Sportkaart wordt duurder
De prijs van de sportkaart wordt aankomend studiejaar met vijf euro verhoogd. Dit moet de toenemende kosten voor het Sportcentrum dekken. Studenten-fracties SAM en Front waren aanvankelijk tegen de verhoging, maar stemden toch in met het voorstel.
In de commissie Financiën van vorige week waren de studentenfracties nog duidelijk: de prijs van de sportkaart moet gelijk blijven. Die stelligheid bleek vandaag verdwenen.
Discussie
Het College van Bestuur (CvB) stelde tijdens de universiteitsraad voor om de prijs van de sportkaart jaarlijks met vijf euro te verhogen, voor een periode van vier jaar. Dat komt neer op een prijsverhoging van twintig euro. De studentenfracties gingen niet akkoord met dit voorstel. Jeroen Aben (SAM) zag het tekort (143.000) liever gedekt worden door de lumpsum of een reservepotje. Frank van Leeuwen (Front) vroeg zich af waarom alleen de universiteit het tekort moet dekken: Fontys en Avans blijven hetzelfde bedrag betalen. Het CvB was bij monde van Koen Becking duidelijk: “Het is niet mogelijk om geld uit een ander potje of de lumpsum te gebruiken. We zijn daarnaast blij dat Avans en Fontys überhaupt meebetalen, want er was sprake van dat ze iets voor zichzelf zouden zoeken.”
Drie schorsingen later lag er een voorstel op de plank. Jeroen Aben namens Front, SAM en TiU International: “De prijs van de sportkaart wordt voor aankomend studiejaar met vijf euro verhoogd. Het jaar daarop evalueren en bediscussiëren we dit. Daarna bepalen we of er voor het volgende studiejaar weer een prijsverhoging nodig is, of niet.” Aben kaartte hierbij aan dat er structureel gekeken moet worden hoe het begrotingstekort van het Sportcentrum gedicht kan worden, zodat het bij een éénmalige verhoging blijft.
Van Leeuwen voelde de bui al hangen en vroeg zich nog af of de prijs van de sportkaart dan alsnog voor de komende vier jaar met vijf euro per jaar verhoogd kon worden. Dat was mogelijk volgens Koen Becking. “Maar dat bekijken we dan per jaar.”
Kortom: een goede deal voor het CvB.