Harmen Krul (CDA): ‘Studenten moeten weer makkelijk aan een kamer komen’

Het is weer verkiezingstijd. Welke partij komt op voor de belangen van studenten en universiteiten? In aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen spreekt Univers met verkiesbare politici, van links tot rechts. Vandaag de afsluiter: Harmen Krul, nummer vijf op de lijst van het CDA.

Internationals moeten op taalcursus, tijdelijke huurcontracten voor studenten worden weer mogelijk en universiteiten krijgen financiële zekerheid. Univers nam de trein naar Den Haag om Harmen Krul te spreken over de plannen van het CDA voor studenten en universiteiten.

Het CDA wil bij de bekostiging van het hoger onderwijs minder gaan sturen op studentenaantallen. Wat verwachten jullie daarmee te bereiken?

‘Universiteiten concurreren met elkaar. Hoe meer studenten ze binnenhalen, hoe meer geld ze verdienen. Dat zorgt voor onzekerheid, de financiering kan elk jaar anders uitpakken. Wij willen met een basisbekostiging gaan werken. Kijk naar het aanbod in opleidingen, naar hoe groot een instelling is en wat de ambities zijn, en geef universiteiten op basis daarvan een vast bedrag.

‘Universiteiten kunnen het onderwijsaanbod dan beter op elkaar afstemmen, je hoeft niet meer te concurreren om bijvoorbeeld psychologiestudenten. En het kan lucht geven. Ook als je als universiteit een keer wat minder instroom hebt, krijg je nog steeds hetzelfde bedrag.’

Er zijn te weinig studentenwoningen. Hoe gaat het CDA het studentenkamertekort aanpakken?

‘Wij vinden dat er meer prestatieafspraken gemaakt moeten worden over studentenhuisvesting. Geef woningcorporaties de bindende opdracht om studentenwoningen te bouwen. Ook zal je aan de slag moeten gaan met woningsplitsing en woningdeling. Het moet, zoals in de serie Friends, makkelijker worden om met meerdere mensen een woning te betrekken.

‘En we willen dat studenten weer tijdelijk kunnen huren. Je wil niet dat studenten daardoor acht keer in hun studententijd moeten verhuizen. Maar als je niets doet, zeg je eigenlijk dat iemand maar thuis moet blijven wonen, of erger nog, helemaal niet moet gaan studeren.’

Hoe denkt uw partij over het terugdringen van internationalisering aan universiteiten?

‘We leven in een globale kenniseconomie en we zijn een land dat kennis exporteert. Als er een plek is waar je internationalisering niet met wantrouwen moet benaderen, is dat op universiteiten.

‘Je kan je wel afvragen of het altijd nodig is dat een opleiding in het Engels wordt gegeven. Wij vinden het goed dat universiteiten zelf de verantwoordelijkheid hebben genomen om de internationalisering in goede banen te leiden. Ze komen bijvoorbeeld met een numerus fixus en er gaan Engelse opleidingen over naar het Nederlands.

‘Voor internationale studenten in de propedeuse willen we een verplichte taalcursus. Mensen die hier maar een semester zijn, kun je een verkorte cursus aanbieden. Je bent hier te gast, het is geen onrealistische eis. Internationals willen de taal vaak ook leren, maar de mogelijkheden zijn er onvoldoende.’

Demonstreren is een grondrecht, maar volgens het CDA niet onbegrensd. Hoe kijkt u naar een universiteit die te hard ingrijpt tijdens een demonstratie?

‘In de academische wereld mogen meningen en ideeën botsen. Maar demonstraties verlopen geregeld op een manier dat de veiligheid van andere studenten en medewerkers in gevaar komt. Dan vind ik het pijnlijk, maar begrijpelijk, dat een universiteit maatregelen neemt. Natuurlijk moet ook een universiteit zich daarbij, net als de demonstraten, houden aan de kaders die de rechtsstaat schept.’

Veel studenten maken zich zorgen over hun studieschuld, zeker sinds de rente is gestegen. Waarom stelt het CDA geen renteplafond of kwijtschelding voor?

‘Het leenstelsel hadden we nooit, maar dan ook nooit moeten invoeren. Dat studenten met schulden leven omdat ze moeten lenen, is een gruwel. Iedereen moet gelijke kansen krijgen om zich te ontwikkelen, niet alleen studenten met rijke ouders. Maar wij zeggen niet dat de rente niet kan stijgen, het staat gewoon in de wet dat dat kan.’

Na het atheneum vertrok u niet naar de universiteit, maar naar de marine. Heeft u het studentenleven gemist?

Lachend: ‘Ik heb andere keuzes gemaakt, maar ik heb wel eens met een jaloerse blik gekeken naar vrienden die vertelden over hoe leuk hun studententijd was. Ik zat op een internaat met twaalf mannen op een kamer, waar elke ochtend om zes uur de wekker ging om eerst een uur schoon te maken. Van de vrucht van het studentenleven heb ik nooit echt mogen proeven, maar ik heb er altijd met veel fascinatie naar gekeken.’

_Advertentie.