Vrije markt heeft lak aan moralisten

Graaiers aan de top, het blijft leiden tot heftige verontwaardiging. Maar morele oordelen over de vrije marktwerking hebben geen zin, meent hoogleraar bedrijfsethiek Wim Dubbink.

De bonuscultuur maakt van iedere Nederlander een moralist. Weet u nog, toen SNS Reaal werd genationaliseerd? Jelle Brandt Corstius wierp zich meteen op tot de nationale vervolger van ex-topman Sjoerd van Keulen. Die moest volgens de journalist rap zijn bonussen inleveren. Op zijn blog riep Corstius zijn lezers op om de oud-bestuurder net zolang lastig te vallen tot hij zijn graaigeld zou terugstorten. Van Keulen moest uiteindelijk onderduiken.

De morele discussie over beloningen lijkt alleen maar groter, constateert hoogleraar Wim Dubbink in een artikel gepubliceerd op MeJudice. Onlangs ontstond er ophef over het startsalaris van verloskundigen, dat veel te hoog zou zijn. Niet alleen topmanagers maar ook verloskundigen worden tegenwoordig langs de morele meetlat gelegd. En dat is volgens Dubbink eigenlijk een vreemde zaak.

Morele argumenten spelen volgens u in dit geval geen rol. Waarom niet?

“Als je accepteert dat we leven in een marktsamenleving, waarin de relatie tussen vraag en aanbod leidend is, dan heeft de moraal daar niks te zoeken. Een beloning ontstaat op basis van de actuele verhouding tussen vraag en aanbod. Is de vraag groot en het aanbod klein, dan schiet het salaris omhoog. Andersom geldt hetzelfde. Daar gaat het om. Morele oordelen zijn daarbij totaal niet relevant.”

Toch wil dat volgens u niet zeggen dat de hoogte van salarissen vrij staat van beoordeling.

“Nee. Je moet altijd kijken of beloningen wel volgens de werking van de markt tot stand zijn gekomen. Dat is waar de discussie eigenlijk over moet gaan. Van topbestuurders wordt vaak gezegd: die is zo uniek in zijn soort, we konden niet anders dan hem een torenhoog salaris aanbieden. In zo’n geval is er sprake van te weinig aanbod waardoor de markt niet goed werkt. Daar draait het om.”

De markt zelf heeft dus wel een bepaalde moraal?

“Zeker. De markt kan ook op een andere manier unfair functioneren. Bijvoorbeeld in het geval van dokters waarbij de patiënten bereid zijn naar vraag te betalen. Mensen met een ernstige aandoening zijn vaak geneigd teveel te betalen, als ze maar snel worden geholpen. Ook in zo’n geval werkt de markt niet goed. Dat soort misstanden moet je aanpakken. Maar dat wil niet zeggen dat het systeem zelf verrot is.”

Met marktwerking is dus in principe niets mis?

“Nee. Als de markt goed werkt, en daar moet je dus streng op toezien, ontstaan er vanzelf eerlijke prijzen en beloningen.”

Waarom bestaat er dan toch zoveel onvrede over de vrije markt?

“Mensen zijn ten diepste morele wezens. Ook arbeid willen we dus moreel beoordelen. We willen niet dat arbeid een anoniem proces wordt. De wereld als vraag en aanbod, daar hebben mensen moeite mee. Maar wat je nu ziet, is dat mensen in hun morele worsteling met de vrije markt selectief winkelen.”

Hoe bedoelt u?

“De plotselinge daling van de waarde van een huis zorgt bijvoorbeeld vaak voor verongelijkte gezichten. Dan wordt er snel gescholden op de vrije marktwerking. Maar als mensen hun huis ineens in waarde zien stijgen en het met veel winst kunnen verkopen, dan hoor je daar niemand over.”

Lekker inconsequent.

“Ja. Het zijn twee kanten van dezelfde medaille. Je kunt niet het een zonder het andere hebben.”

Maar als we arbeid zo graag moreel willen beoordelen, moeten we die hele vrije marktwerking dan niet gewoon afschaffen en er iets anders voor in de plaats stellen?

“Daar zou ik nooit voor pleiten. De markt heeft veel goeds te bieden. Marktwerking stimuleert een constante zoektocht naar de meest faire prijs. Het is juist gericht op het vinden van eerlijke prijzen en beloningen voor iedereen. Met een beter toezicht op die zoektocht kun je een hoop onvrede voorkomen.”

Advertentie.

Bekijk meer recent nieuws

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Blijf op de hoogte. Meld je aan voor de nieuwsbrief van Univers.