Historische toga’s

Elke maand plaatst projectleider Academisch Erfgoed Pieter Siebers kenmerkende gebeurtenissen, personen, gebouwen of objecten in historisch perspectief. Deze keer: historische toga’s.

Cortege

Recent ontving rector magnificus Klaas Sijtsma de toga van wijlen hoogleraar Harry van den Eerenbeemt. Uit handen van diens zoon, alumnus Joost van den Eerenbeemt, die namens de familie de toga schonk aan de universiteit waarvoor zijn vader zich op meerdere manieren verdienstelijk heeft gemaakt. De historicus Van den Eerenbeemt (1930-2008) was sinds 1961 professor op de – helaas niet meer bestaande leerstoel – politieke, economische en sociale geschiedenis en rector magnificus in het academisch jaar 1965-1966. Hij schreef tientallen boekwerken, ruim 150 wetenschappelijke artikelen en was promotor bij meer dan 40 proefschriften. Die hadden vaak betrekking op de zuidelijke regio, waaraan Van den Eerenbeemt zijn hart had verpand.

Daarbij had deze hoogleraar een scherp ook voor de waarde van Tilburgs erfgoed, in tijden dat in de stad bij voorkeur de sloophamer werd gehanteerd. Zonder hem waren de Tongerlose Hoeve (waarin TSC St. Olof in de jaren ’70 een onderkomen had), de Norbertijnenpoort aan de Hasseltse straat en de beelden voor het kerkhof aan de Bredaseweg (foto) reddeloos verloren geweest.

De togakamer

Het is dan ook niet voor niets dat de toga van Van den Eerenbeemt in dankbaarheid is aanvaard, om onderdeel uit te gaan maken van de collectie academisch erfgoed van de universiteit. Hij krijgt een plaats in de togakamer, als leentoga, en zal bij gelegenheden tentoongesteld worden. Tilburg University bewaart in haar collectie academisch erfgoed ook de toga van Petrus van Berkum, in 1938 de eerste promovendus van de universiteit. Later werd hij hoogleraar en rector magnificus. Bovendien was hij de schoonvader van hoogleraar Gery van Veldhoven, die zowel rector als collegevoorzitter was. Deze nam de toga van Van Berkum over en schonk die in 2017 aan de universiteit.

Universiteiten in de middeleeuwen

Toga’s worden door hoogleraren gedragen sinds het ontstaan van universiteiten in de middeleeuwen. Het is onderscheidende kleding die je – in diverse vormen – ook ziet bij geestelijken, edelen, magistraten en gildebroeders. Deze vorm van onderscheid is waarschijnlijk terug te voeren op de Romeinse toga. Het dragen daarvan was alleen toegestaan aan (aristocratische) Romeinen, en was zelfs verplicht bij officiële gelegenheden. Tussen de togadragers was er ook nog onderscheid; senatoren droegen een toga met een brede strook purper, ‘gewone’ Romeinen een witte.

In Nederland zijn de universitaire toga’s zwart, behalve die van Maastricht, de jongste universiteit van het land. Daar heeft men voor rood gekozen. Helemaal uniform zijn de toga’s niet: iedere Nederlandse universiteit heeft een eigen ontwerp met eigen details. Tilburg heeft – met Leiden – de meest sobere toga: een eenvoudige zwarte mantel met een bies van zwart velours. De voering van de mouw is echter gekleurd, volgens een codering die ook andere universiteiten hanteren: geel is economie, rood is rechten, groen is sociale wetenschappen, blauw is geesteswetenschappen, paars is theologie.

Sjerp, koord of befje

Bij de Tilburgse toga hoort een geplisseerde witte bef en als hoofddeksel een ronde baret met een bovenop een platte knoop. Op andere universiteiten draagt men soms een muts, een steek of een baret. Verfraaiingen van de toga treffen we elders vrijwel overal aan, bijvoorbeeld in de vorm van een sjerp, koord of befje. Toga’s worden doorgaans op maat gemaakt en door hoogleraren zelf betaald.  Ze dragen de toga (verplicht) alleen bij ceremoniële plechtigheden zoals promoties, redes, de dies natalis in november en de opening van het academisch jaar.

Advertentie.

Bekijk meer recent nieuws

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Blijf op de hoogte. Meld je aan voor de nieuwsbrief van Univers.