Vrouwen in de universiteitstop eigen verantwoordelijkheid

Onderwijsminister Bussemaker neemt geen verantwoordelijkheid voor de doorstroom van vrouwen naar topfuncties op universiteiten en onderzoekinstellingen. Zij stelt dat het aan de universiteiten en onderzoeksinstellingen zelf is de doorstroom te bevorderen.

Bussemaker zegt dit in een Kamerbrief waarin ze “de excellentie in de wetenschap belangrijk acht voor de groei van welvaart en het oplossen van maatschappelijke problemen in Nederland en Europa. Daarom is het streven erop gericht het volledige potentieel aan excellente onderzoekers, waaronder uiteraard ook vrouwen, te benutten”. In de brief worden aanvullende maatregelen aangehaald die de overheid inzet ter bevordering van vrouwen in de top.

Het aandeel vrouwelijke hoogleraren is in 2012 landelijk zo’n 14,8 procent. Volgens Bussemaker is dat een verdubbeling sinds 2001. Verder stelt ze dat er “voor het lage percentage vrouwen in hoge posities in de universitaire wereld niet één oorzaak is aan te wijzen”. De cultuur van de organisatie wordt als belangrijke reden genoemd om een wetenschappelijke loopbaan wel of niet te ambiëren.