Vrede van Versailles net anderhalve week oud. In zijn geboortejaar kregen vrouwen kiesrecht in Nederland. Toen hij 21 was, brak de Tweede Wereldoorlog uit. Hij maakte snelle ontwikkelingen mee: de komst van radio, televisie, internet, smartphones en AI. Hij bleef zich verwonderen over de wereld en genieten van de kleine dingen.

Als kunstenaar en binnenhuisarchitect móést hij ook wel met zijn tijd mee. Hij vernieuwde zijn stijl, volgde trends, bleef tekenen, kijken en leren. Ook persoonlijk kende hij veranderingen en verlies. Hij was 61 jaar getrouwd met mijn oma, verloor haar, verhuisde meerdere keren, zag dierbaren komen en gaan. Hij bereikte zelfs het moment dat hij de enige man in Brabant was met deze leeftijd. Hij bleef dankbaar, ook toen zijn zicht minder werd en tekenen steeds lastiger.

Wat me misschien nog het meest bijblijft, is zijn levenshouding. Toen we hem vroegen wat het geheim was van gelukkig oud worden, zei hij: ‘Tevreden zijn, blij zijn.’ En daar voegde hij dan nog aan toe: ‘Ik heb geluk gehad met de goede mensen die ik heb ontmoet. Soms is dat toeval.’ Tot op het laatst kon hij heerlijk genieten van de zon of een lekkernij.

Dat raakt me. In een tijd waarin we alles willen plannen, controleren, verbeteren, leerde hij mij iets anders. Dat je het geluk niet kunt afdwingen. Dat je het soms gewoon tegenkomt. In mensen. In momenten. In het alledaagse. En dat je daar dankbaar voor moet zijn. Geluk zit in de kleine dingen.

Mijn opa is er niet meer. Maar zijn manier van leven neem ik mee. In hoe hij met veranderingen en verlies omging, in hoe hij klein geluk wist te waarderen, in hoe hij nooit vergat dankbaar te zijn. Misschien is dat wel het enige wat we echt kunnen doen in een wereld die voortdurend verandert. Niet alles proberen vast te houden, maar bewust zijn van en dankbaar voor wat er nu is.

Antje Beers is masterstudente staats- en bestuursrecht en arbeidsrecht aan Tilburg University.

Bekijk meer recent nieuws

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Blijf op de hoogte. Meld je aan voor de nieuwsbrief van Univers.