Recensie: God houdt wel van een geintje

Grappen en God, het is een stroeve combinatie. Geinen over religie staat vaak gelijk aan stampen op lange tenen. En dat is jammer, vindt cultuurtheoloog Frank Bosman. In zijn boek God houdt wel van een geintje laat Bosman zien dat lachen in de kerk juist gezond is.

Sinds de Deense cartoonrel is religie en spot een hot topic. Niet alleen moslims, maar ook christenen kunnen er slecht tegen wanneer hun geloof belachelijk wordt gemaakt. In de inleiding haalt Bosman een reclame van Red Bull uit 2012 aan, waarin Jezus zegt dat hij helemaal geen energiedrank nodig heeft om over het water te lopen: “Ik weet waar de stenen liggen.” Uiteindelijk trok Red Bull de reclame terug wegens protest van Zuid-Afrikaanse christenen.

Wie grappen maakt over heilige zaken, krijgt al snel te horen dat hij een godslasteraar is, constateert Bosman. Veel christelijke theologen hebben zich in het verleden negatief uitgelaten over vrolijkheid en spot. “Doe niets om lachen te veroorzaken,” schreef Benedictus van Nursia. Maar is dat wel terecht? Volgens Bosman is er veel voor te zeggen om Christus zelf als een clown te beschouwen.

Net zoals de middeleeuwse nar, was Jezus een expert in het doorbreken van taboes. Bosman: “Niet de rijken zullen Gods koninkrijk krijgen, maar juist de armen; niet de haves maar de have-nots. Jezus handelt hier als een nar, als een clown die alles omdraait, […] die de status quo aanvalt.” Humor ontstaat vaak door een onverwachte omkering, en van onverwachte omkeringen, daar hield Jezus wel van. Hij houdt de maatschappij graag een lachspiegel voor.

God heeft dus wel degelijk gevoel voor humor. En ook de gelovige kan baat hebben bij een goed potje lachen. Het kan helpen om het heilige beter te benaderen, om het meer naar de menselijke maat te trekken. Maar humor is volgens Bosman vooral broodnodig om “de gesneden beelden van God in ons hoofd kapot te slaan.” Het beschermt de gelovige tegen verzuring en verstarde denkbeelden. “Theologen, gelovigen, priesters en bisschoppen zouden vaak en hartelijk om zichzelf moeten lachen.”

Het zijn dit soort scherpe observaties die het lezen van God houdt wel van een geintje absoluut de moeite waarde maken. Een theoloog die gelovigen aanspoort om eens goed om zichzelf te lachen, je maakt het niet vaak mee. Dat wil niet zeggen dat God houdt wel van een geintje op alle fronten overtuigt. De zeven casussen in het boek (waarin Bosman onder andere fragmenten uit South Park en The Simpsons bespreekt) zijn leuk maar tegelijkertijd wat mager. En Bosman gebruikt de film Submission van Theo van Gogh en Ayaan Hirshi Ali als een voorbeeld dat “religieuze humor” voor veel gelovigen gelijk staat aan godslastering. Daar gaat hij toch echt te kort door de bocht, want met humor heeft Submission weinig te maken.

Daar staat tegenover dat God houdt wel van een geintje soepel is geschreven, van een grote vakkennis getuigt en bovenal een originele, verfrissende bijdrage levert aan het debat over humor en religie. Tip van Bosman: surf eens wat vaker naar GeenStijl.nl, “het grofste weblog van Nederland en een echte aanrader voor elke gelovige die zich in de deugd van het incasseren wil oefenen.”

Frank G. Bosman. God houdt wel van een geintje: een kleine theologie van de humor. Uitgeverij Meinema, Zoetermeer.

Advertentie.

Bekijk meer recent nieuws

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Blijf op de hoogte. Meld je aan voor de nieuwsbrief van Univers.